- 2 - II. Verwerking van slib en veegvuil Tot in het recente verleden werd het door de Dienst voor Reiniging en Brandweer ingezamelde riool- en kolkenslib, tezamen met niet-brandbaar veeg vuil, na ontwatering middels een stortgat op het terrein van de vuilverbran dingsinstallatie afgevoerd naar in aanmerking komende lokaties binnen de gemeente, waar het met name werd benut als ophogingsmateriaal voor bermen. Door het College van Gedeputeerde Staten van Friesland is bezwaar ingebracht tegen de bovenbedoelde wijze van ontwatering van het slib en veegvuil, aangezien het hierbij vrijkomende verontreinigde water rechtstreeks wordt afgevoerd op de Potmarge, terwijl de gemeente niet over een daartoe beno digde vergunning beschikt. Voorts is uit analyses, verricht door de Dienst Bouw- en Milieutoezicht gebleken, dat het na ontwatering afgevoerde slib en veegvuil tevens in zekere mate verontreinigd is. Naar aanleiding van het voorgaande is besloten de afvoer van het slib en veegvuil naar de in het verleden benutte lokaties binnen de gemeente te beëindigen. Daarnaast wordt momenteel door de Dienst voor Reiniging en Brandweer - in overleg met de provincie - onderzocht op welke wijze tot een oplossing van de hiervoor geschetste problematiek kan worden gekomen. De hoeveelheid slib en veegvuil die is ingezameld na het wegvallen van de afvoermogelijkheden binnen de gemeente is tijdelijk opgeslagen op het terrein van de vuilverbrandingsinstallatie. Gelet op de snel groeiende omvang van deze hoeveelheid en de beperkte aanwezige ruimte op voornoemd terrein is afvoer naar een alternatieve lokatie zeer gewenst. Wij stellen U derhalve voor, de bovenbedoelde hoeveelheid af te voeren naar de stortplaats Ouwsterhaule. Aangezien wij niet verwachten dat vóór ultimo 1985 een alternatieve verwerkingsmethode voor het slib en veegvuil opera tioneel zal kunnen zijn, zijn wij van mening dat ook ten aanzien van de tot dit tijdstip nog in te zamelen hoeveelheid slib en veegvuil gebruik dient te worden gemaakt van de stortmogeiijkheid in Ouwsterhaule. De in 1985 totaal af te voeren hoeveelheid kan worden geraamd op 800 m3. De hieraan verbonder kosten bedragen 35.040, Voor de dekking van deze kosten stellen wij voor te beschikken over nog bij de Dienst voor Reiniging en Brandweer aan wezige gereserveerde middelen ad 83.900,verband houdende met de overdracht van het stortgebouw voor beer en slib aan de provincie. Onder verwijzing naar de ter inzage gelegde stukken stellen wij U voor, te besluiten overeenkomstig het bijgevoegde ontwerp-besluit. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarder:, mr. G.J. te Loo Burgemeester: mr. W.J.G. Reumer Secretaris. Nr. 20296 DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 21 november 1985 'bijlage nr. 414) BESLUIT een krediet beschikbaar te stellen van 45.160,ten behoeve van de aanschaf van een vetafscheidingsinstallatie I. een krediet beschikbaar te stellen van 2.100,ten behoeve van de aan de onder I genoemde voorziening verbonden transportkosten; II. een krediet van 35.040,beschikbaar te stellen voor de afvoer van i 800 m3 slib en veegvuil naar de stortplaats Ouwsterhaule. Ten behoeve van dit krediet te beschikken over de nog bij de Dienst voor Reiniging en Brandweer aanwezige gereserveerde middelen ad 83.900,verband houdende met de overdracht van het stortgebouw voor beer en slib aan de provincie. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1985 | | pagina 525