Het rapport Stadsgewest Leeuwarden heeft als beleidskader
een eigen status op basis waarvan de participerende overheden
hun beleid zullen ontwikkelen. Hoewel in het rapport veel
nieuwe voorstellen zijn opgenomen is de ontwikkelingsvisie
ook voor een belangrijk deel een integratie van bestaande
economisch-ruimtelijke plannen. Met name de verschillende
gemeentelijke investeringsplannen en het gemeentelijk rapport
Stadsgewest Leeuwarden (1988) zijn duidelijk herkenbaar in
het rapport Stadsgewest. De relatie met de aanwijzing van
Leeuwarden tot Stedelijk Knooppunt zal te zijner tijd in het
raadsvoorstel Stedelijk Knooppunt Leeuwarden nader worden
uitgewerkt
De in het rapport geschetste globale ontwikkelingssvisie mag
niet worden beschouwd als een vrijblijvend produkt, vaststel
ling van het rapport geeft aan de deelnemende gemeenten de
opdracht het Stadsgewestelijk beleid te verwerken in hun
sectorbeleid en hun planvorming op het terrein van de ruim
telijke ordening. Dit geldt evenzeer voor de provincie.
Hierbij dient te worden benadrukt dat, gelet op het schaal
niveau, aan veel voorstellen een indicatieve betekenis moet
worden gehecht. Het rapport Stadsgewest is in eerste instan
tie een ruimtelijk ontwikkelingskader dat concrete vertaling
en nadere detaillering behoeft op lokaal niveau. Van het Rijk
mag worden verwacht dat de ontwikkelingsvisie daar als uit
gangspunt voor beleidsimplementatie en middelentoedeling zal
fungeren. Het rapport Stadsgewest is tevens een uitwerking
van het Streekplan Friesland 1989 ex artikel 4a, lid 8 van de
Wet op de Ruimtelijke Ordening.
Als centrale doelstelling van het Stadsgewestelijk beleid is
gekozen voor "het verbeteren van de concurrentiepositie van
het Stadsgewest Leeuwarden binnen en buiten Nederland in het
algemeen en binnen het Noorden in het bijzonder". De concur
rentiepositie van een Stadsgewest wordt in sterke mate be
paald door economische factoren. Deze factoren worden be
schouwd als de motor voor de Stadsgewestelijke ontwikkeling
en potenties. Derhalve is als centraal thema gekozen "het
verbeteren van het Stadsgewestelijk produktiemilieu"
Verbetering van het produktiemilieu betekent optimalisering
van de ruimtelijke voorwaarden en omstandigheden waarbinnen
(economische) activiteiten van zowel bedrijven als
huishoudens zich afspelen. Daarbij dient "de markt" als een
belangrijke bepalende en stuwende factor te worden beschouwd.
Het begrip markt mag echter niet worden beperkt tot het
bedrijfsleven, ook de wensen en inspanningen van alle
inwoners van het Stadsgewest ten aanzien van de kwaliteit van
woon-, werk- en leefmilieu zijn van wezenlijk belang. Het
verbeteren van het produktiemilieu is in het rapport
nadrukkelijk in verband gebracht met de kwaliteiten en
kenmerken van de ruimtelijke hoofdstructuur van het
Stadsgewest
2
Vanuit deze hoofdstructuur worden, rekening houdend met de
wensen van de markt, voorstellen gedaan voor zowel verster
king van de aanwezige goede elementen, aanpassing van de
structuur teneinde ruimte te geven aan ontwikkelingen van
nieuwe functies alswel om aangetaste elementen van de struc
tuur te herstellen teneinde de bestaande kwaliteiten te
vergroten en de verloren gegane kwaliteiten terug te brengen.
De belangrijkste structurerende elementen zijn:
het landschap: binnen het Stadsgewest worden grofweg van
oost naar west een vijftal landschapstypen
onderscheiden:
- het woudenlandschap
- het meren-/hooilandengebied
- de erosielaagten
- de kwelderwallen die het middelzeelandschap omsluiten
- Middelzeegebied
de bebouwing: binnen het Stadsgewest is een groot aantal
kernen gelegen. Deze kernen hebben wat betreft het
woonmilieu alle hun eigen kwaliteiten en
ontstaansgeschiedenis. Deze specifieke eigenschappen en
kwaliteiten vormen de basis voor de verdere woonmilieu-
ontwikkelingDaarbij wordt de volgende indeling naar
woonmilieu*s gehanteerd:
- urbaan
- sub-urbaan
- ruraal
de infrastructuur: onder de infrastructuur wordt in dit
kader begrepen weg-, rail- en waterverbindingen binnen
het Stadsgewest waardoor de kernen onderling met elkaar
worden verbonden en het Stadsgewest wordt aangesloten op
inter)nationale infrastructurele netwerken.
Kaart 1 van het rapport Stadsgewest Leeuwarden geeft een
integraal beeld van de structurerende ruimtelijke elementen
en de integratie van de hoofdlijnen van de verschillende
ontwikkelingsvoorstellen.
Dit impliceert niet dat alle keuzes reeds zijn gemaakt en dat
alles op haalbaarheid is getoetst. Bij de nadere
concretisering van de voorstellen uit het rapport zullen de
nodige afwegingen en keuzes nog hun beslag moeten krijgen.
De versterking van de concurrentiepositie van het
Stadsgewest Leeuwarden kan echter niet alleen door middel van
ruimtelijk-economische maatregelen worden bewerkstelligd, het
vraagt nadrukkelijk om een goede afstemming en samenwerking
tussen de verschillende actoren (overheden en bedrijfsleven)
en een gericht en gecoördineerd acquisitie- en
promotiebeleid
3