3. de in het afgelopen jaar aangeschreven inrichtingen; No. 9342 DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; gezien de aanvrage van P. Zwerver, geboren 2 april 1958, wonende Midlumer- straat 7 te Leeuwarden tot het garanderen van de rente en aflossing van een lening groot 25.000,door de Rijkspostspaarbank te Amsterdam te verstrekken aan P. Zwerver voornoemd, onder verband van tweede hypotheek op de woning Mid- lumerstraat 7 te Leeuwarden, op het perceel kadastraal bekend gemeente Leeuwar den, sectie D nummers 2508 en 2637; overwegende - dat de kosten van het verbeteren van de woning 26.806,43 bedragen; - dat de door de Rijkspostspaarbank te verstrekken geldlening onder verband van tweede hypotheek, 25.000,bedraagt; - dat de looptijd van de eerder genoemde lening 25 jaar is; - dat de verschuldigde rente 8,35% bedraagt; - dat de verplichte aflossing door middel van annuïteiten geschiedt; - dat de te ontvangen bijdrage op grond van de Subsidieverordening Stads- en Dorpsvernieuwing Leeuwarden, ad 5-500,dient te worden gedecedeerd aan if geldgever ter extra aflossing, waarna de annuïteit dient te worden aangepast; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 23 mei 1985 (bijlage nr. 188) gelet op artikel 64, 2e lid sub b van de Woningwet en artikel 12, 1e lid a b van het Besluit geldelijke steun volkshuisvesting; BESLUIT de rente en aflossing te garanderen van vorenbedoelde lening groot 25.000,-- onder de voorwaarden en bepalingen voor het garanderen van rente en aflossing van een lening vervat in bijlage II van de inmiddels vervallen Beschikking deel neming van het Rijk in garanties bij woningverbetering. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Uitwerking model Hinderwet Uitvoerings Programma. Bijlage no. 189 Leeuwarden, 23 mei 1985. Aan de Gemeenteraad. Op basis van de rapportage van de Grontmij over het opzetten van een Hinder wet Uitvoerings Programma (H.U.P.) hebt U op 18 februari 1985 ingestemd met het voorgestelde model voor een beperkte intergemeentelijke samenwerking. In het betreffende raadsvoorstel is aangegeven, dat op korte termijn een opzet zou moeten worden gemaakt van de wijze, waarop dit model in onze gemeente kan worden geconcretiseerd. Het zou hierbij niet alleen moeten gaan om een werkplanning, maar tevens om nadere voorstellen inzake de kostenaspecten en de hoogte van de legestarieven. Naar aanleiding van de rapportage van het Bouw- en Milieutoezicht hieromtrent delen wij U thans het volgende mede. Aanpak Hinderwet Uitvoerings Programma. Voorgesteld wordt hiervoor een programma op te stellen met een looptijd van vijf jaar en dit programma door middel van een jaarlijkse bijstelling een voortschrijdend karakter te geven. Deze jaarlijkse bijstelling dient in de Com missie voor de Milieuhygiëne aan de orde gesteld te worden. In deze rapportage zullen in elk geval aan de orde moeten worden gesteld: 1. de in het afgelopen jaar verleende hinderwetvergunningen; 2. de in het afgelopen jaar gecontroleerde inrichtingen; 4. de in het afgelopen jaar in behandeling genomen aanvragen; 5. de kosten van uitvoering, alsmede de opbrengsten van leges. Daarnaast zal in de rapportage ingegaan moeten worden op de in de komende jaren te controleren en aan te schrijven inrichtingen en voorts op de hiervoor benodigde menskracht. Indien uit één en ander blijkt, dat zich bepaalde knelpun ten voordoen, zal tevens aangegeven moeten worden of en in hoeverre er wij zigingen moeten plaatsvinden in de te stellen prioriteiten. In onze gemeente zijn thans 1251 hinderwetplichtige bedrijven gevestigd. Deze bedrijven zijn onderverdeeld in tien prioriteitsklassen. De indeling daarin is afhankelijk van twee faktoren. In de eerste plaats de mate van hinder die een bedrijf kan veroorzaken. Daarbij spelen de volgende elementen een rol: geluid, trillingen, gevaar, luchtverontreiniging, stof, stank, bodem verontreiniging, waterverontreiniging en verkeersaantrekkende werking. De tweede faktor hangt samen met de plaats waar een bedrijf gevestigd is (woon- en/of werkgebied, buitengebied e.d.). Momenteel beschikken 443 van de bedrijven over een vergunning dan wel is hun aanvraag om vergunning in behandeling; dit komt overeen met 35% van het totale aantal bedrijven. Dit percentage is al weer gunstiger dan dat waar de Grontmij de rapportage op heeft gebaseerd. Het vorenstaande betekent dat thans nog 806 bedrijven (ofwel 65%) niet over een vergunning beschikken.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1985 | | pagina 290