2. Een voor de grofvuil-inzameling uitgerust voertuig blijkt bij nader inzien permanent voor deze aktiviteit beschikbaar te moeten blijven zodat dit voertuig niet kan worden ingezet voor de winterdienst. 3. Volgens de oorspronkelijke planning zou de aanschaf van de zesde opzetstrooi- er in 1990 samenvallen met de vervanging van een kolkenzuigerwaarbij het onderstel van het vervangende exemplaar vervolgens gebruikt zou kunnen wor den als onderbouw voor deze opzetstrooierNiet alleen de bovenvermelde noodzakelijke vervroegde aanschaf van de zesde opzetstrooier maar ook het binnen de Dienst aanwezige voornemen om de betrokken kolkenzuiger uit bezui nigingsoverwegingen twee jaar later te vervangen, doorkruist deze geplande gelijktijdige vervanging. Dit betekent dat ook voor deze zesde opzetstrooi er gedurende de eerste vier winterseizoenen geen geschikt onderstel aanwe zig zal zijn. Binnen de Dienst Reiniging is gezocht naar mogelijke oplossingen voor de boven staande problematiek. Ondermeer is nagegaan in hoeverre door gedeeltelijke uitbesteding van de gladheidsbestrijding in de ontbrekende strooicapaciteit kan worden voorzien, Geconcludeerd is echter dat uitbesteding in financieel opzicht niet haaibaai is. Voor een kostenvergelijking tussen uitbesteding en eigen beheer verwijzen we u naar de ter inzage gelegde stukken. Aangezien uitbesteding als oplossing voor de onderhavige problematiek geen reële mogelijkheid blijkt te zijn dient het tekort aan wintermaterieel opgevangen te worden door het aanpassen van bestaande reinigingsvoertuigen dan wel het, in het kader van reeds geplande toekomstige vervangingsinvesteringen, overgaan tot de aanschaf van voertuigen die als onderstel kunnen dienen vooi opzetstrooiersWat deze laatste mogelijkheid betreft is van belang dat het investeringsprogramma van de Dienst Reiniging voorziet in de vervanging van drie kolkenzuigers in de periode 1990/1991/1992. De in verband met de vervroegde aanschaf van de zesde opzetstrooier reeds ter sprake gebrachte kolkenzuiger maakt hier deel van uit. Naar verwachting zal de daadwerkelijke vervanging van dit materieel, om bezuinigingsredenen, worden uitgesteld tot 1992/1993/1994. Aangezien de betrokken voertuigen kunnen worden vervangen dooi een multifunktionele uitvoering geschikt voor het vervoeren van opzetstrooi ers, betekent deze vervanging dat vanaf 1994 struktureel weer kan worden beschikt over voldoende winterdienstmaterieelDe vereiste multifunktio- naliteit van de voertuigen betekent echter wel dat ten opzichte van een "stan daard-uitvoering" een meerprijs van f 18.000,-- per exemplaar moet worden betaald. De totale jaarlijkse kosten van deze extra investering bedragen f 8910,-- (3 x 18.000,-- x 16,5* rente en afschrijving). Hier staat tegenover dat het niet langer kunnen benutten door de Dienst Reiniging van één van de twee DSO-auto's die voorheen werden ingezet voor de winterdienst, een bespa ring van f 6.000,per jaar betekent in verband met het wegvallen van de aan de DSO te betalen huurvergoedingDe strukturele netto-jaarlasten van de nood zakelijke meerinvesteringen in multifunktionele kolkenzuigers bedragen dus f 8.910,/- f 6.000,-- f 2.910,— Tot het moment waarop kan worden beschikt over de drie bovenbedoelde multifunk tionele voertuigen kan in de ontbrekende strooicapaciteit worden voorzien door het aanpassen van drie bestaande reinigingsvoertuigen waarvan twee in 1988 en één in 1989. Deze afgeschreven voertuigen zullen nadat de gewenste aanpassin gen zijn aangebracht alleen worden benut als onderstel voor opzetstrooiers en zullen successievelijk weer buiten gebruik worden gesteld wanneer de multifunk tionele kolkenzuigers zijn aangeschaft. De voorgenomen ombouw van de betreffen de voertuigen moet derhalve worden gezien als een tijdelijke maatregel. De be nodigde investering bedraagt f 10.000,-- per ombouw. Hierbij is tevens van belang dat het aantal kilometers te strooien voet- en fietspaden de laatste jaren zeer sterk is toegenomen, zodat de beperkte capaci teit van het kleine materieel steeds meer een knelpunt is gaan vormen. Aangezien wij grote waarde hechten aan een adequate gladheidsbestijding van met name de belangrijkste fietsroutes zijn wij van mening dat twee van de drie aanhangstrooiers alsmede de Toro-grasmaaiers vervangen dienen te worden door twee opzetstrooiers die op twee bestaande reinigingsvoertuigen kunnen worden geplaatst. Tezamen met een onlangs aangeschafte kleine veegmachine die eveneens van modern winterdienstmaterieel kan worden voorzien (hiervoor hebt u reeds kredieten beschikbaar gesteld) ontstaat op deze wijze een adequate combinatie van modern strooimaterieel voor fiets- en wandelpaden. De benodigde investering bedraagt f 54.700,-- hetgeen een jaarlijkse kapitaalslast betekent van f 9.025,(16,5% rente en afschrijving). Hierop kan een besparing van f3.000,-- op personeelslasten (beschikbaarheidstoelage) in mindering worden gebracht, zodat een netto-last resteert van f 6.025, Ten aanzien van de dekking van deze lasten is van belang dat in het beleidsplan 1988-1992 in 1991 rekening is gehouden met vervanging van het kleine strooimaterieel. Hierbij is uitgegaan van een investering van f 60.000,--. Ten opzichte van deze raming betekent het huidige voorstel en besparing van f 3.875,(f 60.000,x 16,5% -/- f 6.025,--) Honorering van de bovenstaande voorstellen impliceert dat door u thans voor f 128.700,-- aan kredieten beschikbaar gesteld dient te worden, te weten: - voor de met 1 jaar te vervroegen aanschaffing in 1989 van een zesde opzet strooier f 44.000,— - voor het in 1988 en 1989 ombouwen van bestaand reinigingsmaterieel f 30.000,— - voor modernisering strooimaterieel voor voet- en fietspaden f 54.700, Het hierbij behorende kostenpatroon kan als volgt worden voorgesteld: 1988 ombouw bestaand materieel (ad f 20.000,--) f 5.800, wegvallen huurvergoeding aan DSO -/- 6.000,— netto-lasten investeringen in kleinmaterieel (incl. besparing op beschikbaarheidsvergoeding) 6.025,— f 5.825,-- De hierbij behorende jaarlijkse lasten kunnen worden berekend op f 5.800,in 1988 (2 x ombouwen ad f 10.000,-- tegen 1 x 31,5% en 1 x 26,5% rente en af- schrijving*. en f 8.450,--. in 1989 (kosten 1988 plus 1 x ombouw ad f 10.000,— tegen 26,5% rente en afschrijving Vanaf 1990 lopen deze kosten geleidelijk terug tot nihil in 1994, wanneer volledig over multifunktioneel materieel kan worden beschikt. Naast de bovenstaande investeringen is het tevens noodzakelijk dat een moderni sering wordt doorgevoerd met betrekking tot het beschikbare strooimaterieel voor voet- en rijwielpaden. Dit materieel bestaat momenteel uit drie voertui gen waaraan een aanhangstrooier kan worden gekoppeld en drie oude "Toro"-gras- maaimachineswaaraan eveneens een aanhangstrooier kan worden bevestigd. Deze Toro's werden in het verleden gebruikt door de afdeling Plantsoenen van de DSO en zijn nadat zij boekhoudkundig volledig afgeschreven waren overgedragen aan de Dienst Reiniging, waar zij nu uitsluitend worden ingezet voor de gladheids bestri jding. De bediening van deze apparaten vindt nog steeds plaats door DSO- personeel. Geconcludeerd moet worden dat het bovenbedoelde "kleine" strooimate rieel te sterk verouderd is en een te beperkte capaciteit bezit om een effi ciënte dienstverlening te waarborgen. De kleine aktie radius van het betreffende materieel heeft als consequentie dat de effektieve strooitijd zeer beperkt is.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1988 | | pagina 316