- 16 - Tevens dienen hiervan naar zijn mening te worden uitgezonderd de niet van de straat af zichtbare achter- en zijgevels. Volgens de Memorie van Toelichting bij de Monumentenwet ligt het geenszins in de bedoeling een stadsgezicht te "bevriezen" in de toestand, waarin het zich bevindt. Het streven moet erop gericht zijn, dat wenselijke of noodzakelijke veranderingen slechts geschieden op zodanige wijze, dat het aspect van het geheel niet, of althans zo weinig mogelijk schade lijdt. De bepalingen, waartegen de heer Hepkema bezwaar maakt, vinden voor een belangrijk deel hun oorsprong in de toelichting bij de aanwijzing. Het gaat er met name om de historisch gegroeide situatie te beschermen. De strakheid van de bouwvoorschriften wordt overigens verlicht door de ingebouwde vrijstellingsbe palingen. Hierdoor is het onder meer mogelijk eigentijdse materialaate gebruiken voor gevels en gevelonderdelen. Voorts maken ook de achter- en zijgevels deel uit van het beschermd stadsgezicht. Wij achten deze bezwaren ongegrond. N. Bezwaren betreffende wijzigingsbevoegdheid groenvoorzieningen in de blokken 2 en 4» De heer Hepkema vraagt zich af of de wet het wel mogelijk maakt om voor de desbetreffende gronden een wijzigingsbevoegdheid in het plan op te nemen. Hij geeft er de voorkeur aan deze gronden direct een groenbestemming te geven, zodat belanghebben den meer mogelijkheden tot verweer hebben. Noch in de tekst van de Wet op de Ruimtelijke Ordening noch in de jurisprudentie zijn aanknopingspunten te vinden voor de opvatting, dat de wijzigingsbevoegdheid ex artikel 11 van deze wet alleen van toepassing zou kunnen zijn op onbebouwde gronden. Er is van afgezien aan deze gronden direct een groenbestemming te geven, omdat niet zeker is of in de toekomst inderdaad tot realisering kan worden overgegaan. Overigens merken wij op, dat de Wet op de Ruimtelijke Ordening en de Wet Administratieve Rechtspraak. Overheidsbeschikkingen voor (derden-) belanghebben den ruim voldoende mogelijkheden bieden om bezwaar c.q. beroep in te dienen tegen beschikkingen waarin al dan niet gebruik gemaakt wordt van een wijzigingsbevoegdheid. Deze bezwaren dienen derhalve ongegrond te worden verklaard. 0Bezwaren betreffende de bestemming "Bijzondere Doeleinden". De heer Hepkema stelt voor aan een aantal van de panden met de B.D.-bestemming een dubbele bestemming te geven, namelijk ook de bestemming "Gemengde Doeleinden". Hij denkt hierbij met name aan de panden Noorderweg 16, Nieuweburen 113 en Slotmakers straat 14 en 16. Hierdoor zullen de eigenaren minder in hun beschikkingsvrijheid worden beknot. Aan de desbetreffende panden is de bestemming "Bijzondere Doeleinden" gegeven vanwege de bijzondere plaats die deze panden innemen c.q,. in verband met het bijzondere gebruik dat hiervan gemaakt wordt. Deze methodiek is ook in andere bestemmingsplannen voor delen van de binnen stad toegepast. - 17 - Bedoelde panden zijn veelal met het oog op een bepaald gebruik bouw kundig aangepast, terwijl voorts meestal sprake is van een functio nele eenheid, zodat een B.D.-bestemming voor de hand ligt. Overigens kunnen de als zodanig bestemde panden voor meerdere doeleinden worden gebruikt (sociale, religieuze en culturele doeleinden). Deze bezwaren moeten ongegrond worden geacht pBezwaren betreffende de bestemming "Grafische Bedrijven". De heer Hepkema is van mening, dat aan de desbetreffende panden (B.V. Friese Pers/Leeuwarder Courant) een tweede bestemming, namelijk "Ge mengde Doeleinden" dient te worden gegeven. Hij vraagt zich bovendien af of het wel in overeenstemming met de bedoelingen van de wetgever is om de bestemming te beperken tot één soort onderneming. Andere be- drijfstypen moeten naar zijn mening ter plaatse ook mogelijk zijn. Aangezien hier sprake is van een specifiek gebruik van een groot aan tal panden, is gekozen voor één specifieke bestemming. De gebruiks mogelijkheden van deze panden zijn hierdoor inderdaad beperkt tot de huidige functie. Uit een oogpunt van ruimtelijke ordening moet in dit geval een stringente regeling noodzakelijk worden geacht, enerzijds om daarmee greep te houden op eventuele toekomstige ontwikkelingen, anderzijds om belanghebbenden voldoende rechtszekerheid te bieden. De bezwaren achten wij ongegrond. QBezwaren betreffende de bestemming "Muurwerken". De heer Hepkema wijst op het feit, dat muurwerken alleen in de voor geve lrooilijn geplaatst mogen worden. Naar zijn mening kunnen hier door problemen ontstaan wanneer vrije toegang moet worden verleend naar een deur in een zijgevel. Tevens heeft hij bezwaar tegen de maxi maal toegestane hoogte van 3 meter voor de muurwerken. De vraag of al dan niet (via een steeg) vrije toegang moet worden ver leend, is een privaatrechtelijke zaak, welke geheel losstaat van deze bestemmingsplanregeling. Muurwerken, die niet in de voorgevelrooilijn zijn geplaatst, vallen onder het begrip "andere bouwwerken" (een bouw werk, geen gebouw zijnde) waarvoor aparte bouwvoorschriften zijn op genomen. Wat betreft de hoogte van de onder de onderhavige bestemming vallende muurwerken, is aansluiting gezocht bij de hoogte van de om ringende bebouwing. Een maximale hoogte van 3 meter is toegestaan om dat hierdoor de individualiteit van panden (in het kader van het be schermd stadsgezicht) het beste gewaarborgd kan worden. De bezwaren dienen ongegrond te worden verklaard. Bezwaren inzake de regeling betreffende het slopen van bouwwerken. De heer Hepkema is van mening, dat indien een gebouw tengevolge van een calamiteit zodanig is gehavend, dat het voor geen enkel doel meer bruik baar is, het gebouw zondermeer gesloopt moet kunnen worden. Met het oog op de bescherming van het cultuur-historische karakter van het gebied is een aanlegvergunningenstelsel voor ondermeer het geheel of gedeeltelijk slopen van gebouwen noodzakelijk. Lid 3 bevat het crite rium waaraan het al dan niet toelaatbaar zijn van het slopen, door ons college moet worden getoetst. Tegen de eventuele weigering van een der gelijke vergunning kan bij Uw Raad beroep worden ingesteld. Het zondermeer mogen afbreken van een gebouw of van het restant daar van achten wij niet gewenst. Wij achten deze bezwaren ongegrond.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1985 | | pagina 164