Nr. 1135 DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 4 februari 1988 (bijlage nr. 46); gelet op artikel 78, eerste lid, van de Gemeentewet; BESLUIT: met ingang van 1 januari 1988 voor onbepaalde duur een overeenkomst aan te gaa met de Onderlinge Waarborgmaatschappij "VGNN" UA te Groningen inzake een colle tieve ziektekostenverzekering t.b.v. het personeel werkzaam bij het openbaar basis- en speciaal onderwijs conform de inhoud van de bij dit besluit behorend en als zodanig gewaarmerkte bijlage. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. RAADSADVIESCOMMISSIE VOOR DE BEROEP- EN BEZWAARSCHRIFTEN. Advies inzake het beroepschrift van mrW. Voorthuijsen namens Bouwbedrijf Tadema BV. Bijlage nr. 47 Leeuwarden, 6 januari 1988. Aan de Gemeenteraad. I. Inleiding. Bij beschikking van 30 maart 1987, B 566/86 (verzonden 13 april 1987) hebben Burgemeester en Wethouders geweigerd aan Bouwbedrijf Tadema BV een bouwvergunning te verlenen voor het oprichten van een kantoorpand op het perceel Orionweg 3 te Leeuwarden, omdat de overgelegde gegevens niet toereikend waren voor de beoordeling van de constructieve eisen o.g.v. de artikelen 152 t/m 154 van de Bouwverordening. Tegen deze be schikking heeft mr. W. Voorthuijsen, refererend aan zijn brief dd. 4 maart 1987, bij brief van 15 april 1987 ingevolge de Woningwet beroep ingesteld bij de Gemeenteraad. Ingevolge artikel 2 van de Procedureverordening Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaarschriften is het beroepschrift om advies in handen gesteld van de raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaarschrif ten II. Beroepschrift. Het beroepschrift kan, samengevat, als volgt worden weergegeven: -Reeds in 1984 heeft Bouwbedrijf Tadema BV een rapport aan B. en W. over gelegd van Irs. bureau Het Noorden en Adviesbureau Hageman.; de onjuist heid ervan is niet aangetoond. -Het is in strijd met artikel 152, derde lid van de Bouwverordening, om geen ander attest dan het Komo-attest te eisen. Komo kan een dergelijk attest niet overleggen. III. Reactie van Burgemeester en Wethouders. Bij brief van 28 september 1987, ROV nr. 16365, hebben Burgemeester en Wethouders op het beroepschrift gereageerd. Hun reactie komt, samengevat, op het volgende neer: -Niet is in overtuigende zin aangetoond dat het bouwwerk zal voldoen aan het bepaalde in de artikelen 152 t/m 154 van Bouwverordening. -Gelet op het niet algemeen geaccepteerd zijn van het Tastabouwsysteem, is het niet onredelijk vooraf een certificaat van een deskundige instantie te verlangen, waarin wordt gesteld, dat het bouwwerk constructief deugde lijk is. -Gelet op het specifieke karakter van het bouwsysteem is geen toepassing gegeven aan artikel 152derde lid, van de Bouwverordening. Toepassing van dit artikellid is geen plicht. -Het beroepschrift dient ongegrond te worden verklaard. IV. Ter inzagelegging van de stukken en hoorzitting. De op de zaak betrekking hebbende stukken hebben van 12 tot 17 oktober 1987 ter gemeentesecretarie ter inzage gelegen. Appellant heeft de stukken ingezien. Appellant en zijn raadsman, alsmede twee vertegenwoordigers van het college van Burgemeester en Wethouders zijn in de gelegenheid gesteld monde 1ing een nadere toelichting te geven tijdens de hoorzitting van de Raadsadviescommissie voor de beroep- en bezwaarschriften op 17 december 1987 om 15.30 uur in het Stadhuis. Van de zijde van appellant werd als aanvulling op het beroepschrift nog het volgende naar voren gebracht

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1988 | | pagina 148