Percentageregeling voor
Beeldende Kunstopdrachten
Artikel 2
1. Bij de totstandkoming van bouwwerken zal een percentage van
de bouwsom worden besteed aan het verlenen van opdrachten tot
het vervaardigen van kunstwerken.
2. Indien de regeling van toepassing is op bouwwerken die een
onderdeel vormen van een stadsuitbreidings- en/of stadsver
nieuwingsplan dan wordt het percentage van de bouwsom zoals
bedoeld in het le lid van dit artikel niet voor elk bouwwerk
afzonderlijk bepaald doch is het totaal van de voor deze
afzonderlijke bouwwerken begrote bouwsommen de basis voor de
berekening van het voor kunstopdrachten beschikbare bedrag.
3. De opdrachten dienen te zijn gericht op de totstandkoming van
kunstwerken in, aan of bij bouwwerken, of dienen daarmee op
enigerlei wijze in verband te staan.
4. Het bepaalde in het eerste lid is alleen van toepassing op
bouwwerken, die uit de algemene middelen worden bekostigd en
voorts op bouwwerken die uit specifieke middelen worden
bekostigd, voor zover dit formeel mogelijk is.
5. Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing op
bouwwerken met een tijdelijke bestemming of van een beperkte
levensduur.
Artikel 3
Het bepaalde in artikel 2, eerste lid, vindt geen toepassing bij:
a. aankopen van bestaande bouwwerken;
b. bouwwerken als bedoeld in artikel 1, indien naar het oordeel
van Burgemeester en Wethouders gehoord de Commissie voor
Welzijnsaangelegenheden deze bouwwerken zich niet lenen voor
toepassing van deze regeling.
Artikel 4
1. De hoogte van de percentages van de bouwsom van de in artikel
1 omschreven bouwwerken op grond waarvan het voor de uit
voering van een beeldende kunstopdracht beschikbare budget
wordt berekend, wordt als volgt vastgesteld:
a. bij een bouwsom tot f 100.000,2%;
b. bij een bouwsom van f 100.000,tot f 1.000.000,1
met dien verstande dat minimaal een bedrag van f 2.000,
beschikbaar wordt gesteld;
c. bij een bouwsom van f 1.000.000,en meer: 1%, met dien
verstande dat minimaal een bedrag van f 15.000,beschik
baar wordt gesteld.
2. De op grond van het eerste lid berekende bedragen dienen
expliciet in de betreffende begroting te worden opgenomen.
Zij dienen met inachtneming van het bepaalde in artikel 8 te
worden besteed voor het laten ontwerpen en uitvoeren van
2
Percentageregeling voor
Beeldende Kunstopdrachten
kunstwerken, inclusief de kosten voor fundatie, transport en
plaatsing, doch exclusief advieskosten en ambtelijke kosten.
Artikel 5
Burgemeester en Wethouders kunnen gehoord de Commissie voor
Welzijnsaangelegenheden van de normbedragen berekend
overeenkomstig het gestelde in artikel 4 van deze regeling afwij
ken.
Artikel 6
De opdracht kan, al naar gelang de aard van het bouwwerk,
betrekking hebben op:
de realisering van een monumentaal kunstwerk;
- het inschakelen van een kunstenaar bij de vormgeving van het
bouwwerk zelf, dan wel van de omgeving daarvan;
de aankoop van kunstvoorwerpen.
Artikel 7
De uitvoering van deze regeling is opgedragen aan Burgemeester en
Wethouders
De werkgroep Beeldende Kunst adviseert met betrekking tot de uit
voering van deze regeling en in het bijzonder met betrekking tot
de volgende onderwerpen:
- de wijze van besteding van de beschikbare gelden;
- de toepassing en integratie van beeldende kunst ten behoeve
van het betreffende gebouw of bouwobject;
de formulering van de opdracht;
- de verstrekking van de definitieve opdracht aan een bepaalde
kunstenaar.
Artikel 8
Met betrekking tot de aanwending van de op basis van artikel 4
vastgestelde bedragen nemen Burgemeester en Wethouders de
volgende richtlijnen in acht:
a. Indien het bedrag lager is dan f 4.000,
Burgemeester en Wethouders kopen na advies van de werkgroep
Beeldende Kunst losse kunstwerken aan, tenzij bijzondere
omstandigheden aanleiding geven tot het geven van een
opdracht.
b. Indien het bedrag ligt tussen f 4.000,en f 40.000,
Burgemeester en Wethouders vragen na advies van de werkgroep
Beeldende Kunst maximaal drie kunstenaars om een ontwerp te
maken.
Burgemeester en Wethouders sluiten met de kunstenaar c.q.
kunstenaars wiens c.q. wier ontwerp zij passend achten voor
het betreffende bouwobject een overeenkomst tot ver
wezenlijking van dat ontwerp.
De in aanmerking te nemen kosten van de drie ontwerpen mogen
maximaal 15 bedragen van het totaal beschikbare bedrag.
3