Artikelen 32 en 33. Dit zijn bepalingen analoog aan die in de gemeentewet. Artikelen 34. 35 en 36. Door middel van het verstrekken van inlichtingen, verantwoordings plicht en ontslag maakt de WGR duidelijk, dat de Regio een afgeleide van de deelnemende gemeenten is. De WGR schrijft voor dat de regeling bepalingen moet bevatten met betrekking tot de wijze waarop informatie moet worden verschaft (WGR art. 16, eerste lid), verantwoording wordt afgelegd (WGR art. 16, derde lid) en de bevoegdheid van een gemeenteraad om een door hem aangewezen lid van de Regioraad te ontslaan, indien dit het vertrouwen van de gemeenteraad niet meer heeft (WGR art. 16, vijfde lid). Voor de verantwoordingsplicht zal iedere gemeenteraad regels moeten vaststellen Artikel 37. Een bepaling van practische aard. Artikel 39. Dit artikel betreft de orde van de vergaderingen van de Regioraad. Aangesloten is bij bepalingen in de gemeentewet. Toegevoegd is in het zesde lid, dat indien niemand stemming verlangd, zowel over zaken als personen, bij acclamatie wordt besloten. Artikel 40. Door de verplichting voor de Regioraad schriftelijk inlichtingen te verstrekken als een of meer leden van een raad der deelnemende gemeenten daarom vraagt, wordt nogmaals nadrukkelijk het primaat bij de gemeenteraden gelegd. Daarnaast is het van belang, dat de Regio en de deelnemende gemeenten ten opzichte van elkaar een informatieplicht hebben. Artikel 41 De formulering van dit artikel sluit aan bij artikel 21 WGR. Wat de vergoeding voor de werkzaamheden betreft is alleen de mogelijkheid op genomen. De Regioraad zal te zijner tijd zelf moeten beslissen of dit wel of niet moet gebeuren. Artikel 42. Volgens artikel 14 WGR dient het dagelijks bestuur te bestaan uit tenminste drie leden, de voorzitter daaronder begrepen. Deze leden worden door en uit de raad aangewezen. Zij mogen niet allen uit dezelfde gemeente afkomstig zijn. Voor een goede band tussen gemeenten en Regio lijkt een vertegen woordiger uit ieder college van burgemeester en wethouders der deelnemende gemeenten in het dagelijks bestuur de aangewezen weg. In dit artikel is niet voorgeschreven, dat het dagelijks bestuur voor de helft uit gekozen bestuurders moet bestaan. Daar zal uiteraard wel naar gestreefd moeten worden. Daarnaast is het van belang, dat de politieke samenstelling van het dagelijks bestuur niet eenzijdig zal zijn. Onderling overleg tussen de colleges is in dezen van door slaggevende betekenis. Artikel 43 t/m 46. De artikelen spreken voor zich en zijn analoog aan bepalingen in de gemeentewet. Artikel 47. Een belangrijk verschil met de oude situatie is, dat de voorzitter niet meer vrijelijk kan worden benoemd. Artikel 13, negende lid, van de WGR bepaalt, dat de voorzitter door en uit het algemeen bestuur wordt benoemd. In artikel 31, derde lid, is bepaald, dat de raad van gemeenten van wie een vertegenwoordiger tot voorzitter van de Regio wordt benoemd een extra lid mag benoemen. Dit is gebeurd opdat de voorzitter ook in geval van tegenstrijdige belangen zijn functie zo objectief moge lijk inhoud kan geven. Uit practische overwegingen is in artikel 70, tweede lid, opgenomen wie als voorzitter fungeert, totdat de Regioraad een voorzitter heeft benoemd Artikel 48. -8- -9-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1988 | | pagina 188