1Het dagelijks bestuur zendt een besluit tot uittreding van een gemeente aan de raden der deelnemende gemeenten. Een besluit tot uittreding dient minimaal 12 maanden voor de datum van uittreding aan het dagelijks bestuur te worden aangeboden. 2. De Regioraad regelt de financiële verplichtingen alsmede de overige gevolgen van de uittreding. 3. De uittreding kan slechts plaatsvinden met ingang van een kalenderjaar. 4. Een besluit tot uittreding behoeft de goedkeuring van gedeputeerde staten. par. 3 Wijziging Artikel 68. 1. In deze regeling kunnen wijzigingen worden aangebracht bij gelijkluidend besluit van tenminste twaalf van de gemeenteraden, zij het dat een wijziging van de Hoofdstukken 3, 4 en 5, para graaf 1 en 2 en van dit artikel uitsluitend kan worden aange bracht bij gelijkluidend besluit van alle gemeenteraden. 2. Voor zover bij wijzigingen (bedoeld in het eerste lid) wettelijke bevoegdheden van het college van burgemeester en wethouders respectievelijk de burgemeester zijn betrokken, dient daartoe ook te worden besloten door tenminste twaalf van het aantal colleges van burgemeester en wethouders respectievelijk burgemeesters van de deelnemende gemeenten. 3. Voorstellen tot wijziging als bedoeld in het eerste en tweede lid kunnen worden gedaan door de Regioraad en door de raden van één of meer der deelnemende gemeenten. 4. De bij de Wet gemeenschappelijke regelingen voorgeschreven toezending van het aangaan en van de wijziging geschiedt door de zorg van burgemeester en wethouders van Leeuwarden. -24- par. 4 Opheffing Artikel 69. 1. Deze regeling kan worden opgeheven bij daartoe strekkende besluiten van de gemeenteraden van tenminste twaalf van de deelnemende gemeenten. 2. Ingeval van opheffing besluit de Regioraad tot liquidatie en stelt daartoe de nodige regels op. Hierbij kan van de bepalingen van deze regeling worden afgeweken. 3. Het liquidatieplan wordt door de Regioraad, de raden van de deelnemende gemeenten gehoord, vastgesteld en behoeft de goedkeuring van gedeputeerde staten. Met de uitvoering wordt het dagelijks bestuur belast. Artikel 70. 1Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden dragen zorg voor de in artikel 26 van de Wet gemeenschappelijke regelingen bedoelde toezending van de regeling aan Gedeputeerde Staten. 2. In de eerste vergadering van de Regioraad fungeert de voorzitter van de voormalige Regio Friesland-Noord als voorzitter van de Regioraad tot het moment waarop uitvoering is gegeven aan het bepaalde in artikel 47. 3. Zolang de Regioraad aan het bepaalde in het tweede en het derde lid van artikel 57 niet heeft voldaan, zijn in zoverre de regelen, die zijn of zullen worden vastgesteld voor het personeel in dienst van de gemeente Leeuwarden van toepassing op het personeel in dienst van de Regio. Alsdan treden overeenkomstige organen en functionarissen van de Regio op, daar waar organen en functionarissen van de gemeente Leeuwarden zijn genoemd. -25- Hoofdstuk 11: Overgangsbepalingen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1988 | | pagina 182