4
gedurende een periode van 2 jaar in nauwe samenwerking met de gemeente
een intensieve poging te doen om in samenhang met de overige beheers
maatregelen tot een verbeterd verhuurresultaat te komen voor zowel de
S8-flat als de overige woningen in de Meenthe. Daarbij is verder be
paald, dat de kosten van uitstel van de sloop (waaronder leegstandsver-
liezen) met een maximum van 400.000,tussen gemeente en WLL zouden
worden gedeeld. In het besluit was tevens voorzien, dat de S8-flat vol
ledig zou worden ontruimd en dat pogingen zouden worden ondernomen om
het flatgebouw van WLL te vervreemden. Nu gebleken is, dat overname door
de SSH niet tot de mogelijkheden behoort en er bovendien - in verband
met de leegstand elders in het complex - op dit moment geen zicht be
staat op het opnieuw verhuren van de woningen in de S8-flat op korte
termijn, stellen wij U na ampele overwegingen voor de Staatssecretaris
van VROM te verzoeken om in te stemmen met het onttrekken van deze 109
woningen aan de woningvoorraad. De hierop betrekking hebbende rijksle
ningen zullen vervroegd moeten worden afgelost.
Het gemeentelijk aandeel in de kosten ten gevolge van de afspraak met
WLL bedraagt ongeveer 175.000,Hiervoor hebt reeds een krediet
beschikbaar gesteld. De kosten worden met name veroorzaakt door het
leegstandsverliesomdat niet meer is verhuurd sinds de totale ontrui
ming en afsluiting van het flatgebouw. Het gebouw staat namelijk sedert
de jaarwisseling 1987/1988 leeg.
Bij onze standpuntbepaling hebben wij ons naast de voornoemde onder
zoeksuitkomsten mede laten leiden door de volgende feiten en omstandig
heden. Het is van groot van belang, dat de onzekerheid omtrent de toe
komstige bestemming van de S8-flat op korte termijn wordt weggenomen
gelet op de negatieve uitstraling, die dit leegstaande gebouw heeft op
het woon- en leefklimaat in de Meenthe.
Verkennende contacten met een belegger boden geen zicht op een reëel
alternatief op korte termijn. Tevens staan wij op het standpunt, dat het
uitponden van het bezit naar diverse particulieren toe te weinig garan
ties biedt ten aanzien van het voorkomen van situaties, die aanleiding
hebben gegeven tot het vervalproces. Ten slotte hebben wij mee laten
wegen het aanbod van de lokale corporaties om gezamenlijk in federatief
verband financiële medeverantwoordelijkheid voor de oplossing van de
problematiek in de Meenthe te willen dragen. Wij constateren, dat deze
optie voor WLL een in de gegeven omstandigheden, acceptabele financiële
oplossing te zien geeft.
IV. Samenwerking corporaties met het oog op de Meenthe.
Zoals uit de inleiding blijkt hebben de lokale woningcorporaties steeds
de sloop van de S8-flat als voorwaarde voor het dragen van financiële
medeverantwoordelijkheid gesteld. Nu na het beëindigen van de onderhan
delingen met de SSH de sloop als enige reële optie in beeld komt en WLL
gelet op de huidige situatie daartoe inmiddels besloten heeft, is op
nieuw het overleg geopend met in eerste instantie twee corporaties om te
participeren. Het betreft hier de Woningstichting Patrimonium en de
Vereniging voor Volkshuisvesting. Uiteindelijk hebben alle lokale corpo
raties besloten naar draagkracht te participeren in de financiering van
het verlies op basis van een renteloze lening van 2.195.000,-- met
een looptijd van 25 jaar (eerste 10 jaar geen aflossing). Hiermee wordt
een gekapitaliseerd rentevoordeel behaald van 1,5 miljoen. Het restant
dient door WLL zelf te worden gefinancierd met een rentedragende lening.