Bezoldiging trouwambtenaren van de burgerlijke stand. Bijlage nr. 77. Leeuwarden, 1 maart 1990. Aan de Gemeenteraad. Bij besluit van 16 mei 1977 stelde U de bezoldiging van de ambtenaren van de burgerlijke stand, belast met huwelijksvoltrekkingen, vast op 30,per huwelijk, wanneer dit afzonderlijk wordt voltrokken, en 2,50 per huwelijk, wanneer dit gelijktijdig met één of meer andere huwelijken wordt voltrokken, waarvoor de vergoeding 30,bedraagt. Sinds deze datum is de bezoldiging niet meer aangepast. In 1988 is in deze provincie een onderzoek gedaan naar de hoogte van beloningen welke deze groep ambtenaren worden toegekend. Onder verwijzing naar de voor U ter inzage gelegde informatiestaat valt het op dat de honorering van de Leeuwarder trouwambtenaren in vergelijking met hetgeen in de meeste Friese gemeenten aan vergoeding wordt betaald "karig" te noemen is. Gelet op de achter ons liggende loonont wikkeling en met name het sinds 1977 gestegen prijspeil zijn wij dan ook van mening dat de bezoldiging aan herziening toe is en stellen U voor de hiervoorgenoemde bedragen te verhogen tot respectievelijk 50,en 5,Hierbij dient te worden vermeld dat boven de genoemde bezoldiging geen kledingvergoeding wordt verstrekt, aangezien door de gemeente toga's beschikbaar worden gesteld. Wat de financiële consequenties betreft, merken wij het volgende op. Het aantal huwelijkssluitingen ligt gemiddeld op 530 per jaar. De verwachting is dat dit aantal zich stabiliseert. Van dit aantal huwelijken wordt verwacht dat ongeveer 30 ervan gelijktijdig met een ander huwelijk wordt gesloten. Dit leidt op jaarbasis tot de volgende vermeerdering van kosten: 500 x 20,10.000,vermeerderd met 30 x 2,50, derhalve totaal geraamd op 10.075,Dat deze kosten niet eerder waren voorzien, ligt in het feit dat de resultaten van het vergelijkingsonderzoek, hetwelk in 1988 is ingesteld, zeer recentelijk bekend zijn. Gezien de omstandigheid dat sinds 1977 de vergoedingen niet meer zijn aangepast, lijkt het ons niet verdedigbaar dat dit voorstel tot verder uitstel zal leiden. Gelet op het feit dat de legesopbrengsten trendmatig door de jaren heen zijn aangepast zonder dat de kosten hiervoor in evenredige mate aangepast werden, zijn deze kosten bij de ontvangsten sterk achtergebleven. Gesteld kan dan ook worden dat in dit geval de baten voor de kosten zijn uitgegaan. Ook voor 1990 heeft de trendmatige aanpassing al plaatsgevonden. Het is dan ook niet zonder meer mogelijk budgettaire ruimte te vinden van waaruit door verwerving van inkomsten dekking kan worden gevonden. Evenmin is enige reserve aanwezig. Om echter gelijke tred te houden met de hoogte van de vergoedingsbedragen, welke in de ons omringende gemeenten worden toegekend, stellen wij voor de Verordening, regelende de bezoldiging van de ambtenaren van de burgerlijke stand, in die zin te wijzigen, dat in artikel 1 in plaats van 30,en 2,50 wordt gelezen 50,en 5,en de hiervoor geraamde kosten 10.075,te dekken ten laste van de post reservering correcties wegens taxatiefouten. Onder de mededeling dat de Commissie voor de Financiën hierover schriftelijk is gehoord, stellen wij U voor te besluiten conform bijgevoegde concept-besluiten. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, mr. G.J. te Loo Burgemeester. mw. ir. J.A. Lantermans, Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1990 | | pagina 141