Bijstelling subsidiëring projecten Mensen zonder Werk in 1985. Leeuwarden, 21 maart 1985, Bijlage no. 121 Aan de Gemeenteraad. In Uw vergadering van 19 december 1984 heeft U onder meer het Programma Sociaal-Cultureel Werk 1985 met de daarbij behorende "Nadere Standpunt bepaling en nota van wijzigingen" vastgesteld en een besluit genomen over de daaruit voortvloeiende consequenties ten aanzien van de subsidiëring op so ciaal-cultureel terrein. Tot dit terrein worden ook de projecten voor mensen zonder werk gerekend. In het genomen besluit inzake de subsidiëring van projecten voor mensen zon der werk 1985 is onder meer de voorwaarde vervat dat in deze kosten een rijksbijdrage van het Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van 300.523,en van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 694.668,ontvangen wordt. Op 10 januari 1985 hebben wij telefonisch bericht ontvangen van het provinciaa bureau Landelijk contact van het Ministerie van W.V.C. dat de rijksbijdrage over 1985 van voornoemd ministerie zal worden vastgesteld overeenkomstig het voor 1984 beschikbaar gestelde bedrag, zijnde 237.524, De van dit ministerie te ontvangen rijksbijdrage is derhalve 62.999, lager dan waarmede in het Programma Sociaal Cultureel Werk 1985 rekeningis gehouden. Naar aanleiding van deze mededeling hebben wij in de subsidie-beschikking voor onderstaande instellingen een zinsnede opgenomen dat wij voornemens waren U voor te stellen om het toegekende subsidie met de daarnaast vermelde bedragen te verlagen. 1Jongeren Ontmoetingscentrum Leeuwarden (overige kosten excl. honorarium docent custom painting) 8.325, 2. Stichting Creativiteitscentrum (gehele begrote rijksbijdrage van W.V.C.) 9.123, 3. Stichting Vormgeverskollektief (gehele begrote bijdrage van W.V.C.) 12.100, 4. L.H.N.O.-project (bijstelling i.vm. latere startdatum van dit project) 33.500, Totaal: 63.043,— Bij het maken van de bovenstaande keuze inzake het doorvoeren van een korting op het toegekende subsidie, hebben wij overwogen dat het niet redelijk is om te korten op het subsidie van instellingen waarbij geen rekening is gehouden met een rijksbijdrage van W.V.C. Daarnaast hebben wij aansluiting gezocht bij het door het ministerie van W.V.C. in de circulaire van 26 januari 1984 met als onderwerp het "sociaal-cultu reel beleid en werkloosheid: voorrang voor jongeren"omschreven en door ons onderschreven beleid. Kort samengevat houdt dit in, dat het voornemen bestaat om het tot nu toe gevoerde beleid om te buigen en in de eerste plaats subsidies te verlenen vooi projecten waarin uitdrukkelijk wordt gestreefd naar loonvorming (op termijn) dan wel naar het werken (al of niet met behoud van uitkering), op kosten dekkende basis. Die projecten die kunnen worden gekarakteriseerd met de be grippen vrijetijdsbesteding en educatie genieten een lagere prioriteit. Bij de doorberekening van de lagere te ontvangen rijksbijdrage van W.V.C. hebben wij tenslotte getracht deze doorberekening zodanig te spreiden dat de betreffende instellingen - zij het met minder financiële middelen - toch een bepaald activiteitenaanbod voor mensen zonder werk kunnen blijven doei

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1985 | | pagina 63