Artikel 5
Tijdstip van betaling
De leges moeten worden betaald ingeval de kennisgeving als
bedoeld in artikel 4:
a. mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van
de kennisgeving;
b. schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken
van de kennisgeving, dan wel bij toezending daarvan
binnen veertien dagen na de dagtekening van de kennis
geving.
Artikel 6
Teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke terruggaaf van leges ter zake van
een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op
een verzoek als bedoeld in artikel 289 van de Gemeentewet
(Stb. 1931, 89) en overeenkomstig een met betrekking tot
die dienst in de bij deze verordening behorende tarieven-
tabel opgenomen bepaling.
Artikel 7
Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
a. het afgeven van stukken en het verstrekken van inlich
tingen, die ten behoeve van onvermogenden in hun per
soonlijk belang op bewijs van onvermogen worden afgege
ven of verstrekt, met inbegrip van de bewijzen van on
vermogen zelf;
b. het afgeven van stukken, nodig voor de ontvangst van
pensioenen, lijfrenten, wachtgelden, loon, bezoldiging
of riddersoldij
c. het afgeven van beschikkingen op verzoekschriften en
bezwaarschriften ter zake van plaatselijke belastingen;
d. het aan belanghebbenden uitreiken van beschikkingen of
afschriften daarvan, houdende aanstelling, benoeming,
bevordering, ontslag, toekenning van bezoldiging, ver
goeding of toelage, dan wel verhoging hiervan, betrek
king hebbende op enige gemeentelijke functie of dienst
verrichting jegens de gemeente;
e. het aan belanghebbende uitreiken van beschikkingen of
afschriften daarvan, houdende beslissing op een verzoek
om subsidie uit de gemeentekas;
f. het afgeven van beschikkingen of afschriften van
beschikkingen op verzoeken ter zake van bijstand inge
volge de Algemene Bijstandswet en andere uitkeringen in
het persoonlijk belang van de uitkeringsgerechtigden.
Artikel 8
Machtiging tot overdracht van bevoegdheden
Burgemeester en Wethouders kunnen een of meer gemeente-amb
tenaren aanwijzen, die in hun plaats treden met betrekking
tot de uitvoering van enige wettelijke bepaling betreffende
de heffing en invordering van de leges.
Artikel 9
Nakoming van verplichtingen
De verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 50 en 51 van
de Algemene wet inzake rijksbelastingen (Stb. 1959, 301) en
in de artikelen 58 en 61 van de Invorderingswet 1990
(Stb.221) gelden mede jegens de door Burgemeester en Wet
houders aangewezen ambtenaren der gemeentelijke belastin
gen.
Artikel 10
Toepasselijkverklaring renteregels Invorderingswet 1990
1. Het bepaalde in Hoofdstuk V van de Invorderingswet 1990
inzake invorderingsrente vindt toepassing op de invor
dering van de leges.
2. De ministeriële regeling genoemd in artikel 31 van de
Invorderingswet 1990 vindt daarbij overeenkomstige toe
passing.
Artikel 11
Inwerkingtreding en citeertitel
1. De "Legesverordening Leeuwarden 1991" van 17 december
1990, goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 29 mei
1991, nr. 91.005009 en sedertdien gewijzigd, wordt in
getrokken, met dien verstande dat zij van toepassing
blijft op de belastbare feiten die zich hebben voorge
daan vóór de in het tweede lid genoemde datum van in
werkingtreding van de verordening.
2. Deze verordening treedt in werking wet ingang van
1 oktober 1992.
3