•(8upjapBuaq Cxq Suppa^pipMquosp aepes
auauiagpe) aaAouaSaqxapq qCppi qaq uba sapqesuadmoa aq^jawxaA 9861 ïunF OE
uba aapBpnoapo ap up ap ua '(p) 9861 uagupuuaxpxaA aqospraouoaa-ojoeH ap uba
puoxB do uBBgaSqpn uFlz FlM ubaxbbm qBAaSuauiBS sagBquaajad ap uCxz puBBqsxapuo
(uapupAsqeupd qqaexii
apuaxjjaAvSnxaq qam uaguppuqasup axaSoq qBp qpap 339 3am uapnoqaS Supuaqax qoo
ST F193319) squipnj xooAXBBp 80*326 spqaunp japuo uamouagdo sxboz M8upjapjBBwapq
-aunp aAxasax ap up gupqxoqs,, qsodpaqs ap qpapq sp pBAaS 339 qspu 3®P jbaozjooa
•uamouaSdo
sapqaunp paqueB uaa uba uapzueB uaq 8upjapxBBMapqaunj ap uba uaqBqpnsaj aqsxaa
9P uFlz T9M *ua8upxapjOAaq qam uapnoqaS Supuaqax uaaS sapqaunp uappaqasjapuo ap
do si gupxapxBEMapqaunp apuadox Sou ap qatu pueqjaA up (uaqpaqpuuapauB) uaSupSoq
-X3A aqappopxad a^jf ppaqpnaqag 3p do pjaasaqaS sp SupSCpqsspxBpBS apaquappaup aq
•(paqaq apuBBqsxapuo apz) uapnoqaSuBB
SupSCp3sspxBXBS %Q £861 -iooa sp 'pxaaquaqaS qpxo« uasspjEqBsuajBuaqqme uba
8upp999pw3uo apBupmou ap uba uapzuBB uaq app uCxpsppapaq awnapu ap do qapaS qaop
'(%E'l) 9861 JOOA SIB ppaqsxapuoaaA SupSCpqssCpjd apppazap sp ^ggp 3°°A *9861
uaSupuua^xaA Bqaspuiouoaa-oxaepi 9P do pxaasBqaS uCxz 9861 JaAo SupSCpqssCpad auaui
-aSpB ap ua SupSCpqsspaBpBS auaraaSpB ap qoq Supqqajqaq qam uaSupppaqsxapuoaaA ag
•ppadsfpjd ua -üdöp-q¥q—u¥a~S^pY3^T«3uo
•uaop SupSpzCpw qoq uappaqs
-xooa axjbz xaq ^861 SupqoxSaq ap uba SupppaqsCpq ap Cxq fl fTM uappnz Sppouoz
-uCppsSBxpaS uaSpoA aq uep ap aaAo uapexaq
tz xii
Momenteel onderzoeken wij in hoeverre er mogelijkheden bestaan de afwikkelings—
kosten te verminderen.
In dit verband denken wij met name aan automatisering van (gedeelten van) dit
proces en aan nauwere aansluiting bij reeds door de Rijksbelastingdienst afgege
ven kwijtscheldingsbeschikkingen.
Ook als mocht blijken dat deze mogelijkheden uitvoerbaar zijn, bestaat echter de
verwachting dat door een toename van het aantal af te handelen kwijtscheldings-
verzoeken het nu reeds in de begroting geraamde bedrag, ondanks de hierboven
beschreven maatregelen, alsnog benodigd zal blijken te zijn.
3.7 Kwantitatieve uitgangspunten gehanteerd bij het samenstellen van de
ontwerp-begroting 1987 en het ontwerp-beleidsplan 1987-1991.
In de onderstaande tabel met gehanteerde kwantitatieve uitgangspunten zijn de
volgende aantallen vermeld:
1inwoners
2. woningvoorraad per 1 januari;
3. de jaarlijkse nieuwbouw;
4. onttrekking aan de woningvoorraad;
5- het excedent woonruimten (wooneenheden, woonwagens en bewoonde woonschepen)
ten opzichte van de woningvoorraad.
Deze aantallen zullen vermoedelijk nog ingaande 1986 betrokken worden in het
kader van de verdeelmaatstaven van de algemene uitkering uit het Gemeentefonds.
Punt
1986
1987
1988
1989
1990
1991
(1)
84.967
85.875
86.550
87.225
87.900
88.575
(2)
36.208
36.650
37.125
37.600
38.075
38.550
(3)
527
560
560
560
560
560
(4)
85
85
85
85
85
85
(5)
2.067
2.164
2.200
2.250
2.300
2.350
Indien zich in de loop van 1987 ten aanzien van deze kwantitatieve uitgangspun
ten onverhoopt aanmerkelijke afwijkingen mochten voordoen, dan zullen wij ons