/l? -2- worden ontleend. Het uitzicht wordt overigens slechts ten dele weggenomen. Uit verkeerstechnisch oogpunt bestaan slechts zeer geringe bezwaren. Hoewel het overzicht enigszins wordt belemmerd, is dit, gelet op het feit, dat het om een doodlopende straat gaat, en de snelheid mitsdien laag is, niet doorslaggevend. Van het anders gebruiken van de berging is niets bekend. De bouwaanvraag spreekt slechts over een berging en daarop zal de beoordeling geschieden. Het bezwaarschrift dient ongegrond te worden verklaard. IV. Terinzagelegging van de stukken en hoorzitting. De op de zaak betrekking hebbende stukken hebben van 15 tot en met 19 april 1985 ter gemeentesecretarie ter inzage gelegen. Bezwaarde en de derde- belanghebbende, de heer B. Jagersma, zijn in het bezit gesteld van de stukken. Bezwaarde, de heer Jagersma en de vertegenwoordiger van Burgemeester en Wet houders zijn in de gelegenheid gesteld hun standpunten mondeling toe te lichten in een hoorzitting van de Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaar schriften op donderdag 2 mei 1985 te 15.30 uur in het Stadhuis. De heer Jagersma verklaarde, dat de berging aan de oostkant zou worden afgeschermd met coniferen ai dat de ramen aan de westkant kcmen. Voor het overige werden geen nieuwe punten naar voren gebracht. VOverwegingen en advies van de Raadsadviescommissie voor de beroep- en be zwaarschriften De commissie is van oordeel, dat van een belemmering van het uitzicht nauwelijks sprake is. Ook zal de berging, gelet op de plaatselijke situatie en de daarmee samenhangende lage snelheid van de auto's, geen gevaar opleveren voor spelende kinderen. De berging zal worden afgeschermd met coniferen en de ramen komen aan de westkant. Mitsdien kan niet worden gesproken van aantasting van de belangen van bezwaarde of van negatieve consequenties voor de buurt. De commissie adviseert de Raad derhalve het bezwaarschrift ongegrond te verklaren en te besluiten conform bijgevoegd concept-besluit. Voorzitter, Secretaris 1 v, A/i't1 V d (mr. C.O. Rommerts) (mr. A.D. van Dijk) Nr. 9223 DE RAAD VAN DE GEMEENTE LEEUWARDEN; gelezen de brief van de heer J. Zoethout te Goutum, waarbij deze ingevolge de Wet Arob bezwaar indient tegen het besluit van de Raad d.d. 23 januari 1985, nr. 832 onder II, een voorbereidings- besluit te nemen als bedoeld in artikel 21 van de Wet Ruimtelijke Ordening ten behoeve van het perceel De Tilbarten 29 te Goutum; overwegende, dat ingevolge artikel 2 van de Procedureverordening Raadsadviescommissie voorde beroep- en bezwaarschriften het be zwaarschrift om advies in handen is gesteld van de Raadsadvies commissie voor de beroep- en bezwaarschriften; dat de commissie in haar advies d.d. 10 mei 1985, bijlage nr. 134 de Raad adviseert het bezwaarschrift ongegrond te verklaren; dat hij zich met de overwegingen en het advies van de commissie kan verenigen; gelet op de Wet Arob, de Wet Ruimtelijke Ordening en de Procedure verordening Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaarschriften; BESLUIT het bezwaarschrift van de heer J. Zoethout ongegrond te verklaren en mitsdien het bestreden voorbereidingsbesluit te handhaven. Aldus besloten in de openbare vergadering van Voorzitter Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1985 | | pagina 284