aqezup qapjpoads poq uba anoqje 305 SouspB papu SupaaqaqaaApqoeaqdooq azap uba uaACppqppn fpq aa pep ua uapapqasa3 pez puepaapup empuprn apqoa ap uba 8upaapaq -aaAqqoeaqdooq appapsaapuoaaA paooqqBaaaSaa paq up ap pep apaeq uba qoo usp uadoq Cpjp -uamoqaS qnap aapuo aeeqpaeeAUBBuo uaasf apspeep ap aapqaa sp Bmpupni apBpoos ap uba apppsod aa -uaqapnC ap aop qapz do sp pqaeaqaSuee uapaow ua8upaaq -azaaAsaamauqaaM uba paspaps paq up uaSupaapqaapsaaA uaa3 '8upuapzaaqpaspaps ap bu 'aa pap ppap paq qoo -paaasppeaaaS uapaow uauunq pez uaSupaaqppn apepaos ua uasspaepes aooA pqaeaqdooq uba pnoqaq appaaapsaSeu paq pap spaooA uadoq fp^ -ppapaq suo uba uappappaopadppooq apnposqB apap ap uba ua§ 'ppapaq -sppaqua8apa8qaa« qfppapuaamaS ua8pa paq pam uBa8aoop paapupraaaAuo uappnz Cp/n papuaa 8ooq ap uaa uaz -opqaaw 000*005 usACppq spfpzaapuy -uaAaaps qfppappop uaa ppp Cpw uapupA qapz do •p8eeapaq 000*09 oppes aad pppara pqaemsppaqaB ap do sqfppaBeC qopz pap uauosaad papuBB paq CpqaBBM 'uaaaappdrap 000*002 apsupmuap pain ppaqsoopqaa» ap uba 8uppBp uaa ppp noz uapzaq apopaad apaqa8 ap aaAo *ua3upap ap 3njap 000*005 9P -lapuo pop 0661 UT ppaqsoopqaaw ap ppaow pqaeapao -ppaqsoopqaaw ap uba uapfpapsaq paq ppapaqsqfpa paq uba paoppjooq paq sp ppapsa8 speoz ■uaqeadspe ap paui pfpaps up ua pspnfuo pqaapspoA ppp uapqoB Cpj^ -uapsmoqup aqfppapuaamaS ap uba 8up8BpaaA pop paw qfppapupappn azfpw azap do uappap uapupA ap spBBpd uauapp spuopapuaauiao paq apA papu paspapssppaq8ppaauaAa paq uba aapeq paq up app ua3up8pnqmo -appeaadoqezqaoaq/qezpsaA uaa uba aqeads uazaw up aa sp paAa8 pap up •uaSupaaqppn aqapjpaads uba 8up8BpaaA up uapuoAaS uapaoM uaAeSppn apepuamapaBd -ap do ua8up8pnqmo uappup ppoqaSppn spaooA ppaoM ppaqSppaauaAa uba maaps^s paq •paaoAaSppn uapaow ua8uppa8aasqfpa CpqaeBM uaupaaaap aaapuB do ppaquaqqoapaqapam apapouaupp uba uamapsAs aqfppa8aap uba uaaaoAup paanpuaAa paq ua8ap uappazaaA uappnz suo Cp« pBp uCpz qfppappnp aApBqaap paz paq •uapaqaaAo apeqop do ua8uppaqqpw -puo apauoppau uba ua8poAa8 ap uba uapapuawpe paq uba sp aqeads uazaw up aapq pap 'sp pqaadaq uaSupaaqppn apuaSuequames 8uppaqqpwpuo azap pam ap uba uauuaq -aop paq uba aapeq paq up apmpnasppapaq aqfppapuaauiaS ap fpqaBBM 'paapqoapsaaA sp 8puBpoz uaaef apspBBp ap apuaanpa8 appsnpps ap pap 8upuam uba aapqoa ufpz fPM *ueepsaq uaAfppq ap uauapp uapuaama8 ap uba ppaquaqqoapaq apapaueupj appaad -aq uaa qfpq paq uba paapaoo paq pbbu aa noz ppapqasaS papu pup spy *qfpq paq aoop paaoAaSppn ua uamouaSaaAo uapaow uapaom noz pawspuapsfpg auama8py ap uba 8upaaoAppn ap pBAaS PBp up pBp ppapsa8 sp aq -uapupAspeepd paz uaAB8ppnspuapsfpq sp UT paapuBB qCppapuaatnaS paq uba SupSfpps ap uba qfpq paq aoop appbsuadmoo 6 x Het is voorts verheugend dat verschillende malen is vastgelegd dat de lagere overheden naar evenredigheid in de ombuigingen zullen deelnemen. Hierdoor vindt er een eerlijker verdeling van de budgettaire pijn plaats en bestaat er voor de gemeentelijke overheid de mogelijkheid om bij de financiële meerjarenplanning in een vroegtijdig stadium met de aangekondigde ombuigingen op het Gemeentefonds rekening te houden. In dit kader past het af te zien van de resterende pro fijtkorting. Wij stemmen daar dan ook mee in. De gemeenten hebben tegen de zgn. profijtkortingen vooral staatsrechtelijke bezwaren gehad, omdat het Rijk hierbij in de autonomie van de gemeenten zou treden. Daar het Rijk van mening was dat de gemeenten deze kortingen zouden kunnen dekken door het vragen van hogere tarieven voor de door haar verleende diensten, heeft het Rijk tot nog toe geweigerd deze kortingen te betrekken in het zgn. evenredigheidsbeginsel. Het in de voorgaande jaren, niet alleen door de profijtkortingen maar ook door het gemeentelijk aandeel in de gestegen bij- standslasten, veroorzaakte meer dan evenredige aandeel in de totale ombuigingen wordt ook op dit moment niet gecompenseerd. Uit berekeningen van de Raad voor de Gemeentefinanciën blijkt hiermee voor de totaliteit van gemeenten een bedrag van f 835,5 min. te zijn gemoeid. Naar onze mening had, om op dit moment van werkelijke evenredigheid te kunnen spreken, ook sprake moeten zijn van een evenwichtige uitgangssituatie. Hieromtrent is bij de onderhandelingen omtrent het bestuursakkoord van de zijde van de gemeenten ingebracht dat de evenredigheid niet alleen van toepassing dient te zijn op de negatieve ombuigingen maar evenzeer dient te gelden voor eventuele toekomstige positieve ontwikkelingen. Tevens dient de evenredigheid ook door te werken naar eventuele, alsnog in te voeren, profijtkortingen of de onvoldoende herbezetting bij arbeidsduurver korting. Er zou dus alleen .sprake mogen zijn van "algemene kortingen" getoetst aan het evenredigheidspercentage. Voorts dient te worden vastgelegd dat in de evenredigheid ook wordt betrokken de onevenredige ombuigingsbijdrage van de gemeenten uit de vorige kabinetsperiode en dat deze worden betrokken bij voorgenomen maatregelen aan de hand van de actuele ontwikkelingen van het financieringstekort. Wij ondersteunen deze van de zijde van de gemeenten ingebrachte standpunten van harte. Met het continueren van het ter beschikking stellen van extra middelen ten be hoeve van het doen van investeringen kunnen wij van harte instemmen. Wij vragen ons wel af wat de "waarde" is van dergelijke douceurtjes van het kabinet, gelet op de omvangrijke kortingen die worden opgelegd. Wij kunnen echter volstrekt niet instemmen met het feit dat er geen volledige

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1986 | | pagina 153