Nr. 1530 DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 6 februari 1986 (bijlage nr. 56); gelet op artikel 183 van de Gemeentewet; BESLUIT mevrouw N. Eringa-Boomgaardt, wonende Nachtegaalstraat 1 te Leeuwarden en de heer G. de Vries, wonende Jan Piebengawei 14 te Leeuwarden, te benoemen tot amb tenaar van de burgerlijke stand. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Verzoeken om medewerking ingevolge artikel 74 van de Wet op het basisonderwijs en artikel E 31 van de Overgangswet Interimwet op het speciaal onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs. Bijlage no. 57 Leeuwarden, 6 februari 1986. Aan de Gemeenteraad. Van een viertal schoolbesturen is een aantal aanvragen als bedoeld in arti kel 74 van de Wet op het basisonderwijs en artikel E 31 van de Overgangswet Interimwet op het speciaal onderwijs en voortgezet speciaal onderwijs ingekomen, om een vergoeding van de kosten voor het aanschaffen van materialen en het tref fen van voorzieningen. De onder nrs. 1 tot en met 6 in het hierbijgaande ontwerp-besluit genoemde ver zoeken geven geen aanleiding tot het maken van opmerkingen. Door inwilliging daarvan zullen ons inziens de normale eisen, te stellen aan het geven van basisonderwijs en van speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, niet worden overschreden. Met betrekking tot het in het ontwerp-besluit onder 7 genoemde dient het volgende ter toelichting. ad 7. Bij brief van 12 december 1985, verzoekt het schoolbestuur van de Vereniging voor Protestants Christelijk Basisonderwijs te Leeuwarden-Zuid om medewerking ingevolge artikel 74 van de Wet op het basisonderwijs voor de vervanging van de leerlingenstoelen in de christelijke basisschool "Frederik Hendrik", Raaigras 26, alhier. Het gaat hier om t 8 jaar oud meubilair. Sinds enige tijd geven de leerlingen- stoelen aanleiding tot klachten. Ondanks herstelwerkzaamheden zijn de stoelen als gevolg van een te zwakke constructie praktisch niet meer te gebruiken. Aangezien de levensduur van meubilair destijds op 15 jaren werd gesteld, is er in het onderhavige geval sprake van voortijdige slijtage. De firma van de inder tijd geleverde stoelen heeft zich bereid verklaard het niet afgeschreven gedeel te in casu 7/15 deel van de vervangingskosten voor haar rekening te nemen. Daar de kosten van vervanging van meubilair een kapitaaluitgave betreffen, kan door het schoolbestuur met betrekking tot het overige deel van de vervangingskosten een beroep worden gedaan op artikel 74 van de Wet op het basisonderwijs. Wij stellen U voor te besluiten conform het bijgevoegde ontwerp-besluit. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, mr. G.J. te Loo Burgemeester. mr. W.J.G. Reumer Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1986 | | pagina 43