-aj^ojqaq 0Q *5961 jbeC qaq ut (jnn 02) spssqaraxq -qjBd do SJ0-WAM 91 uba uasqEepd qaq j©ao q^xauaq SuxuimaqsuaajaAo Cxm uaqqaq neajnqspxaqjv qoq qew uaSuxpxapdosdaojaq ajBqpappxtu ue ajaSep ap do pSapaS quaooB qaq sx nBaATUsSuxpxapdo enf) •joqaas aAaxqBjqsxuTmpe ap sx 'uapjoM uauun>i ppsqs -aS ^uaMaq HAM sp uba jape>j qaq ut uauosjad utjbbm axJoSaqeosdaojaq aqueAapaj aquaamaS ap jooa aa •uaqojSjaA uauun>j >[Cxp -a^jaMpeep qoo SupjBAja^jaM aSxua joop q^jeuispxaq ~jb ap do uasuB^ unq axp uadaojS jooa uapuaM aq ubb uappa9-ham op uaqopsaq neajnqspxaqjv qoq qjooq ppaqsag qjaaq jeeq>nqosaq 'WA'M SP u^a aAaoqaq US1 9861 jbbC qaq jooa ua^ez apexoog uba apjaqsxu -TH qoq axp uapappxui ap uba Sux^jodaq ap do qapao W A M) pa^ajqBBH apïïaüïxn jjaAspxïïqïïa^aYa^qjaM pxaquaSaqaS^jaM :tl9 oxqounjj •ueeSaSqxn uapjoM Suxpep aqqoxp uaa uba sjpaz uaSuxpa^xMquo a^fxpapuep ap uba puojS do 9™ i-86l apoxjad ap jooa 'uauoqjaA axqESTpxqeqs uaa SuxqqoBMjaA jbbu pez qaMspueqsfxg auatuoSpv ap aSpoAaSux uapSxqqoajaSsSux ja>iqxn pequee qaq •pueqsfpq oSpjaAo /sjauiauqjaM azop^jaM SuxpaSajsdaojSs^CxH 10/00*019 ^ïïpuapjaAspueqsfTq 0L 9 apqounj 'Snjaq p fTQ paqsjooA ^fxpjapuozje uaa bxa Sou Sxpouoz dojaxq uarnoq Cxm *sx ^Cxpa^ezpoou Supjaq -saAuxsSuxqqopjux ua -sSuxMnoqjaA appaqsaSjooA uaa ajjaAaoq up ua jo Sbbja ap do Sou suo uapejaq fpM •uaAap qsuaxQ apexoos a^fxpaquaamao ap fxq quajqmojeep axp uasuan ap ubb paaqaS qaxu Sou jaqqoa qaoppoA aqtuxnj azap uba Suxqqoxjux aa -qsop -aSdo paaqaS SaouaSau SuxqsaAsxnqs^poA jooa SuxS xua ja a ap uba xapdtuoouaMnoqaS qaq uba doo^ubb ap 9 h 11 welke in Uw vergadering van 1 april 1985 aan de orde zijn geweest, heeft de gemeente de volgende mogelijkheden tot het voeren van een actief mini mabeleid 1. signalering bij de rijksoverheid; 2. eigen belasting- en tariefstelling; 3. kwijtscheldingsbeleid; '4. beïnvloeding woonlasten; 5. energieprijsstelling. Met betrekking tot het eerste punt hebben wij ver schillende raaien onze bezorgdheid over de (ontwik keling van de) positie van de sociale minima bij de rijksoverheid aan de orde gesteld. Wij hebben echter ook moeten ervaren dat dit weinig effect heeft opgeleverd. Terzake van de overige punten zij U verwezen naar de betreffende (hoofd)functies. Werkenjriet_b£houd van ui t,keri_ng Op rijksniveau wordt nog steeds gewerkt aan de totstandkoming van een Wet Onbeloonde Arbeid Uit keringsgerechtigden (W.O.A.U.) waarin het werken met behoud van uitkering wordt geregeld. Hoewel in de totstandkoming van deze wet een aanzienlijke vertraging is ontstaan, kan niet worden gesteld dat het wetsvoorstel een aanpassing op hoofdpunten heeft ondergaan. Er moet dan ook nog steeds vanuit worden gegaan, dat in de W.O.A.U. ondermeer wordt vastgesteld, dat aanvragen in het kader van het werken met behoud van uitkering door een regionale toetsingscommissie moeten worden beoordeeld, waar in elk van de leden een veto-recht heeft. Indien van dit recht gebruik wordt gemaakt heeft het ge meentebestuur niet meer de vrijheid om toch de gevraagde toestemming te verlenen. Wij hebben ons tot nu toe met name via de V.N.G. verzet tegen het in leven roepen van een nieuwe bestuurslaag op dit onderdeel en wij zullen niet nalaten dit te blij- joop ufxz *a*S"D 8P PlQ uauiapqojdsSuxqsaAsxnq aa •--'000*88 9S,U 'O'S'D ap fxq paauoejad jooa uaAeSqxn ap uba Supjopuxm -jaA uaa qoq qpxap qpa 'uappnAjaA aq qaxu qsuapa apexoos a^fxpaquaamao ^P fT9 sxjeuoxqounjjBqs uba ajnqeoEA ap joop ua^ueps aq je suxzsSxua qsuaxp ap uba doq ap uio jeeqpeeq sjpaz qaq uaqqoe fpM *a*S*0 SP fTQ ^njp^jaM ap do paspaqsspxaqja^az apexoos qaq uba Suxuaxzjaq ap uba uaqoajja ap quajqmo pxaqja>iazuo apuBBqsaq Sou quatuotu qxp do ap qoq uaxzaS uapjoM axqepaj ux suaAaq suaSxjaAo ue^ qund qxp do pxaqpuapnoqSnjaq azuo 'uappaqs aq fxq *a*S'D SP fT9 oxqemjojsqaouos -jad ap uba Suxpxajqqxn uamouaSdo uauuepdspxapaq apuBBSjooA ux spaaj ap cuo ^eezpoou uaaS Otm uaxz -jooa 'quooqjaA SuxSfxqs aSxua spaaqs Sou qsuaxq apBxoog a^Cxpaquaatnao ap fxq j^njp^jaM ap paMaoq •qsuapa apexoos a^fxpaquaamao 00*009 •jaaqag uaauiaSpv J009 9TTound •uauiapqojd uaaS apoxjad apuamo^ ap jooa >jnqA qxp do uaqqoBMjaA fpM •SuxuaxzooAJijaM apexoos ap qoq uaqep aq aoq uau -osjad mo quijoA Suxjannuapaq uaaS uxz aAaxqBqxquBMq ux spB aAaxqBqxpBMq ux pawoz 'M'S'a ©P PlQ ^TTTnsj -aqjodjapjo ap qepuio 'jaamaq qpa 'uapnoq uauunji uazuajS apaqeqdaooB uauuxq Sou Sux^jadaqaranpoA ap uba ufxd ap uapaqSxpuBqsmo aSxpxnq ap japuo ^00 uapaSajqeBui azap qam Cxm qsp Suxuatn uba ufxz Cxfl •uaAaSaS uap -jom pfxqqqoBM uaqqoBMjaA aq ap quajqmo axqeoxpux apeqopS uaa uaua>j>;ojqaq ap ubb pez 'sx ^fxpaSotu SuxsqBBpd uauuxqjBBM ufxnuaq ap jaAO qqaMaS uapjoM uaSuxqqoBMjaA aqqoajuo uaq jsSbjaubb uaa fxq qBp uamojfjooA aq apuxauaj," uaSuajq uauunq uapnoz Sux>{ -jauiubb ux 'M'S'M ©P suaqqoBJJi SuxsqBBpd uaa jooa aaarn qaxu paaqaS qaq ux ''M'S'M s>p uea Supj^uauos ven doen zolang hieromtrent nog niet definitief is beslist So£iale Werkvoorziening Het aantal personen dat kan worden toegelaten tot de sociale werkvoorziening, zal vermoedelijk nog verder worden beperkt. De verantwoordelijke staatssecretaris heeft het voornemen om de volumedaling voor 1986 te stellen op 5,9% (i.p.v. de eerder voor dat jaar vastge stelde 5%)' Dit houdt in, dat in 1986 eerst perso nen tot de sociale werkvoorziening kunnen worden toegelaten nadat het aantal W.S.W.-dienstbetrek kingen t.o.v. 198*4 is gedaald met 5,9%- Deze ver dere beperking van het volume is nodig om de B- categorie waartoe de categorie van werknemers wordt gerekend die over minder dan 13 van de nor male produktiecapaciteit beschikken, in de sociale werkvoorziening te kunnen handhaven. Aangezien de druk op de sociale werkvoorziening onder de huidige ongunstige economische omstandig heden toch al een neiging heeft om toe te nemen, mag van deze volume-maatregel een verdere toename van de wachtlijsten voor plaatsing worden ver wacht. Het toelatingsbeleid zal er daarom nog meer op worden gericht om in elk geval tot plaatsing van de meest urgente gevallen te kunnen overgaan. Om dit te bereiken hebben wij een systeem van ur gentiebepaling vastgesteld dat voorziet in zowel een versnelde behandeling van plaat- singsaanvragen als in een versnelde plaatsing van personen, waarvan reeds is bepaald dat zij tot de personenkring van de W.S.W. kunnen worden gere kend. Dit beleid brengt met zich mee, dat anderen voor wie een plaatsing niet urgent wordt geacht, nog langer dan nu het geval is zullen moeten wach ten op een eventuele plaatsing. Op dit moment voorzien wij nog niet dat een situatie zal ont staan waarin wij personen, die behoren tot de per-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1985 | | pagina 91