Nr. 10205
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen de aanbeveling van Burgemeester en Wethouders van 13 juni 1985,
(bijlage nr. 212);
BESLUIT
met ingang van een nader door Burgemeester en Wethouders te bepalen datum te bi
noemen tot hoofddirecteur van de Dienst Stadsontwikkeling: de heer ir. Johannes
Jacobus de Waal Malefijt, geboren 20 mei 19-46 te Ridderkerk.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secreta is.
Vaststellen van de wijze van heffing van het lesgeld Gemeentelijk Muziekinsti
tuut Leeuwarden en wijzigen van de benaming van de bijdrageregeling van het
Gemeentelijk Muziekinstituut.
Bijlage no. 213 Leeuwarden, 13 juni 1985.
Aan de Gemeenteraad.
Voor het lesgeldjaar 1984-1985 heeft U, daartoe gedwongen door een tweetal
arresten van de Hoge Raad, besloten tot afschaffing van de inkomensafhankelijke
tarieven lesgeld G.M.L.
Als alternatief heeft U toen gekozen voor uniforme lesgeldtarieven in combinatie
met een bijdrageregeling.
Deze regeling voorziet er in, dat de lesgeldplichtige een zodanige bijdrage
krijgt, dat per saldo hetzelfde bedrag aan lesgeld moet worden betaald als het
geval geweest zou zijn met inkomensafhankelijke tarieven.
In ons voorstel van 15 oktober 1984, op grond waarvan voor genoemd alter
natief is gekozen, hebben wij opgemerkt, dat afhankelijk van de ontwikkelingen
in de jurisprudentie en de ervaring welke met het gekozen alternatief wordt
opgedaan, voor het lesgeldjaar 1985-1986 en volgende jaren wederom bekeken moet
worden, welke wijze van heffing de voorkeur verdient.
Thans dienen de tarieven voor het lesgeldjaar 1985-1986 vastgesteld te worden.
Op dit moment zijn er geen ontwikkelingen in de jurisprudentie, die een terug
keer naar de oude wijze van heffing op basis van inkomensafhankelijke tarieven
rechtvaardigen. Integendeel, de jurisprudentie bevestigt thans uitdrukkelijk,
■dat inkomensafhankelijke tarieven strijdig zijn met de aard en het karakter van
de in artikel 277 van de Gemeentewet geregelde heffingen.
ie ervaring met de uniforme tarieven en de bijdrageregeling is positief te noe-
rien en dwingt evenmin tot wijziging van de bestaande regeling.
Dit moge blijken uit het feit, dat de medewerking van de lesgeldplichtigen bij
het verschaffen van de voor de berekening van de bijdrage relevante inkomens- en
ermogensgegevens over het algemeen goed te noemen valt.
;aar onze mening zijn er derhalve thans geen redenen om het lesgeld van het
.M.L. op een andere wijze te heffen.
Aangezien de door U vastgestelde bijdrageregeling uitsluitend van toepassing was
voor het lesgeldjaar 1984-1985 stellen wij U voor door wijziging van de benaming
van de bijdrageregeling deze toepasbaar te maken voor het lesgeldjaar 1985-1986
e.v. (zie bijgevoegd ontwerp-besluit)
ar ie ven.
Bij de vaststelling van de begroting 1985 hebt U besloten voor dit jaar voor
retributies geen tariefsverhoging wegens inflatie toe te passen.
Als onderdeel van het Beleidsplan 1985-1989 heeft U weliswaar besloten aan het
Gemeentelijk Muziekinstituut Leeuwarden de benodigde middelen te verschaffen
voor de aanschaf van extra muziekinstrumenten en in dit verband hebben wij U
verzocht een krediet van 32.275,beschikbaar te stellen, doen wij zijn van
mening, dat dekking van de kapitaallasten van dit krediet ad 6.145,niet ge
vonden behoeft te worden in tariefsverhoging van de lesgelden G.M.L. voor het
lesgeldjaar 1985-1986.