Huisvesting van het Krisis Interventiecentrum (KRIC).
Bijlage nr. 187. Leeuwarden, 17 augustus 1989
Aan de Gemeenteraad.
In 1980 hebt U voor het eerst besloten een subsidie beschikbaar te
stellen t.b.v. de activiteiten van het Crisis Interventie-centrum
(KRIC). De toekenning van dit subsidie droeg nadrukkelijk een tijdelijk
en experimenteel karakter. Hieraan lag een tweetal overwegingen ten
grondslag
Allereerst werd geconstateerd dat het KRIC in die tijd de fase van
stage-project ten behoeve van studenten aan de Agogische Academie Fries
land (A.A.F.) nog maar nauwelijks was ontgroeid en er derhalve onduide
lijkheid bestond over de mate waarin het KRIC zich zou gaan ontwikkelen
tot een volwaardige crisisinterventie en opvangvoorziening.
De tweede overweging die ten grondslag lag aan het tijdelijke ka
rakter van de subsidiëring had betrekking op de huisvestingssituatie van
het KRIC en kwam tot uitdrukking in de koppeling van het subsidie aan de
huisvestingslasten voor het pand Uniabuurt 10, waarin deze voorziening
werd ondergebracht. Dit pand was in het kader van de stadsvernieuwing
aangekocht door de gemeente met het oogmerk van renovatie. Hoewel vanuit
de buurt gevreesd werd voor geluidsoverlast, werd de tijdelijke huisves
ting van het KRIC op deze lokatie uiteindelijk toch aanvaardbaar geacht.
Inmiddels kan worden geconstateerd, dat het KRIC sedert 1980 een
aanzienlijke ontwikkeling heeft doorgemaakt en is uitgegroeid tot een
interventie- en opvangvoorziening die per jaar 600 maal overnachting
biedt aan personen die zich in een acute noodsituatie bevinden. Daar
naast biedt het KRIC per jaar nog 2500 maal op andere wijze (telefo
nisch/huisbezoek) hulp aan degenen die een beroep doen op deze voorzie
ning.
Gelet op deze ontwikkeling bij het KRIC hebt U in het kader van de
begroting 1987 annex het beleidsplan 1987-1991 besloten extra middelen
te reserveren ten behoeve van de verbetering van de huisvestingssituatie
van het KRIC. Daarmee is impliciet ook het tijdelijke en experimentele
karakter van de subsidiëring opgeheven.
Sedert de vaststelling van de begroting 1987 hebben wij samen met
vertegenwoordigers van het KRIC gezocht naar een passende oplossing voor
de huisvestingsproblematiek van deze voorziening. Daarbij is ons aller
eerst gebleken, dat de lokatie aan de Uniabuurt niet geschikt is als
permanent onderkomen, omdat het ontstaan van overlast voor de buurt op
deze lokatie niet kan worden voorkomen door middel van bouwkundige maat
regelen.
Vervolgens hebben wij - eveneens gezamenlijk - verscheidene alter
natieven op hun geschiktheid onderzocht. Het pand Zuidergrachtswal 26,
dat in eigendom is van de gemeente, kwam daarbij uiteindelijk als meest
geschikte alternatief naar voren. In het ontwerp-bestemmingsplan voor
het gebied Klanderijbuurt/Tulpenburg heeft dit pand de bestemming ge
mengde doeleinden gekregen met als functie maatschappelijke doeleinden.
De onderbrenging van het KRIC in dit pand achten wij vanuit een oogpunt
van ruimtelijke ordening gezien deze bestemming niet bezwaarlijk. De