Samenwerkingsovereenkomst inzake planontwikkeling Tulpenburg.
Bijlage nr. 10. Leeuwarden, 21 december 1989.
Aan de Gemeenteraad.
Op 21 maart 1989 heeft de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening en Volkshuisves
ting ingestemd met ons voorstel om in samenwerking met BAM Projectrealisatie b.v. plannen
te ontwikkelen voor bebouwing van het gebied Tulpenburg. Daarbij was het uitgangspunt dat
voor deze samenwerking een overeenkomst zou worden opgesteld.
Wij hebben inmiddels met BAM Groep NV en BAM Projectrealisatie b.v. overeenstem
ming bereikt over een dergelijke overeenkomst.
In onze aanvankelijke opzet gingen wij ervan uit dat BAM de deelneming van een
financier zou garanderen. BAM had hiertegen onoverkomelijke bezwaren. In de overeenkomst
is nu een inspanningsverplichting van BAM ter zake opgenomen. Slaagt BAM niet in het
aantrekken van een financier dan worden de plannen eigendom van de gemeente. Wij kunnen
dan zelf nog trachten tot realisatie te komen. Op twee belangrijke elementen in de overeen
komst willen wij nog wijzen.
In de eerste plaats betreft dat de vaststelling van de plannen. Gekozen is voor een
constructie waarbij niet zonder meer tot afwijzing van de plannen kan worden besloten als
deze voldoen aan de programmatische eisen. De overeenkomst voorziet dan in een aanvullende
opdracht waarbij ons college of U dient aan te geven op welke punten bijstelling van het plan
nodig is.
In de tweede plaats is het vaststellen van de aan U voor te leggen plannen niet een
vrijblijvende zaak; vaststelling impliceert de bereidheid van Uw raad om met BAM een
overeenkomst ter realisering van de plannen aan te gaan. Wij achten beide bepalingen juist;
er dient een zekere waarborg voor BAM te zijn dat zij niet voor niets de plannen voorbereidt.
Voor het overige verwijzen wij U naar de bij het ontwerp-besluit gevoegde concept
overeenkomst.
Ten aanzien van de financier merken wij overigens nog op dat het ABP door BAM is
benaderd: daar bestaat in beginsel de bereidheid om een zogenaamde "in principe goedkeuring"
uit te spreken nadat de plannen zijn vastgesteld.
Tot definitieve deelname kan het ABP eerst besluiten als de vergunningen voor het
project zijn verleend. Deze definitieve beslissing is afhankelijk van het fiat van de beleggings-
raad.
Onder mededeling dat de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening en Volkshuisves
ting U in haar op 20 december 1989 gehouden vergadering heeft geadviseerd met het voren
staande in te stemmen, stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp
besluit.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
mr. G.J. te Loo Burgemeester.
mw. ir. J.A. Lantermans Secretaris.