Vaststelling van het bestemmingsplan "Kanaalweg".
Bijlage nr. 78. Leeuwarden, 1 maart 1990.
Aan de Gemeenteraad.
INLEIDING
Hierbij bieden wij U ter vaststelling aan het bestemmingsplan "Kanaalweg". Dit bestemmingsplan geeft
een planologische regeling voor de gronden gelegen binnen het gebied begrensd door Franklinstraat, het
Nieuwe Kanaal en het Vliet te Leeuwarden. Het bestemmingsplan beslaat een groot gedeelte van het
terrein waarop de PEB-centrale was gevestigd. Aangezien dit terrein niet werd beschermd door enige
planologische regeling, bleek de urgentie om een passende bestemming op de desbetreffende gronden
te leggen reëel aanwezig. Thans zijn reeds concrete plannen ingediend om binnen dit plangebied
gebouwen te realiseren ten behoeve van detailhandel in volumineuze artikelen, bedrijfsruimten en
showrooms. De desbetreffende lokatie leent zich naar onze mening goed voor deze gebruiksvormen.
Overigens voor de aan dit bestemmingsplan ten grondslag liggende gedachten en voor de uitkomsten
van het op grond van artikel 10 van het Besluit op de ruimtelijke ordening gevoerde overleg, verwijzen
wij U kortheidshalve naar de bij dit plan behorende toelichting.
BEZWAREN
Tegen het ontwerp-bestemmingsplan zijn binnen de periode van tervisieligging zes bezwaarschriften
ingediend, welke U aantreft bij de ter inzage gelegde stukken. Aan de in de Wet op de ruimtelijke
ordening gestelde eisen met betrekking tot de ontvankelijkheid - tijdige indiening en motiveringseis - is
voldaan. Vijf bezwaarschriften zijn gelijkluidend. Hieronder vindt U de bezwaren weergegeven en door
ons van commentaar voorzien.
I. BEZWAARSCHRIFT VAN W. VISSER, K. AKKERMAN, J. PIETERSMA, P. TROMP EN
WA. RINSMA, ALLEN TE LEEUWARDEN
De bezwaren richten zich tegen de navolgende onderdelen:
a. de in het ontwerp-bestemmingsplan aangegeven bestemmingsbepalingen Bedrijvigheid
(B), detailhandel in volumineuze goederen (C) en horeca-activiteiten (D) zullen
aanleiding zijn tot het aantrekken van veel extra gemotoriseerd verkeer; met name de
bestemming detailhandel in volumineuze goederen zal veel doelgericht verkeer oproepen;
verwacht wordt dat vanwege de toename van het autoverkeer op de Franklinstraat
chaotische taferelen zullen ontstaan;
b. als gevolg van de bestemmingsplanbepalingen wordt de Franklinstraat aangepast, terwijl
over de ontsluiting van het gebied omsloten door de Franklinstraat, Willem Loréstraat,
Alma Tademastraat en Emmakade NZ veel onduidelijkheid bestaat; linksafslaand verkeer
vanuit het zuiden naar evengenoemd gebied wordt onmogelijk, waardoor de bevoorrading
van de bedrijven van reclamanten wordt bemoeilijkt, zo niet onmogelijk gemaakt; tevens
is de toekomstige parkeersituatie niet duidelijk;
c. in de omschrijving van de bestemming "detailhandel in volumineuze goederen" is
onduidelijk wat onder een "tuincentrum" moet worden verstaan en wat wordt verstaan
onder het gericht zijn op detailhandel in boten, caravans, tenten en andere naar de
aard en omvang hiermee gelijk te stellen voor recreatie bestemde artikelen en het
gericht zijn op de verkoop van tapijt; voorts is onduidelijk wat er wordt begrepen onder
"naar aard en omvang hiermee gelijk" te stellen voor recreatie bestemde artikelen;
dergelijke omschrijvingen zijn te onduidelijk en werken branchevervaging in de hand en
zijn dus te ruim geformuleerd;
d. het toestaan van detailhandel in volumineuze goederen dient niet bij recht te worden
toegestaan, maar bij vrijstelling; voorkomen moet worden dat ongewenste bedrijven met