Tweede fase Jeugdwerkplan: vier leerwerkplaatsen bij de gemeente. Bijlage no. 168 Leeuwarden, 10 april 1986, Aan de Gemeenteraad. In het kader van de uitvoering van de Nota Werkgelegenheid wordt jaarlijks een activiteitenprogramma opgesteld. Het activiteitenprogramma 1986 is door U in Uw vergadering van 10 maart 1986 vastgesteld. Eén van de beleidsvoornemens uit dit programma (no. 50) betrof de uitvoering van de tweede fase van het jeugdwerk plan. Tot uitvoering van het eerste deel van deze tweede fase, zijnde de be schikbaarstelling van een bedrag van 20.000,voor korte opleidingen en cur sussen voor de deelnemers aan de werkoriëntatieplaatsen, is door U bij de vaststelling van het activiteitenprogramma reeds besloten. Het resterende deel van deze tweede fase betreft het creëren van een aantal leerwerkplaatsen binnen het gemeentelijk apparaat. In het kader van de vaststelling van de Nota Werk gelegenheid in Uw vergadering van 7 januari 1985 is reeds globaal aangegeven hoe dit leerwerkplaatsenplan zal worden ingevuld. In het navolgende wordt de nadere uitwerking van het plan weergegeven. Volledigheidshalve kan nog worden opgemerkt dat met het creëren van deze leer werkplaatsen de beleidsvoornemens van het gemeentelijk jeugdwerkplan 1985 volle dig zijn uitgevoerd. Opzet van het leerwerkplaatsenplan. Het leerwerkplaatsenplan is een vervolg op de 20 werkoriëntatieplaatsen voor jeugdige werklozen die per december 1985 binnen de gemeentelijke organisatie zijn gerealiseerd. Richten deze werkoriëntatieplaatsen zich met name op langdurig werklozen met een lage of niet afgemaakte opleiding, de te creëren leerwerkplaatsen zijn bedeeld voor schoolverlaters die qua opleidingsniveau (Havo/Meao) en ambitie als bestuursambtenaar bij de gemeentelijke overheid opgeleid kunnen worden. De opzet van het leerwerkplaatsenplan gaat uit van het creëren van vier addi tionele leerwerkplaatsen binnen het gemeentelijk apparaat voor de duur van twee jaar. Aan deze leerwerkplaatsen is een tweejarige opleiding aan de Bestuursschool Friesland verbonden. Gedurende deze twee jaar worden de leerling-werknemers opgeleid tot bestuursambtenaar (B.A.). Het eerste jaar omvat, naast een aantal propeadeusevakken, vakken als gemeenterecht, bestuursrecht, bestuurskunde, economie en financiën. In het tweede jaar kan men zich specialiseren in één van de volgende richtingen: financiën, onderwijs, welzijn of ruimtelijke ordening. In overleg met de Bestuursschool is gekozen voor een opzet waarbij genoemde 3.A.-opleiding, die normaal gesproken drie jaar duurt, in twee jaar kan worden voltooid. Voor de leerling-werknemer houdt dit in dat, naast een aanstelling voor twee dagen in de week bij de gemeente, gedurende 2 dagen per week lessen gevolgd zullen worden aan de Bestuursschool. Daarnaast zal het hieraan verbonden huiswerk moeten worden gemaakt. Er kan gesproken worden van een vrij zware stu diebelasting, echter met het vooruitzicht dat een diploma kan worden behaald met goede arbeidsmarktperspectieven.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1986 | | pagina 293