- 2 -
4. zonder toestemming van Burgemeester en Wethouders is het de Stichting
niet geoorloofd de op de geldlening betrekking hebbende uniformen te
vervreemden, of in onderpand te geven;
5. voor de aanvang van elk boekjaar zendt het bestuur de begroting voor
het komende boekjaar in ter goedkeuring door Burgemeester en
Wethouders;
6. al hetgeen door de gemeente terzake van de verleende garantie mocht
worden betaald blijft als schuld op de Stichting rusten; over het
bedrag dezer schuld wordt, totdat zij is afgelost, jaarlijks op
31 december rente op rente bijgeschreven, berekend naar hetzelfde per
centage als geldt voor de geldlening;
7 aan de goedkeuring van Burgemeester en Wethouders zijn onderworpen de
besluiten voor de Stichting betreffende het bij derden opnemen van
kapitaal, anders dan dat, waarvoor op grond van dit besluit garantie
wordt verleend;
8. de Stichting zendt binnen drie maanden na afloop van elk boekjaar de
balans en exploitatierekening in bij Burgemeester en Wethouders;
9. wijst de verlies- en winstrekening over enig jaar een winstsaldo aan,
dan zal de vereniging ter voldoening van een schuld als bedoeld on
der 6. aan de gemeente betalen een bedrag gelijk aan die schuld, of, zo
deze hoger is dan het winstsaldo, tot een bedrag van het winstsaldo;
10. de Stichting is verplicht de aan de geldlening en aan de garantieover
eenkomst verbonden voorwaarden stipt na te komen;
11. de gemeente zal, zolang de in deze overeenkomst bedoelde geldlening
niet geheel is afgelost en daarenboven hetzij de gemeente terzake van
de verleende garantie een vordering op de vereniging heeft als bedoeld
in punt 6 van deze overeenkomst en welke vordering niet is verrekend
als aangegeven in punt 9 van deze overeenkomst, hetzij de vereniging ii
gebreke blijft één of meerdere van de overige bepalingen van deze over
eenkomst na te leven, het recht hebben om alle bezittingen van de vere
niging ten behoeve waarvan de geldlening is gesloten met de op de be
zittingen rustende lasten en verplichtingen en alle schulden van de
vereniging voorzover die ten behoeve van die bezittingen zijn getaakt,
gezamenlijk over te nemen tegen een vergoeding ten bedrage van het vooi
de verwerving en instandhouding van die bezittingen aangewende deel val
het eigen vermogen van de vereniging, benevens eventueel een naar het
oordeel van Burgemeester en Wethouders billijke vergoeding voor de li
quida tiekosten;
- 3 -
12. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd, zolang de in de garantie-over
eenkomst bedoelde geldlening niet geheel zal zijn afgelost, zo nodig
nadere voorwaarden te stellen.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.