3. De ondernemer moet zich verbinden de ontvangen uitkering terstond als onverschuldigd betaald te restitueren, indien hij de in het tweede lid genoemde voorwaarde niet is nagekomen. 4. De uitkering wordt zo spoedig mogelijk nadat bedrijfsbeëin diging heeft plaatsgevonden uitbetaald. 5. Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling van de in het tweede lid genoemde voorwaarde verlenen. PROCEDURE Artikel 4.16. 1. Een aanvraag om steun als bedoeld in dit hoofdstuk dient schriftelijk te worden ingediend bij burgemeester en wethouders. 2. Een aanvraag dient te worden ingediend voordat de ondernemer overgaat tot uitvoering van activiteiten die tot steuntoekenning kunnen leiden. Artikel 4.17. 1. Een aanvraag dient vergezeld te gaan van een advies uitgebracht door één of meerdere door burgemeester en wethouders toegelaten onafhankelijke instantie(s)De kosten van dit advies kunnen worden vergoed. 2. Bij de aanvraag dienen de gegevens te zijn gevoegd die nodig zijn voor de beoordeling. 3. Alvorens op de aanvraag te beslissen kunnen burgemeester en wethouders binnen één maand nadat de aanvraag is ingediend nadere gegevens van de ondernemer verlangen. 4. Burgemeester en wethouders beslissen omtrent de aanvraag bin nen twee maanden na de dag waarop de aanvraag ontvangen is of binnen twee maanden nadat de in het derde lid bedoelde gegevens zijn ontvangen. Zij kunnen hun beslissing één maal voor ten hoogste twee maanden verdagen. Een afschrift van hun besluit tot verdaging zenden zij toe aan de aanvrager van de steun. Artikel 4.18. De ondernemer dient, voor zover dat redelijkerwijs voor de uit voering van deze verordening nodig is, desgevraagd aan door burgemeester en wethouders respectievelijk door de in artikel 4.17.» eerste lid bedoelde onafhankelijke instantie(s) aangewezen personen gegevens te verstrekken, inzage te geven in zijn boeken en bescheiden en toegang te verlenen tot zijn bedrijfsruimten. Artikel 4.19. 1. Burgemeester en wethouders bepalen bij hun besluit tot toeken nen van steun het definitieve steunbedrag tenzij het betreft steun ingevolge artikel 4.7. van deze verordening. 2. De gegevens voor de vaststelling van de definitieve uitkering als bedoeld in artikel 4.7. dient de aanvrager binnen drie maan den na afloop van het boekjaar waarop de uitkering betrekking heeft aan burgemeester en wethouders te verstrekken. Burgemeester en wethouders bepalen binnen twee maanden nadat deze gegevens zijn ontvangen het definitieve steunbedrag. 3. Indien gunstig wordt beslist op de aanvraag om geldelijke steun kan aan de aanvrager in daartoe aanleiding gevende gevallen een voorschot worden verstrekt. 4. Het voorschot wordt verrekend bij de definitieve uitbetaling. Deze uitbetaling vindt plaats zodra de ondernemer heeft aange toond dat de activiteiten waarvoor de steun is toegekend conform de overgelegde bescheiden zijn verricht. 5. De ondernemer moet zich verbinden de als voorschot ontvangen steun terstond als onverschuldigd betaald te restitueren, indien en voor zover de activiteiten, waarvoor de steun is toegekend niet binnen een redelijke termijn en conform de overgelegde bescheiden zijn verricht. - 28 - - 29 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1985 | | pagina 147