Buitengewone aflossing van door de gemeente gegarandeerde geldleningen van
instellingen op sociaal en maatschappelijk terrein en verstrekking van gemeen
tegarantie voor het aantrekken van nieuwe leningen met een lagere rente.
Bijlage no. 269 Leeuwarden, 7 augustus 1986.
Aan de Gemeenteraad.
In de afgelopen jaren heeft de gemeente zich ten behoeve van diverse
instellingen op sociaal en maatschappelijk gebied garant gesteld voor de
richtige betaling van rente en aflossing van geldleningen die door deze
instellingen zijn aangetrokken voor een verscheidenheid aan investeringen.
Gelet op de relatief lage rentestand van de laatste tijd hebben ons vorig
jaar verzoeken bereikt van de woningcorporaties er toe over te mogen gaan om
naar verhouding hoog rentende rijksleningen buitengewoon af te lossen. In Uw
vergadering van 30 september hebt U ten aanzien van de benodigde medewerking aan
de woningcorporaties reeds een principe-uitspraak gedaan.
Inmiddels zijn ook verzoeken van andere gesubsidieerde instellingen ingeko
men om tot buitengewone aflossing te mogen overgaan. Wij verwachten dat in de
nabije toekomst nog meer van deze verzoeken aan de gemeente zullen worden
voorgelegd.
Teneinde de buitengewone aflossing mogelijk te maken, zullen de betrokken
instellingen nieuwe leningen tegen een lager rentepercentage moeten afsluiten.
De gemeente wordt daarbij verzocht opnieuw garant te willen staan voor de
richtige betaling van rente en aflossing van deze leningen. Wij achten het van
belang dat de gemeente haar medewerking aan deze herfinancieringstransactie
verleent, gelet op de besparingen die daardoor voor de instellingen en in veel
gevallen ook de gemeente als subsidiënt kunnen worden bereikt.
De zakelijke gegevens met betrekking tot de nog af te sluiten geldleningen
zijn nu nog niet bekend. Naar analogie van eerder genomen besluiten menen wij
dat het aanbeveling verdient, dat U thans een principe-uitspraak doet met
betrekking tot het garanderen van de richtige betaling van rente en aflossing
van de door betrokken instellingen aan te trekken geldleningen en dat U ons
college machtigt voor elk afzonderlijk besluit namens U op te treden.
Onder verwijzing naar de voor U ter inzage gelegde stukken en onder ver
melding dat de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden hierover is gehoord,
stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig het bijgaande ontwerp-besluit.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
mr. G.J. te Loo Burgemeester.
mr. W.J.G. Reumer
Secretaris.