op de uitgifte in erfpacht en de vestiging van het accessoire opstalrecht zijn, voorzoveel nodig en mogelijk en voorzover daarvan in deze bepalingen en bedingen niet is afgeweken, van toepassing de "Algemene Erfpachts bepalingen Leeuwarden 1982", vastgesteld bj raadsbesluit van 15 maart 1982, nummer 3189, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Friesland bij besluit van 20 juli 1982, nummer 7107 en overgeschreven ten hypotheekkantore te Leeuwarden op 16 augustus 1982, in deel 5164, nummer 72; de opstal wordt overgedragen met alle daaraan verbonden lusten en lasten, rechten en verplichtingen, heersende en lijdende erfdienstbaarheden, doch overigens in de staat en toestand waarin deze zich bevindt op de dag van het verlijden der betreffende akte, met alle eventuele zichtbare en onzichtbare gebreken, maar vrij van huur van derden of enig andere gebruiksrecht van derden en vrij van hypotheken en beslagen en in/overschrijvingen daarvan; de levering en aanvaarding van de opstal vinden plaats op de dag van het verlijden van de akte tot uitgifte in erfpacht etc.; vanaf die dag zijn de baten en lasten voor rekening van de erfpachter en draagt hij het risico voor de opstal; indien buiten schuld van de gemeente of de erfpachter de opstal vóór het tijdstip van levering en aanvaarding geheel of gedeeltelijk teniet gaat, dan wel daaraan aanmerkelijke schade ontstaat en de schade niet vóór de dag van de levering en aanvaarding of vóór een latere door de erfpachter te bepalen datum wordt hersteld, is de overeenkomst van rechtswege en zonder tussenkomst van de rechter ontbonden - alsdan zal overigens door de gemeente worden overgegaan tot terugbetaling van de onder 2. bedoelde waarborgsom -; alles tenzij de erfpachter verklaart uitvoering van de overeenkomst te verlangen, in welk geval de gemeente verplicht is tegelijk met de levering van de opstal alle vorderingen, welke zij ter zake van de schade jegens der den mocht hebben, aan de erfpachter te cederen; de betaling van de koopsom der opstal geschiedt bij het verlijden van de akte tot uitgifte in erfpacht etc.; de akte tot uitgifte in erfpacht etc. zal binnen twee maanden na de dag waarop dit besluit de vereiste goedkeuring van Gedeputeerde Staten van Friesland zal hebben verkregen, worden verleden voor notaris H.J. Wierda te Leeuwarden, dan wel diens plaatsvervanger of opvolger; alle kosten, rechten en belastingen, op de erfpachtsuitgifte etc. en de eigendomsoverdracht der opstal vallende, zijn geheel voor rekening van de erfpachter; de gemeente is tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot die wegens uit winning; de uit de overeenkomst voortvloeiende verbintenissen zijn ondeelbaar; - 3 - 11. partijen verbinden zich om bij het verlijden van de akte tot uitgifte in erfpacht etc. afstand te doen van het recht om ingevolge het bepaalde bij de artikelen 1302 en 1303 van het Burgerlijk Wetboek of op enige andere grond, ontbinding, vernietiging of ongedaanmaking van de overeenkomst te vorderen; 12. indien de erfpachter op de ingevolge het onder 7. vermelde te bepalen tijd en plaats niet persoonlijk of door een behoorlijk gevolmachtigde verschijnt, ofwel, verschenen zijnde, weigert de definitieve akte te ondertekenen, of de koopsom der opstal en het verder door hem verschuldigde te betalen, wordt hij zonder enige aanmaning of ingebrekestelling geacht weigerachtig of nala tig te zijn; in dat geval zal de gemeente het recht hebben de overeenkomst door een schriftelijke kennisgeving aan de erfpachter te ontbinden, alles onverminderd de bevoegdheid van de gemeente gebruik te maken van de haar door de wet gegeven rechtsmiddelen; 13» de gemeente is bekend met het feit dat de erfpachter - uiteraard onder nor male omstandigheden - onder zekerheid van eerste hypotheek de voor de onderhavige uitgifte in erfpacht etc. benodigde gelden (danwel een deel daarvan) ter leen dient te ontvangen; 14. de erfpachter heeft het recht de overeenkomst te ontbinden door een schrif telijke mededeling aan de gemeente, mits op de eerste werkdag na de dag waarop de akte tot uitgifte in erfpacht uiterlijk had moeten zijn verleden, indien de erfpachter niet uiterlijk op laatstbedoelde dag ondanks zijn rede lijke inspanning de onder 13* bedoelde geldlening met de eventueel daarbij aangevraagde gemeentegarantie mocht hebben kunnen verkrijgen; alsdan zal overigens door de gemeente worden overgegaan tot terugbetaling van de onder 2. bedoelde waarborgsom; 15. met betrekking tot het hiervoor onder I. vermelde perceel Leeuwarden A 2195, staat in een akte op 3 juli 1986 verleden voor notaris mr. W.J. Adema ter standplaats Leeuwarden, overgeschreven ten hypotheekkantore te Leeuwarden op dezelfde dag in deel 5778, nummer 52, bij welke akte door de gemeente Leeuwarden in erfpacht/opstal werd uitgegeven het ten westen van en aan het gemelde perceel Leeuwarden A 2195 aanliggende perceel kadastraal bekend gemeente en sectie alsvoren, nummer 2233, op welk perceel is gesticht de opstal met aanhorighedenplaatselijk gemerkt Bij de Put 6, het navolgende vermeld: "10. het hierbij in erfpacht/opstal uitgegeven perceel kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie A, nummer 2233, waarop is gesticht de hier- bij te verkopen opstal met aanhorigheden, plaatselijk gemerkt Bij de Put 6 en het bij de gemeente Leeuwarden in volle eigendom zijn de ten oosten aanliggende perceel kadastraal bekend gemeente en sectie als- 11 voren, nummer 2195, waarop is gesticht de opstal met aanhorigheden, plaatselijk gemerkt Bij de Put 4, worden hierbij ten opzichte van elkaar over en weer "om niet" belast en bevoorrecht (ieder gemeld per- ceel voorzoveel nodig en mogelijk tegelijkertijd zowel als heersend dan- wel als lijdend erf) met al die erfdienstbaarheden waardoor de toestand waarin de bedoelde onroerende goederen zich thans ten opzichte van elkaar bevinden wordt gehandhaafd;

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1986 | | pagina 66