Wijziging van een aantal regelingen van de Subverordening Specifiek
Welzijn, Hoofdstuk Sociaal-Cultureel Werk.
Bijlage no. 376. Leeuwarden, 2 december 1988.
Aan de Gemeenteraad.
In het kader van het Sociaal-Cultureel Plan 1988-1992, dat door U
in Uw vergadering van 11 januari 1988 is vastgesteld, is door U, mede
gelet op de in voornoemd plan voorgestane vereenvoudiging van regelge
ving en procedures, in principe besloten om over te gaan tot uitzuive
ring c.q. opheffing van een aantal in de Subverordening Specifiek Wel
zijn, Hoofdstuk Sociaal-Cultureel Werk, opgenomen subsidie-paragrafen.
Als subsidietitels die dienden te worden ingetrokken zijn in het
Sociaal-Cultureel Plan de navolgende regelingen genoemd: vrijwillig
bejaardenwerk, de ontwikkeling van plangebiedorganisaties, sportieve
recreatie-activiteiten en overig sociaal-cultureel werk.
In het programma Sociaal-Cultureel Werk 1989 zijn wij er concreet
toe overgegaan om activiteiten en instellingen niet meer te subsidiëren
op titel van een van deze paragrafen. Dit heeft er onder meer toe geleid
dat instellingen en activiteiten die voorheen op titel van Overig
Sociaal-Cultureel Werk werden bekostigd, overgeheveld zijn naar andere
subsidietitels (te weten: vormings- en ontwikkelingswerk voor volwasse
nen, emancipatie-activiteiten, buurtacitiviteiten en voorzieningen voor
kinderopvang). Daarnaast is in plaats van de subsidieparagraaf vrijwil
lig bejaardenwerk in het kader van de afkoopsom voor buurtactiviteiten
een formule ontwikkeld voor de toedeling van middelen voor ouderenwerk,
terwijl activiteiten die liggen op het terrein van sportieve recreatie
activiteiten dan wel betrekking hebben op de ontwikkeling van plange
biedorganisaties thans niet langer voor subsidiëring in aanmerking ko
men.
Vorenstaande maakt het noodzakelijk dat de desbetreffende paragra
fen van de Subverordening Specifiek Welzijn overeenkomstig de in het
Sociaal-Cultureel Plan uitgezette beleidslijnen en de in het Programma
Sociaal-Cultureel Werk 1989 opgenomen voorstellen worden aangepast.
Voor de wijzigingen is zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de
bestaande structuur van de Subverordening Specifiek Welzijn. Met betrek
king tot de voorgestelde wijzigingen menen wij artikelgewijs de volgende
toelichting te moeten geven.
Artikel I.
Op basis van het in paragraaf 2 (vormings- en ontwikkelingswerk voor
volwassenen) opgenomen artikel 2 werden niet-cursorische activiteiten
van subsidiëring uitgesloten. Ten einde ook éénmalige activiteiten te
kunnen subsidiëren wordt voorgesteld dit artikel te laten vervallen.
Artikel II.
Tot nu toe had paragraaf 3 uitsluitend betrekking op emancipatie-activi
teiten voor vrouwen. De wijzigingen in deze paragraaf zijn erop gericht
ook emancipatie-activiteiten voor homoseksuelen mogelijk te maken.
