uba jooa n uappaqs Ctm uamouaSSnuaq uapjoM uBq
Z86L up paopjooASuxqsBpaq auBqsquo 996I up 49H 49P
ppn uba paapuaSaq up ja ubbS Ptm 'uapupA aq spBBpd
uaAaoqaq aaaui uaSupSapjaAqnjpSupqsBpaq appaopaquo
uaaS ^861 apuBBSup qsp Ctm uaqqoBMjaA asuBBpq
-SPJM3 apsspunnoQ ap uba uappaqsaooA ap uba Supa
-aoAup uba uapzuBB uaq uaSupqqoBMjaA aqqaMaS ap do
qapaS ua 'pMnoqosaq uapjoM UBy maapqojd qfppapuBq
uaa spa aBBui paaquappoup uaa spa qapu qaq uBAaBBM
SpoAaS spB uaqqaq uadureq ap qappBtuapqoad-papaipp
ap paui uaquaamaS aaapaaam psp qpaj paq do papao
•ufpz uappnz uaSupqsBpaqpaoS puaa
-aoauo ap uba qsSuajqdo aqrppaSom ap pbm uappaps
ap psba paaaouoo papu susqp sp aatnaapq puBqaaA
up 'uapaoM uappnz paaasppaaouooaS ajpBpnojpo-punf
ap ppn uaSupSSazaoq pBpuBB uaa aapupnoapo apspBBp
ap up pBp uapqoBMaaA fpM pSxpuoyaSuBB aaiBpnoapo
-aaqraapdas uaa Sou st 5861 aaiBpnoapo-punT ap up
•—'000*055 S
uba aappBAuaSap uaa uappsppui i'000*250*22
uba SBjpaq uaa qam uapnoqaS uapjoM Supuaqaa
sqqoaps aapqoa uBq uaqsoqspuBqsfpq Bapxa ap uooa
appBsuaduioo ap pjaapaq pBM aooA Sutuibj aqospqspm
-ppdo uaa uba apuBBSppp *uapz uapBp '000*209*22
uba Sejpaq uaa 9861 jooa uaSupqsapaqpaoS
puauaojuo ap uba qsSuajqdo ap noz %z uba SupSoq
-jaA aSpqampuajq apBtnjou uaa qam puapnoq Supuayay
*t?86l sJTBpnojpo-punp ap
up sem aqBjds ,SpdopjooA, pB ubajbbm usp 'pSppuoq
-aSuBB sp uapapuipp ap uba SupmpnjjaA japjaA uaaS
PBp pqfppq SBpsuaA SpdopjooA uauaqosuaA 5961 ppnf
61 do paq ppn pSppuoqaSuBB SupmpnjjaAqapmpp pop
papsuooAspaM uaa sp f7861 uba ajpBpnojpo-punC ap up
•paora SBBpmo '000*5 uba ppaq
-uaa jad japjBp paq pap uaSupqsBpaqpaoS puajaojuo
ap jooa ppp puaqapaq uapupAsqBBpd noz uapaptn
-pp ap uba SupssBduBB uaaS uappup pasupSaqsppaq
-SppajuaAa *u2z paq uba japaq paq up uaSupSpnqmo
ajapau ap ua pjooyqajaaSau paq suapqoBjq ua2upj
-a^qpnspuojaquaamaB ap do Suppuoq auauiaSpa ap paui
91-11
schillen van de gewone dienst alsmede voor de
voorfinanciering van kapitaaluitgaven. Het maximum
bedrag van de jaarlijks aan te trekken financie
ringsmiddelen mag op enig tijdstip in het jaar een
bedrag van 16% van de daarvoor in aanmerking ko
mende inkomsten van de gewone dienst van de ge
meente niet overschrijden. Voor 1985 is dit maxi
mum bedrag bepaald op 48 min.
Vaste financiering^
Naast vlottende financieringsmiddelen heeft de ge
meente ook een groot bedrag aan vaste financie
ringsmiddelen nodig. Op grond van art. 2, lid 3
van de Wet Kapitaaluitgaven Publiekrechtelijke
Lichamen dienen voor uitgaven op de kapitaaldienst
de nodige financieringsmiddelen te worden aange
trokken, voorzover de financiering niet op andere
wijze kan plaatsvinden b.v. door investeringssub
sidies van het Rijk, grondverkopen en andere kapi
taalinkomsten
Het aantrekken van vaste financieringsmiddelen
vindt als regel plaats door middel van onderhandse
leningen, met name bij institutionele beleggers.
Voor wat betreft de woningwetsector vindt de fi
nanciering in hoofdzaak plaats door middel van
door het Rijk te verstrekken voorschotten. Blij
kens de bij de begroting behorende staat E zijn de
bedragen van de per 1 januari 1986 opgenomen vaste
geldleningen en rijksvoorschotten respectievelijk
groot 350,4 min en 542,9 min. In totaal der
halve 8933 min-
Wij verwachten, dat in 1986 nog een aanzienlijk
bedrag aan leningen c.q. rijksvoorschotten zal
moeten worden opgenomen om binnen bepaalde grenzen
kapitaaluitgaven te kunnen doen.
De gemeenten zijn namelijk, behoudens uitzonderin
gen, verplicht in de vaste financiering van nieuwe
kapitaaluitgaven te voorzien indien de ruimte bin
nen de zgn. kasgeldlimiet, te weten 16% van de
pueqjoA ppp ppnoq yeezpjooq ui *pjaaseqaS ufpz uaq
-aprnpp ap dojBBM 'spuojaquaama2 paq ppn Supjayppn
auatuaSpB aAappcpaj ap uep ppaojS jappaus psSuajq
-do aJBqpsBpaq uapaquaa papuBB paq pep st 'pjaaq
uajfBin ap uajBf apspBBp ap 'uapjBMnaaq japuojnaM
'uapuaamaS pspuBB uaa aamjBBM qaxpemaqqojd aa
•uayqajp ap do paxtuxp ap pop 9861 xjenuef 1 jad
sjaqxnjqaS ap uba psSuajqdo ap poopsaq 5861 t9®
£l 80 n TfxMJsp 'pqxajaq uajaf aSxua spaaj qapra
-pp ap sem uapSxpqoajaS yfxpayBz ap uba psSuajqdo
ap pjajpaq pbm jooa '(saxpoajjoo aAaxpBJpsxuxmpB
auBSaSux 58L L u9d ap *poux) spuojaquaam
-a2 paq pxn Supjaypxn auamaSpa ap uba ^51 apSxp
-qoajaS yfxpaybz ap jooa ua %gi sjaqxnjqaS ap jooa
uaSsjpaq aza<p •ppaqsa2 uapaxmxp uaSuxpsapaqpaoS
puajaojuo uba uapsSuajqdo ap ubb ufxz puayaq spboz
*486l pjbnubf f j98 uapjbbm aqosxra
-ouooa ap do pjaasaqaS ufpz uaAaxJBp aa *o£'Z
pop 90'l pam uaSoqjaA ap 996 L pjanuaf 1 jad sjay
-xnjqaS ap jooa joxjbp paq axpnqpjpajpoopj uaa uba
SupjaoAux ap pam yfxpaSap n poopsaq 5861 xarn £f do
•uapSxpqoajaS qfxpajfBz ap jooa Lz'S S do ua sjay
-xnjqaS jooa 42*9 do uappaps ap pssA 5861 jbbC
paq jooa uaAaxJBp ap n poopsaq 4861 jaqmaoap at do
uaSuxpsBpaqpaoS puajaojuo 00*026
uaSuxpsBpag :o26 axpouny
■pjapuxmjaA qfpjSuBpaq ppjOM suaAaSaS uayqajps
-jaA ap pxaqjaAO ajaSsp ap joop pxaqpaaAaoq aa "4
•pqoBjqaS paM aMnaxu
ap uba SuxqjaM ap japuo uapjoM uaSuxuapppaS
uba ubbSubb paq pop ppaqpSaoAaq aSxpuBpsjpaz
uaa pam uaSuxpaSaj a>ffxpaddsqosuaamaS ap yoo *5
•uajauSaps noz uaSuxuapppaS
apuadopSuap uba poquBB paq spB uaSspjaA ap
>ffxpapfxp uaSuxuapppaS aSuep jooa suajSpfxpdoop
ap jffxpaSotn qaq qqBBm papsuooAspaM paq *uap
-pBAjaA aq qmoq uaSuxppaqsux uazaMaSuBB aoqjBBp
daarvoor in aanmerking komende inkomsten van de
gewone dienst, hiervoor geen ruimte meer biedt.
In 1984 en 1985 hebben wij voor belangrijke bedra
gen in het verleden aangegane vaste geldleningen
met rentetypen variërend van 7 3/4% tot 11kun
nen converteren (omzetten) in leningen met rente
percentages tussen 74 en 7 7/8.
Wij delen U in dit kader mede ook in deze beleids
periode alert te zullen blijven ten aanzien van
zich eventueel manifesterende mogelijkheden tot
"rendabele" herfinanciering.
Ter vervanging van de huidige Wet kapitaaluitgaven
publiekrechtelijke lichamen (Wkpl) is thans de Wet
financiering lagere overheid in voorbereiding. Dit
nieuwe wetsvoorstel beoogt een eenvoudiger en
doelmatiger beheersing van de monetaire financie
ring van de openbare lichamen. De doelstelling van
de huidige Wkpl. en het nieuwe wetsvoorstel is de
zelfde, nl. het aangaan van kortlopende schulden
door de openbare lichamen binnen verantwoorde
grenzen te houden. Om het gestelde doel te verwe
zenlijken, beoogt het nieuwe voorstel een eenvou
diger en doelmatiger instrumentarium te bieden,
dat bovendien een grotere vrijheid laat aan de la
gere overheden.
De belangrijkste wijziging t.o.v. de Wkpl. zijn:
1. De vaste financiering van nieuwe kapitaaluitga
ven behoeft niet meer vooraf verzekerd te zijn.
Openbare lichamen mogen echter geen besluiten
nemen tot het ramen van gelden t.l.v. de kapi
taaldienst als hun netto kortlopende schuld
groter is dan een bepaald bedrag dat berekend
wordt met behulp van de dan geldende kasgeldli
miet. Die limiet wordt in het wetsvoorstel be
rekend als percentage van de stand van de vaste
schuld, de ontvangen waarborgsommen, de reser
ves en de voorzieningen. Het percentage wordt
vastgesteld door de betrokken bewindslieden.
2. Het regime van de centrale financiering bij
