80 gewest Noord-Friesland de samenwerking goed verloopt en dat voor een groot aantal langdurig werklozen actieplannen zijn ontwikkeld. Voor het gewest Noord-Friesland geldt dat in 1989 670 personen zijn opgeroepen voor een gesprek, waarvan voor 617 een actieplan is opgezet. Het merendeel van deze plannen is gebaseerd op scholing, maar het aantal doorstromingen naar werk en werkervaringsplaatsen is stijgende. Een en ander is toe te schrijven aan de komst van de Kaderregeling Arbeidsinpassing (KRA). Voor de gemeente Leeuwarden is het percentage opgeroepen personen waarvoor een actieplan opgezet wordt lager dan voor het gewest (ca. 60%). Dit heeft te maken met het feit dat juist in de gemeente Leeuwarden een grotere groep 'moeilijk bemiddelbaren' woonachtig is. Voor deze groep zeer moeilijk bemiddelbare werklozen, blijkt het op elkaar afstemmen van vraag en aanbod steeds grotere problemen op te leveren. Debet hieraan is de toenemende achterstand op het gebied van opleiding en gebrek aan werkervaring bij deze groep. Een nieuw en naar verwachting krachtig instrument ten behoeve van de moeilijk bemiddelbare werklozen is de banenpool, waarvoor een landelijke regeling is opgesteld. Onlangs heeft U besloten een Stichting Banenpool Leeuwarden op te richten, zodat ook aan de hardnekkigste kern van langdurig werklozen door middel van het opdoen van (betaalde) werkervaring, betere perspectieven kunnen worden geboden. Tripartisering arbeidsvoorziening Naar alle waarschijnlijkheid wordt per 1 januari 1991 de nieuwe Wet op de arbeidsvoorziening van kracht. In afwachting daarvan is inmiddels in Friesland al een Regionaal Bestuur voor de Arbeids voorziening i.o. (RBA) gerealiseerd. Voor wat betreft de invulling van het gemeentelijk beleid ten aanzien van de nieuwe Arbeidsvoorzieningswet, wordt gewerkt aan een herziening van de Nota Werkgelegenheid, in de vorm van een nieuw hoofdstuk. Deze herziening zal in de eerste helft van 1991 aan U worden voorgelegd. Het is de bedoeling dat hierin een inventarisatie wordt opgenomen van nieuwe instrumenten van de Arbeidsvoorzieningswet. Daarnaast wordt het gemeentelijk beleid geformuleerd onder andere met betrekking tot doelgroepen, de relatie met het arbeidsbureau en de relatie met het bedrijfsleven. Ook zal worden ingegaan op de mogelijkheden om te komen tot het formuleren van een scholings- vraag, ter onderbouwing van claims op de middelen die het RBA ter beschikking staan. Ten slotte moet vorm worden gegeven aan de wijze waarop de gemeentelijke invloed in het RBA gestalte krijgt. De in de herziening geformuleerde wensen en doelstellingen kunnen wat dat betreft als bouwstenen dienen voor de gemeentelijke invalshoek. Bij dit alles dient afstemming plaats te vinden tussen de verschillende betrokken beleidsterreinen, zoals onderwijs (basiseducatie/beroepsgerichte educatie), welzijn(minderhedenbeleid) Beleidsplan 1991-1994 2. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie 81 en het sociaal-economisch beleid. Onder meer gezien de belangrijke rol die dit bestuur kan vervullen in het kader van de sociale vernieuwing en vanwege financiële, beleidsmatige en sociaal- economische redenen, is een intensieve samenwerking tussen gemeente en RBA-bestuur een eerste vereiste. Ook op ambtelijk niveau worden daartoe reeds voorbereidingen getroffen, ten einde een actieve inbreng van de gemeentelijke 'fractie' in het RBA mogelijk te maken. Zo is in de regio Friesland-Noord een coördina- torenoverleg opgericht, ten behoeve van de intergemeentelijke afstemming en een adequate ondersteuning van de bestuurders. Namens de gemeente Leeuwarden heeft hierin een vertegenwoordiger van de Dienst Economische en Sociale Zaken zitting. Werkgelegenheidsfonds, onderdeel Banenplannen Voor het opzetten van werkervaringsprojecten, al dan niet gecombi neerd met scholing, wordt vaak een beroep gedaan op het werkgele genheidsfonds. Bij de afweging over de honorering daarvan moet rekening worden gehouden met de financiële consequenties van lopende en meer grootschalige plannen en projecten waarvan met name is genoemd de Tijdelijke Voorziening Gemeentelijke Werkge- legenheidsinitiatieven voor Jongeren. Jaarlijks wordt een bedrag van ca. 35.000,uit het werkgelegenheidsfonds geclaimd ter dekking van het tekort dat ontstaat bij de uitvoering van deze voorziening. Daarnaast wordt er voor 1991 een beroep gedaan op het werkgele genheidsfonds voor de financiering van het Horecaprojekt voor allochtonen van de BVE en het project Arbeidsmarkt en scholing. De stortingen van 50.000,in 1990 en 1991 geven weinig speelruimte voor het realiseren van andere, eveneens zinvolle projecten. Ten einde hierin toch stimulerend te kunnen optreden is door ons in het kader van nieuw beleid voor 1991 een additionele storting van 25.000,gedaan. Werkgelegenheidsfonds, onderdeel marktsector Tot en met het jaar 1991 vindt een jaarlijkse storting plaats van 40.000,Reeds in het begin van 1990 was het fonds, met inbegrip van voornoemde storting, nagenoeg uitgeput. Door reeds aangegane leningen in dit verband over te hevelen naar de gemeentebegroting als solvabele leningen, waarbij ten laste van het fonds een risicodekking van 25% wordt aangehouden, heeft een verruiming van het fonds plaatsgevonden en kan het fonds effectie ver worden aangewend. De provincie Friesland als toezichthoudend orgaan heeft hiermede ingestemd. Aangegane leningsovereenkomsten blokkeren nu niet meer voor lange tijd het gehele bedrag van het fonds. Evenwel is als gevolg van de betaling van onderzoekskosten en het verstrekken van subsidies ten laste van het fonds de bestedingsruimte voor 1990 benut. Gelet op aanvragen en initiatieven vanuit het bedrijfsleven is te verwachten dat ook in 1991 een groot beroep op 1991-1994 2. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1991 | | pagina 55