kW#
Legalisering van de bestaande situatie zou via de normale procedure
moeten gebeuren, nl. door wijziging van het bestemmingsplan zonder
voorafgaande anticiperende vrij stellingsregelingen.
3Reactie van Burgemeester en Wethouders.
Bij schrijven van 18 juni 1°34 hebben Burgemeester en Wethouders op het
bezwaarschrift va.n de heer Eecen gereageerd.
Samengevat komt deze reactie op het volgende neer:
- Voor de tuinhuisjes e.d. zullen bouwvergunningen worden verleend via
de procedure als bedoeld in artikel 19 Wet Ruimtelijke Ordening en
artikel 50, lid 3, WoningwetTen behoeve hiervan is er door de Dienst
Stadsontwikkeling een tekening gemaakt met bijbehorende ontwerp-plan-
voorschriften. Laarnaast moeten de bouwwerken voldoen aan de redelijke
welstandseisen van artikel 34 Bouwverordening Leeuwarden.
Bovendien heeft de Huurdersvereniging Nutstuinen zelf ook nog bouw
voorschriften opgesteld, waaraan haar leden zich dienen te houden. Het
bestuur van de vereniging heeft verklaard streng de hand te zullen hou
den bij de naleving van bovenstaande regelingen.
Derhalve is de vrees voor een verwaarloosd uiterlijk ongegrond.
- Het volkstuinwerk is geen verblijfsrecreatie, maar een zinvolle sociale
en 'creatieve vrijetijdsbezigheid.
- Er bestaat wel degelijk behoefte aan de opstallen. Dit is gebleken bij
het overleg tussen de Huurdersvereniging en de gemeentelijke diensten.
- In verband met de verbreding van de Aldlansdyk en de verdubbeling
van een deel van de Rijksweg 32, is een gedeelte van het door de vereni
ging gehuurde niet langer beschikbaar. Daarom is er gezocht naar een-
ander perceel. Dit heeft geresulteerd in de verhuur van het perceel aan
de Legedyk te Goutum. Inmiddels was het bestemmingsplan 'Wiardaburen'
al vastgesteld. De dringende behoefte aan volkstuinen rechtvaardigt de
gevolgde procedure. Bovendien is er uit stedebouwkundig oogpunt geen
bezwaar tegen deze situering.
- Het bezwaarschrift is naar de mening van Burgemeester en Wethouders
derhalve ongegrond.
4. Terinzagelegging van de stukken en hoorzitting.
De op deze zaak betrekking hebbende stukken hebben ter gemeentesecretaris
ter inzage gelegen van 13 juni- 1934 tot en met 22 juni 1934- Reclamant
heeft kennisgedragen van de stukken.
De Raadsadviescommissie heeft reclamant en Burgemeester en Wethouders in
de gelegenheid gesteld hun standpunten mondeling toe te lichten tijdens
de hoorzitting op het stadhuis op 4 jnli 1534.
Reclamant heeft van deze gelegenheid geen gebruik gemaakt, maar heeft
op 4 juli 1984 een nadere schriftelijke toelichting ingediend. Reclamant
handhaaft in dit schrijven zijn beswaren. De vertegenwoordiger van
Burgemeester en Wethouders heeft het standpunt van het college nader
toegelicht en tevens de ontvankelijkheid van het bezwaarschrift aan de
orde gesteld.
5Overwegingen en advies van de Raadsadviescommissie voor de beroer- en
bezwaarschriften.
De commissie stelt vast dat reclamant in zijn beswaren ontvankelijk
dient te worden verklaard. Eet voorbereidingsbesluit heeft betrekking
on een beperkt gebied en is zodanig geconcretiseerd dat het te beschouwen
is als een beschikking in de zin van de Wet A.R.O.B.
Tevens is reclamant, zij het in zeer geringe mate, in zijn belang getrof
fen door een bepaalde vorm van "horizonvervuili rg" door de op te richten
bouwwerkjes op het volkstuincomplex.
De commissie is echter van mening dat het genoemde geringe belang van
reclamant niet opweegt tegen het belang van het voorbereidingsbesluitnl
het scheppen van de mogelijkheid een volkstuincomplex op een evenwichtige
wijze te ontwikkelen en te reglementeren.
De commissie adviseert de Raad het bezwaarschrift ongegrond te verklaren
en te besluiten overeenkomstig bijgevoegd concept-besluit.
De Raadsadviescommissie voor de beroep
>ezwaarschriften,
/L
cr. J.J. Eeuning,
voorzitter.
ar. ADvan Di
secreta,ris