Rentevergoeding over nabetaling functiewaardering.
Bijlage nr. 290. Leeuwarden, 13 oktober 1988.
Aan de Gemeenteraad.
Op 2 juni 1987 hebben wij besloten niet te voldoen aan het aan ons
gerichte verzoek d.d. 12 maart 1987 van de heer B. Klaver, gemeente
ambtenaar 13 bij de Dienst Stadsontwikkeling, hem de wettelijke interes
sen te vergoeden over het hem in het kader van functiewaardering uitbe
taalde achterstallig salaris.
Tegen deze beslissing verwoord in onze brief d.d. 17 juni 1987
heeft de heer Klaver beroep aangetekend bij het Ambtenarengerecht te
Groningen.
Bij brief d.d. 24 mei 1988 vraagt de voorzitter van het Ambtenaren
gerecht Groningen ons op welke grond(en) wij aangemerkt moeten worden
als het orgaan bevoegd om te besluiten op verzoeken om schadevergoeding
als thans in geding.
Bij nader inzien is ons gebleken dat wij inderdaad niet bevoegd
waren ter zake te beslissen, omdat ons die bevoegdheid niet is toege
kend. Mitsdien behoort het op grond van artikel 167 van de Gemeentewet
tot Uw bevoegdheid te beslissen op verzoeken als het onderhavige.
Wij hebben de voorzitter van het Ambtenarengerecht inmiddels bij
brief d.d. 3 augustus 1988 meegedeeld dat wij U zullen voorstellen ter
zake een beslissing te nemen die wij dan vervolgens zo spoedig mogelijk
aan het Ambtenarengerecht en aan de heer Klaver zullen doen toekomen,
opdat het Ambtenarengerecht op het beroep van de heer Klaver ten princi
pale kan beslissen, alvorens eerst tot nietig verklaring van ons bestre
den besluit te moeten beslissen wegens een onbevoegd genomen besluit
onzerzijds
Wij stellen U derhalve alsnog voor afwijzend te beslissen op de
door de heer Klaver bij brief d.d. 12 maart 1987 ingestelde vordering.
Voor wat betreft de motivering verwijzen wij U naar onze brief d.d.
17 juni 1987 aan de heer Klaver die voor U ter inzage is gelegd.
Wij stellen U voor te besluiten conform bijgaand ontwerp-besluit
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
mr. G.J. te Loo Burgemeester.
mr. W.J.G. Reumer Secretaris.
