- 6 -
tingen daalt met gemiddeld 8,
Er is dus bij de eigenaren sprake van een gemiddelde belastingdrukverzwaring
met 5,in combinatie met de onroerend-goedbelastingen.
De gemiddelde toename van de belastingdruk voor eigenaren hebben wij bere
kend op 2,34$ (zie bijlage II). Wij vinden dit aanvaardbaar.
Wij hebben geen aanleiding gevonden de gebruikersheffing voor het rioolrecht
te verhogen. Deze heffing wordt opgebracht door een betrekkelijk klein
aantal, voornamelijk grote bedrijven (plm. 675).
Aangezien de tarieven voor deze heffing in 1986 een forse belastingdrukver
zwaring voor deze categorie hebben meegebracht, achten wij het nu niet ge
wenst met verdere tariefverhogingen te komen.
Wij achten het voorts gewenst de verordening op enkele onderdelen nader te
omschrijven. Er ontbreekt b.v. een ontheffingsbepaling, voor de gevallen,
dat een gebruiker zijn belastingplicht in de loop van het belastingjaar
beëindigd of dat de belastingplicht aanvangt na het begin van het belasting
jaar. Ook vinden wij het gewenst de gebruikersheffing te baseren op de
hoeveelheid afvalwater, dat in het voorafgaande jaar naar een eigendom is
toegevoerd of is opgepompt naar een verbruiksperiode van 12 maanden. M.a.w.
de laatste in het voorgaande jaar aan de gebruiker in rekening gestelde nota
over een afrekeningsperiode van 12 maanden dient als basis voor de vast te
stellen hoeveelheid m^ afvalwater.
Er bestaat ook behoefte aan een nadere omschrijving van het te belasten
object om meer aansluiting te hebben aan het onroerend-goedbelastingen-
systeem.
De vele wijzigingen geven ons aanleiding U voor te stellen een nieuwe beter
leesbare en completere verordening vast te stellen.
Materieel is er geen sprake van een verandering.
Resumé.
De door ons voorgestelde verhogingen van de afvalstoffenheffing en het riool
recht zijn weliswaar op zichzelf beschouwd fors te noemen, doch in combinatie
met de verlaagde onroerend-goedbelastingen is er per saldo sprake van een accep
tabele verhoging van de belastingdruk voor de gebruikers en eigenaren.
Wij wijzen U er daarbij op, dat indien vanaf het jaar 1986 er geen limietproble-
matiek had gespeeld (d.w.z. indien de normale trendmatige verhogingen doorgang
hadden kunnen vinden), per saldo de belastingdruk dan 629.000,hoger zou
zijn geweest.
De budgettaire gevolgen voor de onroerend-goedbelastingen voor de jaren 1988 tot
en met 1990 hebben wij al aangegeven.
De verhoogde opbrengst van de onroerend-goedbelastingen leidt in 198? tot een
éénmalige meeropbrengst van 400.000,
Wij stellen U voor dit bedrag mee te nemen in het kader van de bijstelling van
de begroting 1987.
- 7 -
Onder mededeling, dat de Commissie voor de Financiën, alsmede de Commissie voor
Economische Zaken en Bedrijven over dit voorstel zijn gehoord in hun vergade
ringen van respectievelijk 27 november en 24 november 1986, stellen wij U voor
te besluiten overeenkomstig de hierbij gevoegde ontwerp-besluiten.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
Burgemeester.
Secretaris.
