- 4 -
Wij stellen U voor om deze bezwaren op dezelfde wijze af te doen als de be
zwaren van buurt- en wijkorganisaties
Dat wil zeggen: voornoemde bezwaarschriften thans aan te houden en op een
later moment inhoudelijk te beoordelen.
6. Peuterspeelzaal Molenpad.
(vgl. Nadere Standpuntbepaling, pag. 78).
In de Nadere Standpuntbepaling is niet ingegaan op het verzoek van deze
peuterspeelzaal an het aantal peutergroepen uit te breiden met één.
Tegen deze uitbreiding bestaat bij ons geen bezwaar.
In het subsidievoorstel (pag. 81) is met de uitbreiding reeds rekening
gehouden.
7. Stichting Scholenproject Latijns-Amerika.
(vgl. Nadere Standpuntbepaling, pag. 100).
Naar aanleiding van de discussie in de Commissie voor Welzijnsaangelegen-
heden omtrent het verzoek van bovengenoemde stichting om subsidies t.b.v.
lessenpakketten over Latijns-Amerikahebben wij besloten dit voorstel in
heroverweging te nemen, temeer daar in het kader van het programma S.C.W. in
het ontwerp-programma (pag. 11-156) ook aan de stichting Leeuwarden voor
Ontwikkelingssamenwerking een subsidie wordt toegekend t.b.v. een onder
wijsproject op titel van overig sociaal-cultureel werk. Wij stellen U
derhalve voor óók het onderhavige verzoek te honoreren in het kader van
overig sociaal-cultureel werk.
Met de ingediende begroting, die sluit met een tekort van 2.250,kan
worden ingestemd. Het subsidie t.b.v. de kosten van het samenstellen van
drie lessenpakketten kan worden bepaald op een bedrag van 2.250,
8. Eekta Dal.
(vgl. Nadere Standpuntbepaling, pag. 106).
Tijdens de behandeling van de Commissie voor Welzijnsaangelegenheden is ons
gebleken dat gymnastiek voor vrouwen in tegenstelling tot waar wij in de
Nadere Standpuntbepaling vanuit waren gegaan niet is meegenomen in het sub
sidie "Sport en Spel".
Wij stellen U derhalve voor de activiteit gymnastiek voor vrouwen alsnog
subsidiabel te stellen tot een bedrag van maximaal 429,
Dit bedrag is samengesteld uit een post begeleidingskosten van 562,50,
reiskosten van 241,50 minus een eigen bijdrage van 375,
Daarnaast heeft een vertegenwoordiger van de desbetreffende organisatie
toegelicht om welke activiteiten het gaat bij de opgevoerde post voor kin
deractiviteiten. Deze toelichting komt ons redelijk voor -zodat wij U alsnog
voorstellen ter zake een bedrag van maximaal 875,beschikbaar te
stellen.
Tenslotte is in de commissievergadering gesproken over de hoogte van het
subsidie in de kosten van manifestaties.
Gegeven het feit dat ook voor andere groepen dezelfde normering geldt zien
wij geen aanleiding ons standpunt ter zake te wijzigen.
9. Stichting Project Mensen Zonder Werk.
(vgl. Nadere Standpuntbepaling, pag. 123).
Zowel in de Canmissie voor Welzijnsaangelegenheden als in het driepar-
tijenoverleg zijn opmerkingen gemaakt omtrent de aard van de aanstellingen
- 5 -
van personeelsleden van stichtingen, die worden gesubsidieerd op titel van
projecten voor mensen zonder werk.
Men was van mening, dat de gemeente de instellingen in staat moet stellen de
bepalingen van de C.A.O.-Welzijn op betamelijke wijze toe te passen.
Daarbij wijzen wij erop, dat indien de C.A.O.-Welzijn onverkort van
toepassing wordt verklaard en alle bij de stichtingen in dienst zijnde per
soneelsleden een aanstelling voor onbepaalde tijd krijgen, bij afbouw van
deze projecten voor mensen zonder werk aanzienlijke wachtgeldverplichtingen
zullen kunnen ontstaan.
Gegeven het feit dat het daarnaast zeer onzeker is hoe en in welke mate deze
projecten in de nabije toekomst kunnen worden gesubsidieerd en een groot
aantal van deze projecten nog een experimenteel karakter draagt, achten wij
het thans niet gewenst ons standpunt ter zake te wijzigen.
Indien er meer zekerheid zal worden verkregen over het subsidiëringsniveau
in 1988 en volgende jaren en daarmee de onzekerheid over het voortbestaan
van het dienstverband van de betrokken personeelsleden van de instellingen
kleiner wordt, zijn wij bereid ons standpunt ter zake te heroverwegen.
De bovenstaande voorstellen leiden ertoe dat een bedrag van 5.554,
2.000,(ad 2) 2.250,(ad 7) 1.304,(ad 8)) dient te worden
onttrokken aan de in het programma opgenomen post voor "onvoorzien", die daarmee
wordt verlaagd van 71.529,tot 65.975,Wij achten een dergelijke
stelpost voor onvoorziene uitgaven, waaruit wij overeenkomstig het bepaalde in
de Subverordening Specifiek Welzijn in de loop van het programmajaar nagekomen
subsidieverzoeken kunnen honoreren, voor het gehele sociaal-culturele werkveld
noodzakelijk om de mogelijkheid te behouden om in voorkomende gevallen subsidie
te kunnen verstrekken voor onvoorziene en niet-uitstelbare activiteiten.
Wij stellen U voor te besluiten overeenkomstig het bijgevoegde ontwerp
besluit
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
mr. G.J. te Loo Burgemeester.
mr. W.J.G. Reumer Secretaris.
