Museum Princessehof (541.0) Monumentenzorg (541.2) 41 Recreatie/Toerisme (560) 40 van het Fries. Ten einde uitvoering te kunnen geven aan deze maatregelen is er een actieplan opgesteld waarin een verantwoordelijkhedentoedeling over de verschillende diensten van het ambtenarenapparaat is opgenomen. Een deel van deze maatregelen is reeds uitgevoerd. Zo is bijvoorbeeld de nieuwe huisstijl van de gemeente voorzien van een Friese dichtregel en hebben alle peuterspeelzalen binnen de gemeente friestalig zang- en voorleesmateriaal kunnen aanschaffen. Aan andere maatregelen zoals bijvoor beeld de uitgave van een informatieve folder over het gemeentelijk Friese taalbeleid, wordt gewerkt. Ten slotte zijn er ook diverse maatregelen waarbij sprake is van een con tinu proces voor wat de uitvoering ervan betreft. Het gaat dan om maatregelen die lig gen op het terrein van bijvoorbeeld het cursusaanbod, het personeelsbeleid en de corre spondentie tussen burgers c.q. instellingen en de gemeente. Overeenkomstig de afspraak zal in 1993/1994 geëvalueerd worden in hoeverre onderhavig Friese taalbeleid zijn beslag heeft gekregen en/of in aansluiting daarop een en ander bijstelling behoeft. Na jarenlange inspanningen is het dan toch gelukt: het museum Het Princessehof is als gevolg van de verhoging van het rijkssubsidie aan dit museum met ingang van 1991 bijna geheel een rijksverantwoordelijkheid geworden. Deze gewijzigde subsidierelatie heeft consequenties voor de bestuurlijke structuur c.q. status van Het Princessehof. Met het Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur (WVC) is overeengekomen dat de gemeente Leeuwarden het initiatief neemt tot het uitwerken van een voorstel omtrent de wijze waarop het museum Het Princessehof een eigen status kan verkrijgen, dan wel anderszins (middels bijvoorbeeld het sluiten van een convenant) bestuurlijk adequaat kan functioneren in de nieuw ontstane situatie. Hierbij zal het Ministerie van WVC waar nodig ondersteuning bieden. Getracht wordt in 1992 besluitvorming ter zake te laten plaatsvinden. Nu Het Princessehof en zijn keramiekcollectie nationale erkenning heeft verworven is het Ministerie van WVC de verantwoordelijke overheid geworden voor het collectiebe leid van het museum. In dit kader heeft genoemd ministerie aangedrongen op nauwe samenwerking van Het Princessehof met andere musea in Nederland die belangrijke keramiekcollecties hebben. Het Princessehof gaf hier voor een deel al uitvoering aan en zal dit intensiveren. Het staat de gemeente Leeuwarden verder vrij haar eventuele plannen met betrekking tot het exposeren van moderne Leeuwarder kunst c.q. werk van Leeuwarder kunstenaars en/of eventuele plannen vanuit cultuur-toeristisch oogpunt in Het Princessehof ten uit voer te brengen, voor zover het niet in het gedrang komt met wat WVC voor ogen staat bij Het Princessehof als nationaal keramiekmuseum. Over genoemde plannen wordt nog beraadslaagd. Nu de gemeente Leeuwarden, sinds september 1991, vergunninggemeente in het kader van de Monumentenwet 1988 is, kunnen wij, inspelend op de plaatselijke ontwik kelingen, zelf beslissingen ten aanzien van bouwvergunning voor monumenten nemen. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie Door de vaststelling van een gemeentelijke monumentenverordening en de daaraan gekoppelde monumentenlijst kunnen panden van plaatselijk belang voortaan beter beschermd worden. Het in 1991 succesvol gebleken project "Wonen boven Winkels" zal in 1992 worden voortgezet In de praktijk blijkt dat hierbij vooral woningen worden aangepakt die reeds langdurig leeg staan, dan wel aan de woonbestemming onttrokken waren. Het gaat hier bij in circa 75% van de gevallen om monumenten of beeldbepalende gebouwen. Het Monumenten Inventarisatie Project (MIP) is inmiddels afgerond. Een selectie uit de resultaten zal bij de minister worden voorgedragen voor plaatsing op de rijksmonu mentenlijst. In de komende beleidsperiode zal een groot aantal restauraties plaatsvinden, waaron der enkele zeer belangrijke. Bij de beperkte, door het Rijk toegezegde BRRM-budgetten (Besluit Rijkssubsi diëring Restauratie Monumenten), is een zorgvuldige programmering een vereiste. Voor de jaren 1991 tot en met 1997 staat de gemeente circa f 4,75 miljoen ter beschikking. De restauratie en verbouw tot theater van de Westerkerk is inmiddels afgerond, maar legt nog tot en met 1993 een aanzienlijk beslag op de BRRM-middelen. Voor een ande re belangrijke restauratie, namelijk die van de Kanselarij zal een aanzienlijk deel van de budgetten vanaf 1997 worden aangewend. Voorts zijn gepland de restauratie van de ker ken van de dorpen Goutum en Swichum en de evangelisch Lutherse kerk, de roosven sters en de achterpastorie van de Bonifatiuskerk, de kerkorgels van Wirdum, de Waalse en de Westerkerk, de spinnekopmolen bij Barrahüs en de Froskepölle-molen en ten slot te de kerktoren van Miedum. Indien de BRRM-budgetten het dan nog toelaten, zullen ook restauraties van woonhuismonumenten kunnen worden gesubsidieerd. Thans vin den die uitsluitend via het stads- en dorpsvemieuwingsfonds plaats. Het beleid in de recreatiesector zal de komende jaren vooral gericht zijn op het reali seren van het herinrichtings- en uitbreidingsplan Groene Ster en de realisering van het Leeuwarder Bos. Op dit moment is begonnen met de herinrichting van fase 1 van het Groene Ster-gebied. Verwacht mag worden dat wij in het voorjaar van 1992 een voorstel aan u zullen voorleggen voor het beschikbaar stellen van de benodigde middelen voor de uitvoering van fase twee, een uitbreiding in westelijke richting van het Groene Ster- gebied. De plannen voor een Leeuwarder Bos zijn inmiddels ter goedkeuring aan u voorge legd en er is reeds een begin gemaakt met de aanplant van de eerste fase. Inmiddels is op stadsgewestelijk niveau een aanvang gemaakt met het haalbaarheids onderzoek naar de zogenaamde "blauwe zone", één van de speerpunten uit de "Ontwikkelingsvisie Stadsgewest Leeuwarden". Verwacht mag worden dat in de loop van 1992 de haalbaarheid van de ideeën rond het realiseren van een waterrijke zone zuidoostelijk van Leeuwarden en een verbindingszone naar Grou en Drachten bekend zal zijn. Als deze plannen verwezenlijkt kunnen worden, wordt een bezoek aan Leeuwarden voor de recreatie(toer)vaart nog aantrekkelijker, omdat men via het Groene Ster gebied een recreatieve route van hoge kwaliteit aangeboden krijgt. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1991 | | pagina 108