12 kosten. In dat verband is het van belang een aantal belangrijke, op het terrein van personeel-, organisatie- en informatiemanagement betrekking hebbende maatschappelijke ontwikkelingen die de komende jaren hun invloed zullen doen gelden, de revue te laten passeren: Van industriële naar kennis- en informatiemaatschappij. Niet kapitaal, maar het menselijk potentieel is de belangrijkste produktiefactor en concurrentiekracht van organisaties. Twee soorten mensen zijn van belang: werknemers en klanten. De slag om werknemers. Als gevolg van een geboortetekort ontstaat er een tekort op de arbeidsmarkt. De werknemers van het jaar 2000 zijn allen reeds geboren. De te werven groepen zullen eisen stellen aan de voorzieningen die een organisatie biedt. Hieraan zal tegemoet worden gekomen. Een vaste baan en een goed salaris behoren niet tot de tien meest genoemde eisen die mensen stellen aan hun werk. Uitdaging, ontplooiing, autonomie, respect en effectief management scoren hoger. Uiteraard zal in de meer nabije toekomst de aandacht ook blijven uitgaan naar de nog steeds te hoge werkloosheid en de herverdeling van arbeid (vrouwen, culturele groepen, minder validen). Vrouwen drukken hun stempel op organisaties. In toenemende mate zullen vrouwen voor een loopbaan kiezen. Organisaties creëren voorzieningen om zoveel mogelijk vrouwen te kunnen aantrekken. Het werknemersbestand zal niet langer gedomineerd worden door de mannelijke kostwin ner. Flexibele werktijden, deeltijdbanen, duobanen, vrije tijd voor wie dat wil, kinderopvang, geen dubbele belasting voor tweeverdieners, vergoeding van studiekosten in het kader van permanente educatie zijn enkele vanzelfsprekend te achten voorzieningen. Toenemend belang van bedrijfsgezondheidszorg. Het is van vitaal belang voor een organisatie om zijn werkne mers gezond te houden. Organisaties zullen zoeken naar mogelijkheden om de hoge kosten die het gevolg zijn van een slechte gezondheid te voorkomen en te drukken. Druk op het middenkader. Het eisen van een grotere flexibiliteit en innovatievermogen, leidt tot de noodzaak van plattere organisaties, zelfregulering en nauw sluitende planningsprocessen. Op de werkvloer kunnen een aantal taken overgenomen worden door computers. Het management dient zich meer en meer te gaan richten op de produktiebeheersing. Het karakter van de managementfunctie zal hierdoor sterk veranderen van materie-deskundige naar organisator. 1991-1994 1. De context van het beleid 13 Ondernemen binnen en buiten de organisatie. De ondernemingszin van werknemers zal op alle mogelijke manieren worden aangemoedigd en beloond. Nieuwe organisa tiestructuren zoals het compagnonschap, multidisciplinaire teams, latwerkstructuren zullen worden ingevoerd. Herinrichting van het onderwijssysteem. De gebrekkige aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt noopt tot het ontwikkelen van een nieuwe band tussen bedrijfsleven en onderwijsinstellingen. Intuïtie en visie als managementinstrumenten. Het belangrijkste ingrediënt voor organisatiehervorming is een duidelijke visie. De manager moet een inspirerend ideaalbeeld kunnen scheppen waarmee medewerkers zich kunnen vereen zelvigen. Hij/zij moet over een intuïtieve geest beschikken. Vrouwelijke managers zijn in dit verband gewild. Doelgerichtheid en flexibiliteit. Het vereiste innovatievermogen vraagt van organisaties een duidelijke afbakening van taken voor de diverse organisatori sche eenheden, dit om doublures in taakuitoefening te voorko men en de omvang van noodzakelijke veranderingen in de organisatie beperkt te houden. In het bedrijfsleven is een tendens gaande van beperking tot de zogenaamde "kern activiteiten". De met deze ontwikkelingen samenhangende projecten in de gemeente Leeuwarden worden onder andere opgesomd in Hoofdstuk II, hoofdfunctie O, Algemeen Bestuur. Beleidsplan 1991-1994 1. De context van het beleid

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1991 | | pagina 14