Hoofdstuk 3. - 16 - MONUMENTEN EN BEELDBEPALDENDE PANDEN. Artikel 3.1. 1. In dit hoofdstuk wordt verstaan onder: a. Monumenten: Panden die zijn opgenomen in het monumentenregister zoals beuoeld in artikel 10 van de Monumentenwet, dan wel panden waaromtrent de Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur ingevolge arti kel 8 van deze wet het voornemen tot plaatsing op de monumen tenlijst heeft kenbaar gemaakt. b. Beeldbepalende panden: Panden die niet als monument zijn beschermd, maar die naar het oordeel van burgemeester en wethouders een kenmerkend onderdeel vormen van een stads- of dorpsgezicht dat krachtens artikel 20 van de monumentenwet in de gemeente is aangewezen of vanwege het Departement van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur bescher- menswaardig wordt geacht, dan wel panden welke gehoord de Com missie Monumentenzorg, eveneens als kenmerkend moeten worden beschouwd. 2. In dit hoofdstuk wordt onder eigenaar mede verstaan: a. degene die het recht van erfpacht heeft; b. de houder van een recht van opstal; c. de toekomstige eigenaar, erfpachter of houder van een recht van opstal. Artikel 3.2. 1. Aan de eigenaar, tevens bewoner van een pand, kan een bijdrage ineens worden toegekend ter tegemoetkoming in de kosten van het treffen van: a. voorzieningen tot verbetering van de indeling of het woongerief b. voorzieningen tot opheffing van bouwtechnische gebreken, het normale onderhoud te boven gaand; c. overige voorzieningen, het normale onderhoud te boven gaand, die voor de instandhouding van het pand noodzakelijk zijn. 2. De eigenaar tevens verhuurder van een bewoond pand, kan een bijdrage-ineens worden toegekend ter tegemoetkoming in de kosten van voorzieningen, zoals bedoeld in het eerste lid. 3. Aan de eigenaar van een pand, niet zijnde een woning, en niet tot woning bestemd, kan een bijdrage-ineens worden toegekend ter tegemoetkoming in de kosten van voorzieningen, zoals bedoeld in het eerste lid, onder b en c. - 17 - 4. De bijdrage-ineens, zoals bedoeld in het eerste en tweede lid, bedraagt maximaal 50van de kosten van voorzieningen, doch ten hoogste 50? van 200.000, 5. De bijdrage-ineens, zoals bedoeld in het derde lid, bedraagt maximaal 50? van de kosten van voorzieningen, doch ten hoogste 50? van 150.000, 6. Op de kosten van voorzieningen worden in mindering gebracht de kosten waarvoor uit hoofde van deze verordening of enige andere regeling steun is of kan worden toegekend, alsmede de kosten die uit hoofde van een andere regeling zijn of kunnen worden gefinan cierd, tenzij de bijdrage een aanvullend karakter draagt. 7. In bijzondere gevallen kan de bijdrage-ineens op een hoger bedrag worden vastgesteld dan voortvloeit uit de toepassing van het vierde en vijfde lid van dit artikel. Artikel 3»3. 1. Voor de restauratie/rehabilitatie van woonhuismonumenten en beeldbepalende panden kunnen burgemeester en wethouders voor de in nauw overleg met hen en te hunnen genoegen te ontwikkelen plannen een stimuleringssubsidie toekennen: a. van maximaal 2.500,wanneer de bouwkosten een bedrag van 100.000,niet zullen overschrijden. b. van maximaal 5.000,wanneer de bouwkosten meer dan 100.000,doch niet meer dan 150.000,zullen bedragen. c. van maximaal 7.500,wanneer de bouwkosten meer dan 150.000,zullen bedragen. Het bedrag der bouwkosten moet gebaseerd zijn op een sobere en doelmatige uitvoering van de restauratie- of rehabilitatiewerk zaamheden, zulks ter beoordeling van burgemeester en wethouders. 2. Onder bouwkosten worden in de regel verstaan de kosten van alle voorzieningen die moeten worden getroffen om een wocnhuismo- nument zo goed mogelijk naar huidige maatstaven gerekend bewoon baar te maken en te restaureren, exclusief omzetbelasting. 3. Het stimuleringssubsidie wordt niet eerder toegekend dan: a. nadat burgemeester en wethouders op basis van het gestelde in het eerste lid hebben verklaard, dat overeenstemming bestaat over de planvoorbereiding; b. nadat de zakelijk gerechtigde(n) op het te restaureren/reha biliteren woonhuismonument aan burgemeester en wethouders heeft (hebben) verklaard, dat indien het restauratie/rehabilitatieplan, om welke reden dan ook, niet wordt uitgevoerd, het geheel of ten dele ontwikkelde plan aan de gemeente beschikbaar wordt gesteld en haar eigendom wordt.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1985 | | pagina 141