Verordening gemeentelijke scholen
voor basis- en speciaal onderwijs
het schoolwerkplan het plan, als bedoeld in artikel
11 WBOen artikel 19 ISOVSO,
waarin per school, met inachtne
ming van de wettelijke voor
schriften en de door het school
bestuur vastgestelde beleids
maatregelen, een overzicht wordt
gegeven van de organisatie en de
inhoud van het onderwijs;
het activiteitenplan het plan bedoeld in artikel 11,
lid 4 WBO respectievelijk arti
kel 19, lid 7 ISOVSO waarin het
schoolwerkplan voor een bepaald
tijdvak concreet wordt uitge
werkt
Om redenen van leesbaarheid worden slechts mannelijke woordvormen
gebruikt. Daar waar deze vorm wordt gehanteerd, worden zowel man
nen als vrouwen bedoeld. Daarmee wordt aangesloten bij de gang
bare formulering in wetten en besluiten.
Hoofdstuk II
DE SCHOOLLEIDING
Artikel 2
De directeur is belast met de onderwijskundige, organisatori
sche en huishoudelijke leiding van de school en is tegenover
het bevoegd gezag verantwoordelijk voor de gang van zaken op
de school.
Hij verstrekt het bevoegd gezag alle verlangde inlichtingen
omtrent de school en het onderwijs en stelt het uit eigen
beweging in kennis van vermeldenswaardige feiten en omstan
digheden de school betreffende.
Artikel 3
Indien aan een school op grond van het bepaalde in artikel 14 WBO
respectievelijk artikel 22 ISOVSO van de wet een adjunct-directeur
is benoemd, treedt deze als plaatsvervanger van de directeur op.
Hij staat de directeur bij in de leiding van de school.
xx
4
Verordening gemeentelijke scholen
voor basis- en speciaal onderwijs
Artikel 4
1. De directeur stelt in overleg met de adjunct-directeur(en)
een taakverdeling op voor de leiding van de school.
De Medezeggenschapsraad brengt advies uit over deze taakver
deling
2. Het bevoegd gezag stelt deze taakverdeling vast.
3. De adjunct-directeur is tegenover de directeur verantwoorde
lijk voor de uitvoering van de werkzaamheden die hem bij de
taakverdeling zijn toebedeeld.
Artikel 5
Indien geen adjunct-directeur aan de school is benoemd, en
er evenmin sprake is van een meerhoofdige schoolleiding,
wijst het bevoegd gezag, na het advies van de directeur en
de Medezeggenschapsraad te hebben ingewonnen, een lid van het
onderwijzend personeel tot plaatsvervanger van de directeur
aan
De plaatsvervanger bedoeld in het voorgaande lid, is ver
plicht in geval van tijdelijke verhindering, schorsing of
afwezigheid«-anderszins van de directeur de aan diens betrek
king verbonden werkzaamheden te verrichten. In verband hier
mee is de directeur gehouden zijn plaatsvervanger te informe
ren over alle zaken die de school in haar geheel betreffen.
Artikel 6
Indien de leiding van de school is opgedragen aan een meerhoofdige
schoolleiding zijn de betrokken directeuren gehouden, volgens door
Burgemeester en Wethouders te geven richtlijnen, onderling met de
overige teamleden en de Medezeggenschapsraad sluitende afspraken
te maken op onderwijskundig, organisatorisch en huishoudelijk
gebied: deze afspraken worden schriftelijk in het schoolwerkplan
vastgelegd
Artikel 7
De directeur heeft de naar redelijkheid zorg voor het gebruik van
het schoolgebouw (de schoolgebouwen) met inventaris en voor de
schoolterreinen.
5
5