- 2 - nel onder de Zuidtangent door en via de parallelweg van de Zuidtangent haar route te vervolgen. In het bestemmingsplan staat alleen een fietstunnel aangegeven onder de Zuidtangent door, terwijl in de plannen thans wordt uitgegaan van een gecombineerde tunnel voor fietsers en overig verkeer. Aan de hiervoor geschetste opzet (viaduct, tunnel en stelsel van wegen en paden) kan alleen medewerking worden verleend indien voor het desbetreffen de gebied een voorbereidingsbesluit wordt genomen, zodat het mogelijk wordt vrijstelling van de voorschriften van het geldende bestemmingsplan te ver lenen. Gedeputeerde Staten moeten vooraf hebben verklaard, dat tegen dit laatste geen bezwaar bestaat. IV. In het kader van de aanleg van de Zuidtangent zal een fietspad worden ge realiseerd tussen de Boksumerdyk (ter hoogte van de overweg in de spoorlijn naar Stavoren) en de James Wattstraat. Dit fietspad loopt vanaf de Bok- sumerdijk langs de oostkant van de spoorlijn tot aan de Zuidtangent, volgt dan de Zuidtangent aan de noordzijde tot aan de verbindingsweg met de in dustrieterreinen en loopt daarna langs deze verbindingsweg (westzijde). Voor de beide laatste gedeelten is het grondwerk al klaar; bij de bouw van de brug over het Van Harinxmakanaal (onderdeel van de verbindingsweg) is rekening gehouden met de fietsroute. Voor het gedeelte fietspad langs de spoorlijn is nog niets uitgevoerd, omdat hiervoor tot nu toe nog geen gron den konden worden aangekocht. Eén van de eigenaren/gebruikers (de fam. Cuperus) heeft namelijk overwegende bezwaren tegen de aanleg van dit gedeelte fietspad. In dit verband merken wij op, dat wij op 22 september 1983 (bijlage nr. 338) aan U een pre-advies hebben uitgebracht inzake de brief van dr. W. Bongers te Wageningen en een aantal anderen met betrekking tot.dit fietspad. De bezwaren van dr. Bongers c.s. richtten zich met name tégen het hiervoor bedoelde gedeelte van het fietspad (ten oosten van de spoorlijn, tussen de Boksumerdyk en de Boksumer Zool). In het pre-advies hebben wij onder meer opgemerkt, dat volgens adressanten het bedrijf van de fam. Cuperus van groot belang is omdat daar al geruime tijd gewerkt wordt zonder onkruidbestrijdingsmiddelen en stikstofbemesting. Naast het belang dat een dergelijke bedrijfsvoering heeft voor de weidevogelstand en de botanische verscheidenheid noemden adressanten het grote belang van dit bedrijf voor het wetenschappelijk onderzoek naar dergelijke alternatieven produktiewijzen. Tegen het fietspad werd bezwaar gemaakt omdat dit één hec tare onvervangbare grond zou kosten. Wij hebben erop gewezen, dat over het tracé van dit fietspad langdurig overleg is gevoerd, met name met de gemeente Menaldumadeel. De Raad van Menaldumaldeel heeft uiteindelijk ingestemd met het voorgestelde tracé. Voorts hebben wij uiteengezet, dat de vaststelling van het tracé met zorgvuldigheid is geschied, maar dat het onvermijdelijk bleek een deel van het fietspad te traceren over het bedrijf van de fam. Cuperus. Bovendien hebben wij er nog op gewezen, dat juist met het oog op het specifieke karakter van dit agrarische bedrijf, bij de nadere uitwerking van het tracé is nagegaan in hoeverre het ruimtebeslag beperkt kan worden en dat dit heeft geresulteerd in een fietspad met een smalle berm en een veekering in de vorm van een hek (hierdoor zal de beno digde oppervlakte grond beperkt blijven tot 1/3 hectare) in plaats van een fietspad met een berm en een veekerende sloot met een totaal oppervlak van één hectare. In Uw vergadering van 3 oktober 1983 hebt U conform ons advies - 3 - besloten adressanten in deze zin te doen antwoorden. De verhardingen en de verdere afwerking van de Zuidtangent met de daarbij behorende werken worden in de loop van 1985 en begin 1986 uitgevoerd. Het is gewenst, dat in deze periode ook het totale fietspad kan worden aangelegd. Aansluitend aan dit gedeelte fietspad moet een houten bruggetje over de Boksumer Zool worden gebouwd. Hiervoor is inmiddels een aanvraag om bouwvergunning ingediend. Het hiervoor bedoelde gedeelte fietspad en het bruggetje wijken af van het Uitbreidingsplan in Hoofdzaak van de gemeente Menaldumadeel (bestemming is Landelijke bebouwing klasse H). Teneinde aan de aanleg van een en ander medewerking te kunnen verlenen, is het noodzake lijk dat een voorbereidingsbesluit wordt genomen. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid vrijstelling van de voorschriften van het bestemmingsplan te verlenen (na een verklaring van geen bezwaar van Gedeputeerde Staten). Bin nenkort zullen wij een voorstel aan U voorleggen tot het verzoeken aan de Kroon om de voor uitvoering benodigde perceelsgedeelten voor onteigening aan te wijzen. Onder mededeling, dat de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening omtrent het vorenstaande i3 gehoord, stellen wij U voor ten aanzien van het terrein, het perceel en de gebieden zoals hiervoor omschreven, een voorbereidings besluit te nemen, overeenkomstig het bijgevoegd ontwerp-besluit Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, mr. G.J. te. Loo Burgemeester. mr. W.J.G. Reumer Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1985 | | pagina 125