Vaststellen van het tracé van de Oostergoweg.
Bijlage nr. 122 Leeuwarden, 11 april 19^5
Aan de Gemeenteraad.
IInleiding
In een aantal raadsbesluiten hebt U in het verleden het tracé van de
Oostergoweg vastgesteld. Voor het gedeelte vanaf de Aldlansdyk tot aan
de spoorlijn Leeuwarden - Groningen heeft dit plaatsgevonden door
de vaststelling van de bestemmingsplannen Huizum-BadwegHuizum-Bornia
en Huizum-SixmaHet gedeelte vanaf de spoorlijn tot aan het Zuiderplein
is vastgesteld bij het raadsbesluit tot vaststelling van het Verkeers-
structuur- en Uitwerkingsplan. De uitwerking van laatstgenoemd tracége
deelte diende plaats te vinden op basis van een bij het raadsbesluit be
horende tekening archiefnr. 34-66-25, waarin onder meer was voorzien in
een ongelijkvloerse kruising met de spoorlijn.
Bij de opstelling van het ISR.-uitvoeringsrapport voor het gebied Tul-
penburg/Klanderijbuurt is voor dit gebied een stedebouwkundige uitwerking
gemaakt op basis van in genoemde tekening aangegeven wegenstructuur.
Hierbij bleek dat de vastgestelde wegenstructuur tot zodanige omvangrijke
ruimtelijke en financiè'le consequenties leidt dat, na overleg in de Com
missie voor de Ruimtelijke Ordening, is besloten te streven naar een
kleinschaliger verkeersoplos sing voor het betreffende gebied, uitgaande
van een gelijkvloerse kruising met de spoorlijn. Wij hebben daartoe een
werkgroep ingesteld. De opdracht aan de werkgroep was alternatieven aan
te dragen voor het tracégedeelte van de Oostergoweg vanaf de Potmarge
tot aan het Zuiderplein.
Het resultaat van de studie van de werkgroep is vastgelegd in het "Rapport
Werkgroep Oostergoweg d.d. november 1983". Het rapport met bijlagen is ter
inzage gelegd.
II. Inhoud van het rapport Werkgroep Oostergoweg.
Het rapport bevat, naast een inleiding, allereerst een analyse van de
problematiek met betrekking tot de bereikbaarheid van de binnenstad van
uit het zuiden en het oosten. Aansluitend hieraan wordt een opsomming,
met een toelichtinggegeven van de randvoorwaarden en van een aantal
stedebouwkundige en verkeerstechnische uitgangspunten. Op basis van een
en ander is vervolgens in een 9-tal modellen een aantal principe-oplos
singen aangegeven.
Daarbij is uitgegaan van de gedachte dat niet alleen een oplossing ge
vonden moet worden voor de aansluiting van de Oostergoweg op de binnen
stad, maar ook voor die van de Willem Lodewijkstraat als bereikbaarheids
route vanuit het oosten. Laatstgenoemde oplossing is gevonden in een
nieuwe verbindingsweg tussen de Willem Lodewijkstraat en de Oostergoweg.
Deze weg dient ter ontlasting van de aanwezige route Achter de Hoven -
ZuidergrachtswalHierdoor is tevens een nieuwe oost-zuid verbinding
ontstaan
Vervolgens heeft een afweging van de 9 modellen plaatsgevonden op basis
van stedebouwkundige, verkeerstechnische en akoestische aspecten, als
mede uit een oogpunt van grondexploitatie. Voor een uitvoerige beschrij
ving van zowel de modellen als de afweging verwijzen wij U kortheidshalve
naar de bijlagen 1 tot en met 4 van het rapport.
Een en ander heeft ertoe geleid dat twee modellen (in het rapport alter
natieven genoemd) zijn overgebleven.
