Vaststellen van een voorbereidingsbesluit ex artikel 21 van de Wet op de ruim
telijke ordening voor het gebied begrensd door Pier Panderstraat, Molenstraat,
Westerparkstraat, Harlingerstraat en Tramstraat.
Bijlage no. 362 Leeuwarden, 19 november 1987.
Aan de Gemeenteraad.
Het bovenomschreven gebied waarin een aantal bedrijfsfuncties wordt
uitgeoefend, wordt thans, op een klein gedeelte na, niet beschermd door een
actuele planologische regeling. Recentelijk hebben zich binnen dit gebied ont
wikkelingen voorgedaan welke niet getoetst konden worden binnen een vooraf
vastgesteld planologisch kader. Ten einde ten aanzien van mogelijke functionele
wijzigingen een adequaat ruimtelijk beleid te kunnen voeren, achten wij het
noodzakelijk dat dit gebied wordt beschermd door middel van het vaststellen van
een voorbereidingsbesluit, zodat tussentijds vorm gegeven kan worden aan een
gewenst planologisch beleid. Hiermee wordt bewerkstelligd, dat eventuele bouwac
tiviteiten welke niet stroken met de voorgenomen planologische visie kunnen wor
den geweerd, terwijl anderszins de mogelijkheid aanwezig blijft om medewerking
te verlenen aan mogelijke bouwvoornemens welke overeenstemmen met het toekomstig
planologisch regiem in dit stadsdeel. Op basis van het structuurplan voor de
gehele gemeente waarbij aanwijzingen zijn gegeven voor de bestemming van de
gronden kan de werkingsduur van het voorbereidingsbesluit worden bepaald op twee
jaar met een éénmalige verlenging van één jaar. Wij verwachten binnen deze
periode het in voorbereiding te nemen bestemmingsplan ter inzage te kunnen
leggen.
Onder mededeling dat de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening en Volkshuis
vesting U in haar vergadering van 4 november 1987 heeft geadviseerd met het
voorstel akkoord te gaan, stellen wij U voor ten aanzien van het bovenomschreven
plangebied een voorbereidingsbesluit vast te stellen conform het bijgevoegde
concept-besluit.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
mr. G.J. te Loo Burgemeester.
mr. W.J.G. Reumer Secretaris.