4
en regionale niveaus plaatsvindt, bemoeilijkt een en ander, zoals
ook in de concept-nota over de Volwasseneneducatie is opgemerkt.
Met betrekking tot de positie van het Fries merken wij het volgende
op. Een werkgroep, bestaande uit vertegenwoordigers van de Eduka-
tieve Wurkpleats Frysl&n (EWF) en de AFUK heeft voorstellen ontwik
keld over de wijze waarop het Fries een plaats binnen de basisedu
catie kan krijgen. Een van de voorstellen betreft het aanstellen
van een part-time medewerker bij de EWF, belast met het uitwerken
van voorstellen over de invoering van het Fries in de basiseduca
tie. Over deze voorstellen is nog geen besluit genomen. Wij stellen
U voor deze besluitvorming af te wachten en hierop in het kader van
het jaarprogramma 1990 terug te komen.
Op bladzijde 15 van het jaarprogramma wordt ingegaan op het aanbod
aan specifieke groepen. Nadere informatie heeft tot de conclusie
geleid dat waar wordt gesproken van verstandelijk gehandicapten,
het gaat om de groep verstandelijk gehandicapten die thans deel
neemt aan het programma basiseducatie. Deze groep heeft binnen de
basiseducatie geringe perspectieven; nagegaan wordt of deze groep
op andere wijze opgevangen kan worden.
Ten slotte merken wij over de deskundigheidsbevordering het volgen
de op. Er dient onderscheid gemaakt te worden tussen onderlinge
(interne) deskundigheidsbevordering waarbij gebruik gemaakt wordt
van binnen de teams aanwezige deskundigheid en externe deskundig
heidsbevordering. Wat betreft de externe deskundigheidsbevordering
kan o.a. een beroep gedaan worden op het Educatief Centrum Noord.
In de concept-nota over de Volwasseneneducatie is uitgebreid inge
gaan op de problemen m.b.t. de ondersteuning van de volwassenenedu
catie. Provinciale Staten van Friesland hebben besloten tot de
vorming van een organisatie voor de ondersteuning, waarvan dan o.a.
het Educatief Centrum Noord deel uit zou maken.
Overigens is het niet onmogelijk dat als gevolg van de invoering
van de IKVE dit besluit herzien zal moeten worden.
5Conclusies
In de komende jaren zal het Educatief Beraad mede als gevolg van
het teruglopen van de financiële middelen voor ingrijpende beslis
singen staan. In het jaarprogramma 1989 wordt hierop al ingegaan.
Het probleem doet zich daarbij voor dat beslissingen moeten worden
genomen zonder dat al voldoende kan worden voorzien tot welke con
sequenties dergelijke beslissingen kunnen leiden.
In dit verband betreuren wij het dat nog niet kan worden beschikt
over een globale evaluatie van het jaarprogramma 1987. Beoordeling
van het ontwerp-programma heeft dan ook op hoofdlijnen plaatsgevon
den. Een en ander geldt eveneens voor de concept-begroting, die
overigens nog dient te worden aangepast aan de definitieve rijks
bijdrage. Ook hier heeft beoordeling op hoofdlijnen plaatsgevonden,
aangezien nog geen definitieve afrekening over 1987 beschikbaar
was
Gelet op een en ander zijn wij van mening dat het thans voorliggen
de ontwerp-programma aan de daaraan te stellen eisen voldoet.
5
Onder de mededeling dat de Commissie voor het Onderwijs in haar
vergadering van 14 september 1988 U heeft geadviseerd daarmee in te
stemmen, stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig het bijge
voegde ontwerp-besluit
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
ir. G.A. Kessler loco-Burgemeester.
drs. A.J. Mewe loco-Secretaris.