•aSBxpfxqaxpxsqns uaa uba sx aqBxds
xa CxqxBBM 'uaSexpaSuBB uaqaSaaxBEni axapuB xa ufxz xsbbuxbbo xqxBmspxaqxB ap do
uadaoxS amxesuBq aqaxjxoads xooa Suxssadaox uba Sou uaaqiB axxaj ux sx -WA'/i ua
•UBqd^xaMpSnaC ^CxqaxuaamaS xaq
uba xapBq xaq ux SuxsxBBqd uba uaxsoq ap ux aSsxpfxq sqe -H'A'rt up uba uaqBtn uau
-un:q :qxnxqa8 uauosxad 02 xooa Cxm uaqqaq xsbbuxbbq *xnn uba sxseq do uaqquxs
uauun^ ^xaw ax 'WA'M up uba xaps^ xsq ux uauosxad 9x Sou Cxm uaqqaq g86I PUT3
"W'A'rt aP uba uaSuxqxad
-aq ap ubb uaSSxq SaqspuoxS uax apani uaSuxSaMxaAosSuxSxuxnzaq xep sx qCxqapxnQ
•UBBXsaq xbz quM Sou raxoA aSxpxnq ufxz ux 'WA'/i up £861 ux jo Sbbxa
ap sx xuh 'XqxadaSux qxaxs xbbC uadoqaSjB xuq ux xaxquu ufxz uapaqqfxxuSom azaq
•uaSuxxiuxsux apxaaxpxsqnsaS ua uaxoqos 'uaxsuaxp
u^lf XxaxuaauiaS fxq uapaxq ax ubb uasxBBqdspxaqxB aqCxqupCxx mo uapaqqfxxsSoui
amxnx uaxsC axapxaa ux pooq (*WA"M) xuSuxx^ujx apuamxnxxaAspxaquaSaxuSqxaw aa
uaxaSaxxuum apuaxapxoAaqspxaquaSaYsSxixaft
pjaquaSaxaSxixart x T9 UTluun3
*9I£"17 3o:J %SI uufxq xum uapSxxquuxaSsSuxxaqxxn x^xubb xsq uba araBuaox
uaa Sou pxaqsooqqxaM ap uba axxusxxxqBxs ap squapuo cxm uamax 'w/vb op xooa
•uapSxxquux
-aSsSuxxaqxTn-"WM'd xb3ubb xaq xbbu uapSxxquaxaSsSuxxaqxxn-*a*M"M xb^ubb xuq
uba uaxz SuxAjuqasxaA aqasxxumBxp xsBeq xum uaa uaxBX 'uazoqqxaM SxxnpSuBq xBT
-ubb xuq uba amBuaox op uba xoojja xoq apanisqn SuxxopuBxoA azap uba uaxoajja oq
•aox uaSBXAUBB-*M*M*H XB1UBB xoq xmaau uBAxoxq SxoabS sxv
•Sujxaqxxn-*a*M*M uaa xooa uamoq Suxqxamuee ux
Xous xopuxm uaxaSuoC amau xom xup XPT9I ooxxa axp pxooAaSxoop SuxSxzCxm uaa uau
-apax axxBXXoSpnq mo sx pxoqxoqaz aqExoos Suquaxzxaqxosxoxs ap uba xopBq xoq uq
"('M'M'xj) sxomauqxow azoqqxaM SuxqoSaxsdaoxS
~s>lfT3 9P xbbu xoop uamoxxs 'xqxaxaq uaqqaq xom azap aSqoAaSux xnnpsSuxxaqxxn
aqurnxxBrn ap axp jo ('A'tt'M) SuxuajzxooAspxaqsoox^xaM xu/x ap suaxqoux>i Suxxaq
-Xxn uaa uba uaSCxxqxaA xoq xooa uapxBBMXooA ap ubb uaopqoA xoxu axp uazoq^xaft
•puBxsfqq aSjxaAO/sxaraauxjxaM azoqxjxaM SuxxuSaxsdaoxSsxjCx^ I0/00"0I9
SuTuaqxaAspuBxsfja 5019 opxaunj
09—11
Functie 600; Algemeen beheer.
600.00 Gemeentelijke Sociale Dienst.
De uiteindelijke effecten van de veranderingen in het sociale zekerheidsstelsel
op de werkdruk bij de Gemeentelijke Sociale Dienst zijn afhankelijk van de sa
menstelling van het deel van de bevolking dat is aangewezen op een uitkering. In
welke mate werklozen en (gedeeltelijk) arbeidsongeschikten voor een uitkering
een beroep kunnen doen op de bedrijfsvereniging laat zich nog moeilijk voor
spellen.
Ook ten aanzien van de restgroep die voor een uitkering bij de gemeente terecht
moet, kan derhalve nog geen betrouwbare raming worden gemaakt.
Het inzicht in de effecten van de herziening van het sociale zekerheidsstelsel
op de korte termijn wordt nog bemoeilijkt, doordat een stelsel van overgangsre
gelingen ervoor moet zorgen dat de invoering van het nieuwe stelsel min of meer
geleidelijk gaat verlopen.
Bij de diverse uitvoerende instanties (departement, bedrijfsverenigingen en
sociale diensten) bestaat de verwachting, dat de invoering van het nieuwe so
ciale zekerheidsstelsel een buitengewone krachtsinspanning zal vergen van de
uitvoerders. Verder zal een nauwe onderlinge samenwerking noodzakelijk zijn die
gericht is op een soepele en intensieve informatieuitwisseling en afstemming van
het beleid. Teneinde de verwachte knelpunten het hoofd te kunnen bieden wordt op
landelijk niveau gedacht aan de instelling van een vorm van periodiek overleg
tussen deze drie instanties. Een dergelijk overleg zal waarschijnlijk ook een
regionale pendant (moeten) krijgen.
Mede gelet op deze onzekerheden voeren wij een zeer terughoudend beleid m.b.t.
de honorering van uitbreidingen van de personeelsformatie bij de dienst in ver
band met de toename van de werkdruk. Structurele uitbreidingen van de
personeelsformatie achten wij pas verantwoord indien blijkt dat er sprake is van
een blijvende onderbezetting. Ter bepaling van de vraag of een dergelijke si
tuatie zich voordoet zullen wij ons ook baseren op de elders in den lande aan
vaardbaar geachte verhouding tussen het aantal uitkeringsgerechtigden en het
aantal ambtenaren dat met de toepassing van de uitkeringsregelingen is belast.