•ueepaS uapxoM uaSuxq
-apapara axapxaA uaaS Sou suaqq uauunq xaAoaaxq -quBuaAuoa qaq uba uaqaadsB apuaq
-qaq 3uxqqaaqaq axaaqsxuxui qxp do ap aaAO uaaaoA SaqaaAO fxaassxA ua MnoqpuBq
uba axaaqsxuxw qnq asm puBXsaTaj uba uaqBqs spaaaqndapag uaxxnz ufxmxaq aqaoq do
aaqsnxo-'aqo -qoad qaq ua xapuozfxq-uaama8xB qaq qCxxsAaxq
-oadsaa uba uaqBmqxn xaaP uaxxnz uaSuTpxaqdo awnaiu azaQ *£861 snqsnSnB x
aad xooqasxaqon aaaSoq ap uba qaBqs ap ua 986T snqsnSnB x asd (WOAVN) auamaSBUBUi
-spxaqqaAO aooA axmapBqv aspuExaapafl sp BBA qaBqs ap ubb uaquoqasaS qqasp
ubb st sqaooA *o-q*q qaq uba axqBnqxssSuxqsaASTnq aSxqsmoqaoq ap ua qaozxapuo
qasxuqaaq qsadaSaoq uba SuxxaxauBuxq ap (aquaMj, H* X 9P UB uaSuxuoxo--n*d ap
aoop uaSaozaaA aq) apunqsqCxapag asnapaadoxd aqfxqaddBqasuaqafi uba qazdo ap ubb
uaquoqasaS qqaBpuBB axapuozfxq sx CxqxBBQ -quBuaAuoa qxp uba SuxaasxxanqoB ua
SuxssaduBB ap jaAO paaoAaS SaqaaAo qCxx-innqsaq uaqBqs apxaaqndapag ua uaddaqos
-uaqa^ ua sCxwaapuo uba aaqsxuxjx ap uassnq sx 986T TIJdB UI (uemqaaa-quBuaAuoo
•uSz qaq) uaqqnqsSBBaAsufxzqaw iooa qxaqxnoBqqns ap uba Suxqxnxs ap ua qxaqxnoBj
auamaSxv apSazaSaoq ap jooa SuxxxnAUT SAaxqBuaaqxs xaAO qqxaxaq SuxuiuiaqsuaaxaAO
puaqsaxag uba uaqsqs spaaaqndapag ua SuxaaSaa ap uassnq sx <786! tjbnxqaj uq
•uaSCxxq uaqaom aqqBqsaS uaaaC
apuamoq ap ux xBZ uaSuppxaqdo ap uba axqBjSaqux aSxpunqsCxwaapuo aqCxxsaxaj
ap fnbaaxu qCxqannqsaq do axsnj uaa uba aqeads Sou uaaqxB susqq qa sx suaSxaaAO
•uauiouaS
9S6T Tunf 83 UBA SuxaapsSaaA Mf] ux q ajssq qqaBxpxaAo qoq qxnqsaq qaxqxuxjap uaq
•qqn xaaP ua8uxxxBasuT-09H aqfTxa^uaamaS ap qoo uaqarn aaqsnqa aqsqBBq 9TP UBA
•aaqsnqa xapuozfxq uaauiaSqs uaa ua aaqsnqa *aqo -qoad
uaa 'uaaadxaxqxBd ua§uxxx3aBUT spuaqxBA wnoqpuBq uba axaaqsxuxH qaq aapuo ap
uxxbbm aaqsnqa uaa -wq cuaSuxxXB:lsux-*o-q-q uba sxaqsnqa sxap uba uesqsquo qaq
qoq pxaqsS puaqsaxxq ux qjaaq axqBxquaauoa ua SuxqoaSxaAXBBqas uba saaoad qxq
•UBBSaS qaBqs uba axqaaado--q1s ap sfxMxapuosdaox
-aq xaSoq qaq jooa 8861 UT ST puaqaq sxboz 'uapxBMnaaq x°°'-l0ssS0H 35lFTTaP:looN
ap uba qasqs ap qarn uamBS uapxBmnaaq aooA qq^A -O'S'Ii'M BP uba SuxaaoAux aa
•aaqqaaBq uado aaarn uaa qam uaSaaqaS uiaxSaa qfyxsaasM uaSxa uaa
•o-q-q qaq qqaaq aamxEBQ -uapaoMaS qqoBxq uba (crS'H'M) sfxMxapuosdaoaaq aaSoq
qaq do qa/n ap sCxwaapuosdaoaaq aaSoq qaq aooA sx 986T snqsnSnB q uba SubSux qajq
sfjMxapuo aaSoq 0ax^ann^
^E-II
zullen In het schooljaar 1986—1987 twee werkgroepen de mogelijkheden en wen
selijkheden t.a.v. samenwerking en het vestigen van nieuwe onderwijsvoorzie
ningen in kaart proberen te brengen.
Op landelijk niveau hebben zich de afgelopen jaren enkele belangrijke ontwikke
lingen voorgedaan.
Zoals bekend heeft het onderwijsveld enkele jaren in de ban verkeerd van de
zogeheten HEF-VO-operatie
Deze operatie had als belangrijkste doel via een gecoördineerd proces van her
structurering en fusie te komen tot besparingen in deze onderwijs-sector
Een van de elementen was de voorgestelde aanzienlijke verhoging van de ophef
fingsnormen van scholen. Van meet af aan was duidelijk dat deze voorstellen niet
op een parlementaire meerderheid konden rekenen.
Toch was het een verrassing te constateren dat uiteindelijk door de bewinds
lieden werd besloten geheel van een gecoördineerde herschikkingsoperatie af te
zien. Het parlement werd uiteindelijk alleen voorgesteld akkoord te gaan met een
verhoging van de opheffingsnorm tot 30 leerlingen per leerjaar, waarmee de in
standhouding van de betreffende gemeentelijke voorzieningen gedurende een reeks
van jaren is gewaarborgd.
Voorts kreeg de al jaren gevoerde discussie over de structuur en de inhoud van
het voortgezet onderwijs een belangrijke impuls toen in het voorjaar van 1986 de
Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid haar rapport "Basisvorming in
het Onderwijs" presenteerde. Uit publikatie in de Staatscourant is inmiddels
gebleken dat het kabinet in hoofdlijnen akkoord is gegaan met de analyse van de
raad betreffende de basisvorming.
Overigens heeft deze analyse met name betrekking op de inhoud van de basisvor
ming; over de eventuele verandering met betrekking tot de structuur van het
onderwijs heeft de raad zich maar terloops uitgelaten.
Het is te verwachten dat in de komende kabinetsperiode de opvattingen van de
raad een belangrijke rol gaan spelen bij de verdere vormgeving van het voortge
zet onderwijs. Inmiddels is komen vast te staan, dat de basisvorming, zoals
bedoeld in het rapport van de WRR in het voortgezet onderwijs zal worden inge
voerd en dat de structuur van het voortgezet onderwijs geen wijziging zal on
dergaan.
