- 2 -
Voor een overzicht van de financiële consequenties van de in het programma opge
nomen toekenningsvoorstellen en andere voorgenomen uitgaven verwijzen wij naar
de financiële overzichten in hoofdstuk 4 (ontwerp) en - voorzover deze overzich
ten wijziging hebben ondergaan - naar de aangepaste en gecorrigeerde versies,
zoals die in hoofdstuk III van de Nadere Standpuntbepaling en Nota van wijzigin
gen zijn vermeld. In het financiële hoofdstuk van het programma is een totaal
overzicht opgenomen van uitgaven, die in de verschillende werksoorten zijn voor
genomen. Daarbij is tevens een relatie gelegd met de ramingen van de Gemeentebe
groting 1986. Met betrekking tot de dekking van de uitgaven die in het programma
zijn voorgesteld, kan gesteld worden dat gewerkt is binnen de ruimte die in de
Gemeentebegroting 1986 is gereserveerd voor sociaal-cultureel werk.
Daarbij zijn de bijstellingen van het beleid in het kader van de verschillende
herwaarderingsoperaties verwerkt.
Voor de werksoort "projecten mensen zonder werk" stellen wij U voor om naast de
hierboven genoemde dekking een bedrag van 30.000,t.b.v. het project Vrouw
en Werkwinkel, ten laste te brengen van de post Overige Werkgelegenheid (functie
no. 611.05).
Voor onvoorziene uitgaven resteert een bedrag van 34.947,Wij achten een
dergelijke stelpost voor onvoorziene uitgaven, waaruit wij overeenkomstig het
bepaalde in de Subverordening Specifiek Welzijn in de loop van het programmajaar
nagekomen subsidieverzoeken kunnen honoreren, voor het gehele sociaal-culturele
werkveld noodzakelijk om de mogelijkheid te behouden om in voorkomende gevallen
subsidie te kunnen verstrekken voor onvoorziene en niet-uitstelbare activitei
ten.
Tenslotte merken wij op dat op de pagina's 1-9/10 (ontwerp) voorstellen zijn
opgenomen tot wijziging van artikel 12 van de Algemene Subsidieverordening en
van de paragrafen Buurtactiviteiten en "Instellingen voor peuterspeelzaalwerk"
van de Subverordening Specifiek Welzijn.
Deze wijzigingen hebben betrekking op de termijn waarbinnen de subsidieverzoeken
moeten worden ingediend. Daarnaast is in de Nadere Standpuntbepaling op pagina
16 een voorstel opgenomen tot wijziging van de paragrafen Emancipatie-activitei
ten en Vormings- en Ontwikkelingswerk voor Volwassenen.
Met deze wijziging wordt beoogd het mogelijk te maken structurele subsidies toe
te kennen op de genoemde titels.
Omtrent het onderhavige Programma Sociaal-Cultureel Werk 1986 zijn de Commissie
Sociaal-Culturele Zaken en de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden gehoord.
Omtrent het onderdeel "projekten voor mensen zonder werk" is tevens de Commissie
voor de Werkgelegenheid gehoord
Naar aanleiding van de in de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden gevoerde
discussie merken wij nog het volgende op.
1 Dorpsbelang Hempens-Teerns
(vgl. Nadere Standpuntbepaling pagina 63)
Na heroverweging van het door Dorpsbelang ingebrachte bezwaar tegen de hoogte
van het voorgestelde subsidiebedrag en gelet op net feit dat in dit dorp
(nog) niet kan worden beschikt over een eigen dorpshuis, terwijl redelijker
wijs niet verlangd kan worden dat de inwoners van Hempens/Teerns gebruik
maken van de accommodatie in Goutum stellen wij U voor om, naast de afkoop
som in organisatie- en activiteitenkosten ad 700,op titel buurtacti
viteiten een subsidie toe te kennen in de huurkosten van huisvesting.
In de door Dorpsbelang Hempens-Teerns ingediende begroting zijn de huurlasten
geraamd op 1.050,--.
Voorgesteld wordt Dorpsbelang een subsidie toe te kennen van 700,plus
1.050,— is 1 .750,
- 3 -
2. Comité Vrouwen in de Bijstand (vgl. Nadere Standpuntbepaling pag. 91-93)
- Ten aanzien van de afwijzing van de subsidiëring van de overige organi
satiekosten en overige specifieke- en activiteitenkosten handhaven wij
ons standpunt.
Het gaat hier om kosten tot een bedrag van 3.000,die niet nader
zijn gespecificeerd en als zodanig het karakter van een stelpost
("onvoorzien" of "diversen") hebben. Dergelijke ongespecificeerde posten
komen niet voor subsidiëring in aanmerking.
- Hoewel wij op zichzelf begrip hebben voor de aangevoerde bezwaren tegen
het hanteren van een eigen-bijdrage-norm in het onderhavige geval, zijn
wij toch van mening, dat daarvan niet kan worden afgeweken. Immers,
zoals ook op pag. II-2/3 van het Programma is gesteld, wordt voor de
bepaling van een redelijk te achten eigen bijdrage uitgegaan van bepaalde
normen, waarvan in een beperkt aantal gevallen - die ook duidelijk zijn
omschreven - kan worden afgeweken binnen aangegeven grenzen. Toepassing
hiervan heeft geleid tot ons voorstel terzake. Hiervan moet naar onze
mening ook niet in incidentele gevallen worden afgeweken. Wel zijn wij
bereid om in overleg met de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden de
vastgestelde normering voor de eigen bijdragen nog eens nader te bezien.
- Het is ons gebleken, dat de opgevoerde koffie/vergaderochtenden naast
een ontmoetingsfunctie ook elementen bevatten met een vormend karakter
en/of dienen ter bespreking en voorbereiding van activiteiten. Gelet
daarop stellen wij U voor hierin het gevraagde subsidie van 875,toe
te kennen op titel Overig Sociaal Cultureel Werk.
3. Stichting Studentenpastoraat (vgl. Nadere Standpuntbepaling, pagina 95)
Na heroverweging van de door de Stichting Studentenpastoraat ingediende
aanvullende gegevens met betrekking tot de lezing van het kader van de
Romero-herdenking, stellen wij U voor de Stichting p.m. een subsidie tce
te kennen van 275,(vgl. ontwerp pag. 11-186) in de kosten van deze
lezing.
De Stichting dient vooraf aan de uitvoering van de activiteit nader aan
te geven op welk onderwerp de betreffende lezing betrekking zal hebben.
4. Gastouderproject (vgl. Nadere Standpuntbepaling pag. 96).
Tijdens de behandeling van de Nadere Standpuntbepaling in de Commissie
is ons gebleken dat het zeer waarschijnlijk is, dat dit project in 1986
zal kunnen beschikken over een betaalde coördinator (op grond van de w.v.m.,
in het bijzonder t.b.v. herintredende vrouwen). Wij zijn bereid met het
project te overleggen in hoeverre deze nieuwe ontwikkeling consequenties
heeft voor de huisvesting van het project. In afwachting van dit overleg
handhaven wij ons standpunt ten aanzien van de subsidiëring van net
project
5. C.0.C(vgl. Nadere Standpuntbepaling pag. 100).
Het als opmerking 2. gestelde in de Nadere Standpuntbepaling dat in overleg
met de organisatie in het verleden is besloten niet een activiteiten
subsidie, maar een structureel subsidie in de huurlasten toe te kennen,
gold slechts voor 1984 en 1985- Voor 1986 en volgende jaren staat de
subsidiëring van het C.O.C. in principe telkenmale naar omvang en aard
ter discussie.
Door het C.O.C. is aangegeven dat er nog een, door subsidie te dekken,
exploitatietekort bestaat van rond 4.000,
Nadere analyse van de ingediende begroting leert ons, dat het mogelijk
moet zijn de begroting op sommige onderdelen zodanig aan te passen dat,
uitgaande van het toegekende subsidie van 18.000,met een sluitende
begroting kan worden gewerkt. Wij zijn daarom niet bereid U voor te