118
119
18 september 1990 hierop weer enige nuanceringen.
Wij kunnen thans nog niet overzien of dit bedrag voldoende is voor
het opvangen van lasten voortvloeiende uit nieuwe onderhoudsver
plichtingen en het wegvallen van thans nog geraamde uitkeringen op
grond van de WUW. Wij stellen U derhalve voor voorshands dit
bedrag te reserveren binnen de ramingen van de Dienst Stadsbeheer.
Te zijner tijd dient te worden bekeken in hoeverre de Dienst Stads
ontwikkeling en Milieu gecompenseerd dient te worden voor
eventuele wegvallende kapitaallastenvergoeding op grond van deze
wet.
Voorshands wordt het effect op de gemeentebegroting budgettair
neutraal verondersteld.
Effect op de algemene uitkering 966.000,batig.
c. Aanvullende ombuigingen
Volgens de bepalingen van het concept-bestuursakkoord voor de
huidige kabinetsperiode zal het Gemeentefonds een aandeel leveren
in de ombuigingen op de rijksbegroting waartoe het kabinet in april
1990 heeft besloten (uit de ombuigingen waartoe het kabinet in juli
heeft besloten kunnen ook nog consequenties voor de gemeenten
voortvloeien). Het aandeel voor het Gemeentefonds bedraagt 87,7
miljoen, hetgeen voor onze gemeente correspondeert met een
tegenvaller van 595.000,(zie ook punt d). Besluitvorming rond
de begrotingsvoorbereiding 1991 van het Rijk heeft geleid tot
aanvullende ombuigingen. Op grond van de bepalingen van het
concept-bestuursakkoord Rijk-VNG leidt dit voor de gemeenten
ingaande 1992 tot een aanvullende ombuiging van 17,8 miljoen.
Voor de gemeente Leeuwarden betekent dit een tegenvaller van
124.000,—.
Effect op de algemene uitkering - en daarmee ook op de gemeen
tebegroting - 719.000,nadelig.
d. Milieubeleid
In het kader van de besprekingen over het te sluiten bestuursakkoord
is besloten de onder c. bedoelde korting ad 87,7 miljoen te doen
terugvloeien aan het Gemeentefonds ten behoeve van in het
bijzonder het milieubeleid.
De compensatie is bedoeld voor de opbouw van milieuapparaten. In
de jaren tot 1994 zou de gemeentelijke milieu-organisatie versterkt
moeten worden. In de periode tot 1994 zullen naar de verwachting
van het Rijk deze middelen nog niet volledig voor dit doel aange
wend kunnen worden.
Het onbenutte deel wordt dan geacht te zijn verstrekt voor bodem
en grondkostenproblematiek in relatie met milieu en mobiliteit,
alsmede de overige prioriteiten van het regeerakkoord (zie ook de
investeringsimpuls).
Aangaande de besteding van dit bedrag is in het kader van het
Bestuursakkoord afgesproken dat:
1. de gemeenten uitvoering zullen geven aan de taken die uit het
Nationaal Milieu Plan plus voor de gemeenten zullen voort
vloeien;
2. de gemeenten verslag zullen uitbrengen over de besteding van het
ontvangen bedrag (zal een redelijk deel dienen te zijn) en de
rechtstreeks ter zake van VROM te ontvangen bedragen (zie de
geraamde zogenaamde Berenschotgelden ad 191.900,in de
begroting van de Dienst Stadsontwikkeling en Milieu).
Gelet op de onder "investeringsimpulsen" aangegeven motivering,
zijn wij van mening dat ook de ontvangen middelen ad 595.000,=
voorshands toegevoegd dienen te worden aan de ruimte voor nieuw
beleid.
Voorshands wordt het effect op de gemeentebegroting budgettair
neutraal verondersteld.
Effect op de algemene uitkering 595.000,batig.
e. Financiering bijzondere bijstand
In de begroting 1990 hebben wij rekening gehouden met het
voornemen van het Rijk tot beperking van het open-einde karakter
van de bijzondere bijstand.
Tegenover het in de begroting 1990 geraamde verlies wegens derving
van het 90% subsidie 1.278.000,hadden wij een compensatie
geraamd onder de algemene uitkering uit het Gemeentefonds van
960.000,—.
Inmiddels is een wetsvoorstel betreffende het decentraliseren van de
bijzondere bijstand ingediend bij de Tweede Kamer der Staten-
Generaal. Op grond van dit wetsvoorstel wordt een bedrag van
300 miljoen aan het Gemeentefonds toegevoegd. Hiervan is
200 miljoen bedoeld voor het vervallen van rijkssubsidies
bijzondere bijstand en 100 miljoen voor intensivering van beleid.
Voor onze gemeente resulteert de compensatie van 300 miljoen in
een bedrag van 2.675.000,
Het effect op de algemene uitkering bedraagt derhalve
1.715.000,— batig 2.675.000,960.000,—).
Compensatie voor incidenteel loon
In tegenstelling tot verwachtingen opgeroepen in persberichten
waarin het Gemeentefonds analoog aan hetgeen bij de departementen
het geval is, direct een compensatie zou krijgen van 0,75% voor de
effecten wegens de zogenaamde "incidentele" loonontwikkeling
(periodieke verhogingen, bevorderingen, verjongingen e.d.) krijgen
de gemeenten daarin een gefaseerde tegemoetkoming. De tegemoet
koming loopt voor de jaren 1991 tot en met 1994 op tot 70
miljoen structureel.
Voor onze gemeente betekent deze tegemoetkoming voor de onren
dabele sectoren gefaseerd per 1994 een meevaller van 483.000,
(in de afzonderlijke dienstbegrotingen werden overigens wel
bedragen geraamd voor de incidentele loonontwikkeling).
Wij menen dat hiermede door de VNG een belangrijk succes is
1991-1994 2. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie Beleidsplan 1991-1994 2. Beleidsvoornemens per hoofdfunctie