Nr. 17256.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 13 oktober
1988 (bijlage nr. 309);
BESLUIT:
in te trekken zijn besluit d.d. 15 februari 1988, nr. 1538, onder c,
inhoudende intrekking van artikel 5 van de Veemarktverordening
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Het realiseren van vervangende huisvesting ten behoeve van het peuter
speelzaalwerk in de wijk Camminghaburen.
Bijlage nr. 310. Leeuwarden, 13 oktober 1988.
Aan de Gemeenteraad.
Sinds de ingebruikname van de "Sinnemaschool" voor openbaar basis
onderwijs in de wijk Camminghaburen maakt de Stichting Peuterspeelzalen
Camminghaburen gebruik van de bij deze school gebouwde sociaal-culturele
ruimte ten behoeve van het wijkgebonden peuterspeelzaalwerk. Aanvanke
lijk lag het in de bedoeling om in het nieuw gestichte wijkcentrum even
eens een ruimte te realiseren die onder meer gebruikt kon worden voor
het peuterspeelzaalwerk. Om financiële redenen is het uitgevoerde bouw
plan met 70 m2 vloeroppervlak verminderd. Geconstateerd moet worden dat
deze vermindering geheel ten koste is gegaan van de ruimte voor de doel
groep peuters. Als gevolg van de relatief hoge wachtlijst per 1 januari
1987 (100 peuters) is in de loop van dat jaar naar uitbreiding van de
opvangmogelijkheden gezocht. Per 18 mei 1987 is een dependance van de
Stichting Peuterspeelzalen Camminghaburen van start gegaan in de openba
re basisschool ''de Wilaard'' aan de Galamastins. In deze dependance
wordt per week gewerkt met vier peutergroepen gedurende acht dagdelen
per week. Door de directeur van laatstgenoemde basisschool is begin dit
jaar meegedeeld dat het ten behoeve van het peuterwerk in gebruik zijnde
schoollokaal per 1 september 1988 gebruikt dient te worden ten behoeve
van onderwijsdoeleinden. Ten einde te voorkomen dat het peuterspeelzaal
werk in de desbetreffende wijk drastisch moet worden ingekrompen dient
per 1 september 1988 een andere huisvestingsmogelijkheid gevonden te
worden ten behoeve van deze vier peutergroepen. Ter zake is een aantal
alternatieven voor eventuele herhuisvesting nader bekeken. Te noemen
zijn: 1. gebruikmaking van het wijkcentrum; 2. gebruikmaking van de
leegstaande bedrijfspanden in het winkelcentrum Heechterp; 3. plaatsing
van een noodlokaal in deze wijk.
Gebruik wijkcentrum.
Geconstateerd is dat in het wijkcentrum alleen de grote zaal zich
leent voor eventueel gebruik ten behoeve van peuterspeelzaalwerk. Alhoe
wel zowel het bestuur van de Stichting Peuterspeelzalen Camminghaburen
als het bestuur van de Stichting Wijkcentrum Camminghaburen in principe
niet afwijzend staan tegen eventueel gebruik van de grote zaal ten be
hoeve van peuterspeelzaalwerk verbinden beide besturen een aantal voor
waarden aan een dergelijk gebruik. Beide organisaties pleiten voor het
aanbrengen van voorzieningen zoals het realiseren van een berging en
een buitenaccommodatie t.b.v. het peuterspeelzaalwerk. Daarnaast dienen
ramen en een extra buitendeur te worden aangebracht. Na overleg ter zake
met de ontwerper van het wijkgebouw is ons gebleken dat de aan boven
staande aanpassingen verbonden kosten minimaal f 200.000,-- zullen be
dragen. Gelet hierop achten wij deze mogelijkheid geen aanvaardbaar
alternatief. Wel zijn wij van mening dat verder moet worden nagegaan of
het mogelijk is tegen aanzienlijk lagere kosten toch een peuterspeelzaal
in het wijkcentrum te realiseren. De onderhandelingen met de besturen
van de wijkvereniging en de peuterspeelzaal ter zake zullen derhalve
worden voortgezet. Aangezien dit nog wel enige tijd kan duren en wij
niet het risico wilden lopen per 1 september 1988 geconfronteerd te
worden met capaciteitsverlies bij de peuterspeelzaal zijn andere alter-