114 zgn. directe financiering zal, zoals met de Federatie van Woning bouwcorporaties is overeengekomen, ook in 1991 worden gecontinu eerd. Voor 1991 zal de financieringsbehoefte van de woningbouwsector van projecten in nieuwbouw of woningverbetering 20 30 miljoen gulden bedragen. Garanderen van rente en aflossing van door derden aangegane geldleningen Uit de tot de begroting voor 1991 behorende staat F blijkt, dat de gemeente per 1 januari 1991 rente- en aflossingsverplichtingen heeft gegarandeerd over een leningsbedrag van 1260 miljoen. Van dit bedrag heeft 360 miljoen betrekking op leningen, die door derden zijn aangegaan voor de financiering van de aankoop c.q. de bouw van woningen. In de beleidsperiode 1991- 1994 wordt van de veronderstelling uitgegaan, dat het bedrag waarvoor de gemeente ten behoeve van de hiervoorgenoemde garantieverplichtingen zal worden aangesproken, 800.000,per jaar bedraagt. Hiervan kan op het Rijk 50% worden verhaald. Ten laste van de gemeente blijft dan over de gehele beleidsperiode gerekend een bedrag van 1.600.000, Voor de dekking van kosten die uit garantieverplichtingen voort vloeien is het Waarborgfonds garantie geldleningen ingesteld. Dit fonds wordt gevoed door middel van een bijdrage a fonds perdu van degenen aan wie garantie wordt verleend. De stand van het fonds per 1 november 1990 is 367.730, Functie 920: Belastingen 920.00 Onroerend-goedbelastingen Inleiding Alvorens in te gaan op de voor 1991 en volgende jaren geraamde opbrengsten, merken wij het volgende op. Het lang in voorbereiding geweest zijnde wetsvoorstel "Overdracht taken o.g.b." is onlangs tot wet verheven. Deze wet, waarvoor gemeenten zich jarenlang hebben ingezet, betekent dat de gehele aanslagoplegging en invorderingstaak van de o.g.b., die nu nog bij het Rijk berust, wordt overgedragen naar de gemeenten. De wet treedt in werking op 1 januari 1992. De mogelijkheid is opengelaten de taken al met ingang van 1 januari 1991 over te nemen. Wij zien om organisatorische redenen geen kans van deze mogelijkheid gebruik te maken. Met de overgang van de invorderingstaak gaat ook het volledige kwijtscheldingsbeleid o.g.b. over in handen van de gemeenten. Voor de opvang van de nieuwe taken is extra personeel nodig, Beleidsplan 1991-1994 2. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie B e I e 115 waarbij het gebruik van een daartoe goed toegerust automatise ringssysteem van groot belang is. Wij zijn daarom voornemens U in het tweede kwartaal 1991 een pakket voorstellen te doen, waarin wij aangeven op welke wijze wij de nieuwe taken m.i.v. 1992 denken te kunnen uitvoeren. Voorshands gaan wij er van uit, dat er geen sprake zal zijn van een toename van de perceptiekosten. In principe vallen de perceptiekos ten, die gemeenten nu betalen aan het Rijk voor de aanslagoplegging en de invordering, weg. Nog niet duidelijk is of gemeenten nog deels mee moeten bijdragen in de kosten van flankerend beleid en/of efficiency-verlies (het Rijk houdt aan de inkrimping van haar taak personeel over). In de begroting 1991 is aan perceptiekosten, nu nog te betalen aan het Rijk, geraamd een bedrag van rond 415.000,Tegenover het grotendeels wegvallen van deze kosten staan dus kosten voor extra personeel en hogere verwerkingskosten enz. Ontwikkeling opbrengsten o.g.b. Als gevolg van het inhalen van verliezen op de voor 1990 geleden verliezen wegens limieten o.g.b. en een bijzondere verhoging van 2,7 miljoen voortvloeiende uit de herwaardering 1989-1993 en de Voorjaarsnota 1990, heeft zoals bekend in 1990 een forse verhoging plaatsgevonden van de tarieven onroerend-goedbelastingen. Daarnaast hebben enige verschuivingen plaatsgevonden als gevolg van de nieuwe taxatiewaarden (5 jaarlijkse bijstelling van de verkoopwaar de). Ons uitgangspunt is een terughoudend beleid waarbij in beginsel wordt uitgegaan van een trendmatige aanpassing van de tarieven (als inflatiecorrectie). Zoals wij hebben aangegeven onder onderdeel "Heffingen en tarieven" bedraagt deze voor 1991 2,5%. Tevens houden wij daarbij in beginsel rekening met effecten voortvloeiende uit het kwijtscheldingsbeleid. In ons tarievenvoorstel 1990 is rekening gehouden met een bedrag aan kwijtscheldingen van 800.000,Naar de huidige inzichten behoeft in onze tarief voorstellen 1991 niet met een hoger bedrag rekening te worden gehouden. Op dit uitgangspunt moeten onzesinziens voor 1991 de volgende uitzonderingen worden aangebracht: a. de laatste fase tot inhaal van oude verliezen over voorafgaande jaren tot een bedrag van 225.000,en b. inhaal verlies 1990 wegens het niet meenemen van de opbreng sten van meer gereed gekomen woningen dan in de begroting ge raamd, bedrag 268.000, Met de inhaal van deze verliezen is een tariefstijging gemoeid van rond 1 Yffo. Wij verwachten dus, dat de tarieven in 1991 in totaal met rond 4% zullen stijgen. 1991-1994 2. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1991 | | pagina 75