50 zaken te doen met andere aanbieders. Besloten is in overleg met CBA (i.o.) de hierboven geschetste regionale planningsprocedure, en zoals die in de "nieuwe", afgeslank te 1KVE zal worden opgenomen, reeds toe te passen in de periode dat de Arbeidsvoorzieningswet operationeel is en de IKVE nog niet. Voor basiseducatie, plaatselijk vormings- en ontwikkelingswerk en voortgezet algemeen volwassenenonderwijs wordt jaarlijks het globaal indicatief plan opgesteld en na de wettelijk voorgeschreven consulta tie van de betrokken instellingen vastgesteld door de (samenwerken de) gemeenten. ISO-project Het project Intensivering Scholing door Onderwijsinstellingen (ISO) is in 1988 op initiatief van het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen gestart. Het ISO-project heeft een looptijd van drie jaar (1988 tot en met 1990). Ten tijde van de presentatie van dit Beleidsplan 1991-1994 zal er duidelijkheid zijn ontstaan met betrekking tot de zogenaamde uitplaatsingsresultaten van het project. Ter attentie van de zogenaamde omscholingsprojecten is de inschat ting dat de verwachte resultaten nog niet op de door Onderwijs en Wetenschappen gestelde datum gerealiseerd zullen zijn: er is eenvoudig meer tijd nodig om voor de omgeschoolde docenten te bemiddelen. Wat betreft het stimuleren van contractonderwijs en regionale samenwerking kan worden geconcludeerd dat het nodige in gang is gezet. Wij zullen de Raadscommissie Onderwijs en Samenlevingszaken van de eindresultaten van het project op de hoogte stellen. Het dag-/avondonderwijs voor volwassenen (VAVO) Begin september 1989 is de wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs (WVO) bij de Tweede Kamer ingediend om het dag-/avondonderwijs om te zetten in het Voortgezet Algemeen Volwassenenonderwijs (VAVO). De VAVO schetst het perspectief voor de huidige dag-/avondscholen voor mavo-havo-atheneum: een voorziening die zowel opleidt voor certificaten en diploma's a.v.o./v.w.o. als een brugfunctie vervult tussen de basiseducatie en de beroepseducatie voor volwassenen en het deeltijds hoger onderwijs. In het wetsvoorstel wordt voorzien in een concentratie van de huidige voorzieningen tot grotere eenheden die qua werkgebied zijn gekoppeld aan samenwerkende gemeenten en RBA. In Friesland ligt de vorming van één VAVO-instelling voor de hand. In dit kader hebben de besturen van beide dag-/avondscholen gemeenschappen in deze provincie, te weten het Fries Avondcollege Leeuwarden-Sneek-Harlingen en de Avondscho lengemeenschap "De Friese Wouden" te Heerenveen, een principe- Beleidsplan 1991-1994 2. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie besluit tot fusie genomen en is inmiddels gestart met het fusieproces. Functie 450: Hoger Onderwijs Na de definitieve vaststelling van het zogenaamde "Herenakkoord" door de betrokken provincies en ministers in het voorjaar van 1989 hebben wij onze aandacht met name gericht op de onverkorte en volledige uitvoering van dit akkoord, ten einde de nadelige gevolgen zoveel mogelijk te beperken en de voordelen uit te buiten. Daartoe is onder meer een gestructureerd overleg tussen ons college en dat van Gedeputeerde Staten ingesteld ter bewaking van Friese/Leeu warder belangen bij de uitvoering. Verder is er een interdeparte mentale werkgroep ingesteld, die de uitwerking van het onderwijsge deelte van het akkoord ter hand heeft genomen. Deze werkgroep, bestaande uit vertegenwoordigers van de betrokken departementen, provincies en hoge scholen, heeft onder voorzitterschap van de voormalige Commissaris der Koningin in Drenthe, de heer Oele, in het voorjaar 1990 gerapporteerd. Op basis van deze rapportage hebben de betrokken bewindslieden inmiddels de financiële middelen beschikbaar gesteld die nodig zijn voor de verplaatsing van de diverse opleidingen en is daarvoor een fasering aangegeven. Een en ander heeft tot gevolg dat het Stedelijk Conservatorium per 1 augustus 1990 volledig is overgeheveld naar Groningen, de beeldende-kunst-opleidingen vanaf 1 augustus 1990 worden afgebouwd en dat de lerarenopleidingen van Ubbo Emmius die thans nog in Groningen zijn gehuisvest, vanaf 1991 in enkele jaren naar Leeuwarden zullen worden overgeheveld. Het tijdstip van verhuizing van het Prof. H.C. van Hall-instituut van Groningen naar Leeuwar den is afhankelijk van het gereedkomen van nieuwbouw voor het agrarisch onderwijs in Leeuwarden. De besturen van de AHOF, het Van Hall-instituut en het Friese AOC (totale Friese lager en middelbaar agrarisch onderwijs) streven naar gezamenlijke nieuw bouw op één lokatie in Leeuwarden, met inbegrip van de thans in Bolsward gevestigde middelbare en hogere opleidingen voor zuiveltechnologie. Als meest wenselijke lokatie is inmiddels gekozen het terrein aan de zuidkant van de Potmarge waar thans onder meer de lagere landbouwschool is gevestigd. Wij hebben onze medewer king aan de realisering van deze plannen toegezegd. Door de Rijks Hogeschool Groningen is overigens toegezegd dat een éénjarige vooropleiding voor conservatorium en beeldende kunst in Leeuwar den zal worden gerealiseerd. Wij zullen de Commissie Onderwijs en Samenlevingszaken op de hoogte houden van de verdere ontwikke lingen met betrekking tot het Herenakkoord. Beleidsplan 1991-1994 2. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1991 | | pagina 38