- 2 -
belanghebbende
gezin
hoorzitting
de minister
degene, voor wie of voor wiens gezin een uitkering wordt
gevraagd, dan wel degene die voor zichzelf of voor zijn
gezin een uitkering ontvangt;
per gezin als bedoeld in de artikelen 5 en 5a van de ABW;
de vergadering van een delegatie uit het College van Burge
meester en Wethouders, waarin de indiener van een be
zwaarschrift, diens gemachtigde en eventueel andere
belanghebbende personen in de gelegenheid worden gesteld
het bezwaarschrift toe te lichten;
de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Artikel III.
Ingevoegd wordt artikel 4, vierde lid, onder a, punt 5, luidende als volgt:
4. De dienst verstrekt de aanvrager onverwijld
a. een bewijs van ontvangst, vermeldende
5. in het geval een uitkering krachtens de IOAZ wordt gevraagd:
de inhoud van artikel 41, tweede en derde lid van de IOAZ;
Artikel IV.
Artikel 5 wordt gelezen als volgt:
met inachtneming van het bepaalde in artikel 30 ABW, de artikelen 17 en 18
IOAW en de artikelen 17 en 18 IOAZ wint de dienst inlichtingen in omtrent
alle feiten en omstandigheden die van belang kunnen zijn voor de verlening,
de hoogte of de duur van de uitkering.
Artikel V.
Artikel 6, eerste lid, wordt gelezen als volgt:
1. De werkloze werknemer of de echtgenoot in de zin van de IOAW en van de
IOAZ is verplicht in het kader van het onderzoek ter vaststelling van het
recht op de uitkering ingevolge de IOAW en de IOAZ de voor de beoordeling
van de aanvraag noodzakelijke gegevens te verschaffen.
Artikel VI.
Ingevoegd wordt artikel 10, derde lid, luidende als volgt:
3a. De beschikking op de aanvraag om uitkering krachten de IOAZ wordt de
aanvrager zo spoedig mogelijk maar in ieder geval binnen zes maanden na
ontvangst van de aanvraag schriftelijk medegedeeld.
Indien de beslissing niet binnen zes maanden kan worden genomen, wordt
de aanvrager daarvan in kennis gesteld onder mededeling van de termijn,
waarbinnen zal worden beslist op de aanvraag.
3b. Indien niet overeenkomstig de aanvraag wordt beslist, worden de redenen
daarvan bij de beschikking vermeld.
3c. Bij de beschikking wordt gewezen op de mogelijkheid om een be
zwaarschrift in te dienen bij Burgemeester en Wethouders binnen één maand
na de datum van verzending van de beslissing inzake de uitkering.
- 3 -
Artikel VII.
Artikel 13, tweede lid, wordt gelezen als volgt:
2. Ten aanzien van dit onderzoek en de eventuele op de uitkomsten daarvan
gebaseerde beschikking worden de bij of krachtens de ABW, de IOAW of de
IOAZ gestelde voorschriften in acht genomen en zijn de artikelen 5 tot
en met 9, 10, eerste lid, onder b, 10, tweede lid, onder b, 11 en 12 van
deze verordening van overeenkomstige toepassing.
Artikel VIII.
Artikel 16 wordt gelezen als volgt:
Burgemeester en Wethouders zijn gemachtigd met inachtneming van het bepaalde
in artikel 29a van de ABW, in artikel 32 van de IOAW en in artikel 32 van de
IOAZ het nemen van beslissingen inzake het verlenen van een uitkering
krachtens de ABW, alsmede het nemen van beslissingen krachtens de IOAW en de
IOAZ, zulks onder nader door hen te stellen regelen en onder behoud van hun
verantwoordelijkheid op te dragen aan de directeur en bij diens afwezigheid
of ontstentenis aan de adjunct-directeur sociale dienstverlening van de
dienst
Artikel IX.
Artikel 18, onder c, wordt gelezen als volgt:
c. in het geval het een bezwaarschrift betreft tegen een beslissing
krachtens de ABW, de IOAW of de IOAZ:
de mogelijkheid om binnen de tweede maand beroep bij Gedeputeerde Staten
in te stellen, indien binnen een maand na de indiening van het be
zwaarschrift de beslissing niet schriftelijk ter kennis is gebracht.
Artikel X.
Artikel 21, eerste lid, onder a, wordt gelezen als volgt:
la. De beschikking op het bezwaarschrift op grond van de ABW, van de IOAW
en van de IOAZ wordt door Burgemeester en Wethouders binnen 60 dagen,
nadat het bezwaarschrift is ingekomen, medegedeeld aan degene die het
bezwaarschrift heeft ingediend.
II. Het onder I genomen besluit in werking te doen treden met ingang van een
nader door Burgemeester en Wethouders te bepalen datum.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
